Operation Manual
Table Of Contents
- Algemeen 4
- Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu 5
- Veiligheidsinstructies en waarschuwingen 6
- Het in- en uitschakelen van de vrieskast 10
- De juiste temperatuur 11
- De zoemer 13
- De functie "Superfrost" 14
- Het invriezen en bewaren van levensmiddelen 16
- Het ontdooien van ingevroren producten 18
- Het bereiden van ijsblokjes 18
- Het bereiden van consumptie-ijs 19
- Het snelkoelen van dranken 19
- Diepvriesplateau 19
- Het gebruik van de koude-accu 19
- Het ontdooien van de vrieskast 20
- Het reinigen van de vrieskast 22
- Nuttige tips 23
- Technische Dienst 25
- Elektrische aansluiting 26
- Montage-instructies 27
- Inbouwmaten 29
- Het veranderen van de draairichting van de deur 30
- Het inbouwen van het apparaat 32

Het inbouwen van het apparaat
Schuif het apparaat in de inbouwnis.
Let er daarbij op dat de aansluitka-
bel niet ergens tussen beklemd raakt.
Schuif het apparaat in de inbouw-
kast.
– Wanneer de wand 16 mm dik is,
schuif het apparaat dan zo ver naar
binnen totdat de afstandstukken te-
gen de wand van de inbouwkast aan-
komen
b.
– Wanneer de wand 19 mm dik is,
schuif het apparaat dan zo ver naar
binnen totdat de voorste rand van de
scharnieren evenwijdig lopen met de
zijwand van de inbouwkast
c.
De opvulplaat mag niet tegen de
meubelrand aankomen en moet he-
lemaal in de inbouwkast verdwijnen.
Druk het apparaat met de kant waar
de scharnieren zitten tegen de wand
van de inbouwkast.
Stel het apparaat via de stelvoeten
met de bijgevoegde gaffelsleutel
g.
Schroef de kunststof haak d met de
schroeven met een verzonken
schroefkop
e (M5 x 22) vast aan de
kant waar de deur wordt geopend.
Schuif het apparaat zo ver naar bin-
nen dat de kunststof haak evenwij-
dig loopt met de voorste rand van de
bodem van de inbouwkast
f.
Het inbouwen van het apparaat
33