Operation Manual

richtgetal
Reikwijdte = ––––––––––––––––––––
(verlichtingsafstand x 2)
7.2 Flitssynchronisatie
7.2.1 Normale synchronisatie
Bij de normale synchronisatie wordt de mecablitz aan het
begin van de belichtingstijd ontstoken (synchronisatie bij het
opengaan van de sluiter). De normale synchronisatie is de
standaardfunctie en wordt door alle camera’s uitgevoerd.
Hij is voor de meeste flitsopnamen geschikt.
De camera wordt, afhankelijk van de daarop ingestelde
functie naar de flitssynchronisatietijd omgeschakeld.
Gebruikelijk zijn tijden tussen 1/30 s. en 1/125 s. (zie de
gebruiksaanwijzing van de camera). Op de mecablitz hoeft
voor deze functie niets te worden ingesteld en er vindt ook
geen aanduiding voor plaats.
7.2.2 Synchronisatie bij het dichtgaan van de sluiter
(REAR-functie)
Sommige camera’s bieden de mogelijkheid de flits te syn-
chroniseren bij het dichtgaan van de sluiter (REAR-functie).
Daarbij wordt de mecablitz pas tegen het einde van de
belichtingstijd ontstoken. Dit is vooral bij opnamen met lan-
gere belichtingstijden dan bijv. 1/30 seconde en bewegende
onderwerpen met een eigen lichtbron functioneel omdat de
bewegende lichtbronnen dan een “lichtstaart” achter zich
aan trekken in plaats van deze - zoals bij synchronisatie bij
het opengaan van de sluiter - voor zich op te bouwen. Met
het synchroniseren bij het dichtgaan van de sluiter bereikt u
daarom bij bewegende lichtbronnen een “natuurlijker” weer-
gave van de opnamesituatie! Afhankelijk van de ingestelde
functie stelt de camera langere belichtingstijden dan de flits-
synchronisatietijd in.
77
ń
709 47 0261.A2 24AF-1CNOPS 14.12.2010 13:27 Uhr Seite 77