Operation Manual

18
Verwijder altijd de oplaadbare batterijen, als u niet van plan
bent het instrument voor een week of langer te gebruiken!
De batterijen kunnen NIET worden opgeladen in de bloed-
druk monitor! Laad deze batterijen op in een externe
oplader en houdt u aan de informatie met betrekking tot het
opladen, onderhoud en duurzaamheid!
8. Gebruik van een hoofdadapter
U kunt dit instrument met de Microlife hoofdadapter (DC 6V,
600mA) gebruiken.
Gebruik alleen de origineel beschikbare Microlife adapter
als accessoire voor uw voedingsspanning t.b.v. het gebruik
via netstroom.
Garandeer dat zowel de hoofdadapter als de kabel niet
beschadigd zijn.
1. Steek de adapter kabel in de hoofdadapteraansluiting 5 in de
bloeddrukmonitor.
2. Steek de adapterstekker in de wandcontactdoos.
Wanneer de hoofdadapter is aangesloten, wordt er geen batterij-
stroom gebruikt.
9. Foutmeldingen
Als er een foutmelding optreedt, wordt de meting onderbroken en
wordt een foutmelding, b.v. «ERR 3», weergegeven.
* Neem a.u.b. contact op met uw arts wanneer dit of enig ander
probleem vaker optreedt.
Als u denkt dat de resultaten ongebruikelijk zijn, leest u dan
a.u.b. zorgvuldig de informatie in «Paragraaf1.».
10.Veiligheid, onderhoud, nauwkeurigheidstest en
verwijdering
Veiligheid en bescherming
Dit instrument mag uitsluitend worden gebruikt voor het doel
zoals in dit boekje beschreven. De fabrikant kan niet aanspra-
kelijk worden gesteld voor schade veroorzaakt door onjuiste
toepassing.
Dit instrument bevat gevoelige componenten en moet met voor-
zichtigheid worden behandeld. Neem de bewaar- en bedie-
ningscondities beschreven in de «Technische specificaties»
paragraaf in acht!
Bescherm het tegen:
- water en vochtigheid
- extreme temperaturen
- schokken en laten vallen
- vervuiling en stof
- direct zonlicht
- warmte en kou
De manchetten zijn gevoelig en moeten met zorgvuldigheid
worden behandeld.
Alleen de manchet oppompen wanneer hij is aangebracht.
Gebruik het instrument niet dicht in de buurt van sterke elektro-
magnetische velden zoals mobiele telefoons of radioinstallaties.
Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak en oplossing
«
ERR 1
» Signaal te
zwak
De polssignalen op de manchet zijn te
zwak. Plaats de manchet opnieuw en
herhaal de meting.*
«
ERR 2
» Foutmelding Tijdens het meten zijn foutmeldingen
door de manchet geconstateerd, door
bijvoorbeeld een beweging of samentrek-
king van een spier. Herhaal de meting
terwijl u uw arm stil houdt.
«
ERR 3
» Geen druk in
de manchet
Een adequate druk kan niet in de
manchet worden geproduceerd. Er kan
een lek zijn opgetreden. Controleer of de
manchet goed is aangesloten en niet te
los. Vervang de batterijen indien nodig.
Herhaal de meting.
«
ERR 5
» Abnormaal
resultaat
De meetsignalen zijn onnauwkeurig en
daarom kan geen resultaat worden weer-
gegeven. Lees de controlelijst door
voordat u betrouwbare metingen verricht
en herhaal dan de metingen.
«
HI
» Polsslag of
manchetdruk
te hoog
De druk in de manchet is te hoog (boven
300 mmHg) OF de polsslag is te hoog
(boven 200 slagen per minuut). Ontspan
gedurende 5 minuten en herhaal de
meting.*
«
LO
»Polsslag te
laag
De polsslag is te laag (lager dan 40 slagen
per minuut). Herhaal de meting.*
Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak en oplossing