Operation Manual

Luchtafvoer
Pas op voor gevaar voor vergifti-
ging!
Neem beslist het hoofdstuk: "Veilig-
heidsinstructies en waarschuwin-
gen" in acht.
Laat in ieder geval door de plaatse-
lijke schoorsteenveger controleren
of een veilig gebruik van de luchtaf-
voer gewaarborgd is.
De luchtafvoerbuis moet zo kort en
recht mogelijk zijn.
De doorsnede van de luchtafvoerbuis
mag niet kleiner zijn dan 150 mm.
Wanneer u luchtafvoerbuizen ge-
bruikt met een doorsnede van min-
der dan 150 mm of wanneer u plat-
te luchtafvoerkanalen gebruikt moet
u er rekening mee houden dat de af-
zuigkap meer geluid maakt wan-
neer hij aanstaat en beduidend min-
der afzuigcapaciteit heeft.
Maak de doorsnede van de luchtaf-
voerbuis alleen in het uiterste geval
kleiner, bijv. wanneer er al een lucht-
afvoer aanwezig is.
Gebruik alleen bochten met een grote
straal. Een kleine straal vermindert het
afzuigvermogen van de afzuigkap.
Gebruik voor de luchtafvoeraanslui-
ting alleen gladde buizen of flexibele
luchtafvoerslangen van niet brand-
baar materiaal.
Wanneer de luchtafvoerbuis horizon-
taal wordt aangelegd, moet worden
gezorgd voor een verval van min-
stens 1 cm per meter.
Daarmee wordt voorkomen dat er
condenswater in de afzuigkap loopt.
Wordt de lucht gewoon naar buiten
afgevoerd, dan kunt u het beste een
telescopische muurdoorvoering in-
stalleren.
Moet de lucht door een schoorsteen
worden afgevoerd, dan moet de in-
voerbuis verticaal worden gebogen.
Wanneer de luchtafvoer door koele
ruimten, zolders e.d. wordt aange-
legd, kan er binnen de afzonderlijke
ruimten een groot temperatuursver-
schil ontstaan. U moet dan rekening
houden met condensvorming.
De luchtafvoerbuis moet dan dien-
overeenkomstig worden geïsoleerd.
Luchtafvoer
29