Gebruiks- en montage-aanwijzing voor de vrieskast F 623 Ui F 623 Ui-2 Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. M M.-Nr.
Inhoud Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Het besparen van energie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Het in- en uitschakelen van de vrieskast . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Geluiden en de oorzaken ervan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Technische Dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 Montage-instructies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Plaats van opstelling . . . . . . . . . . . . . .
Algemeen a Zoemer - toets en controlelampje van de zoemer c Superfrost - toets en controlelampje van de superfrost b Temperatuuraanduiding d Temperatuurregelaar e Diepvriesladen met diepvrieskalender f Markeersysteem voor ingevroren levensmiddelen g Ventilatieopeningen 4
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Afgedankte elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone huisafval doet, kunnen deze stoffen mens en milieu schaden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid Deze vrieskast voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsmaatregelen. Door ondeskundig gebruik kunnen personen echter letsel oplopen en kan er materiële schade ontstaan. Lees deze gebruiksaanwijzing daarom eerst aandachtig door voordat u dit apparaat voor het eerst gebruikt. Hierin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het apparaat.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Per 8 g koelmiddel moet het vertrek minstens 1 m3 groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel die de vrieskast bevat staat op het typeplaatje in de binnenkant van het apparaat. Voordat u uw vrieskast aansluit dient u altijd de aansluitgegevens (zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet te vergelijken. Deze moeten beslist overeenkomen, omdat de vrieskast anders beschadigd raakt. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Gebruik Raak ingevroren levensmiddelen niet met natte handen aan. Doet u dat wel, dan zouden uw handen vast kunnen vriezen en zou u zich kunnen verwonden. Gebruik geen elektrische apparaten in dit apparaat, bijv. voor het maken van ijs. Doet u dat wel, kunnen er vonken ontstaan en bestaat er gevaar voor een explosie. Nuttig ijsblokjes en ijslolly’s, vooral waterijsjes, nooit meteen nadat u ze uit de vrieskast heeft gehaald.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Plaats wanneer u wilt ontdooien nooit elektrische verwarmingsapparaten of kaarsen in de vrieskast. Doet u dat wel, dan raakt het kunststof beschadigd. Gebruik voor het ontdooien en reinigen van de vrieskast nooit een stoomreiniger. Stoom kan in aanraking komen met delen van het apparaat die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken. Gebruik geen ontdooisprays of andere middelen om te ontdooien.
Het besparen van energie Normaal energieverbruik Plaatsing van het apparaat In ruimten waar kan worden geventileerd Te hoog energieverbruik In gesloten ruimten waar niet kan worden geventileerd Op een plaats waar de zon niet di- Op een plaats waar de zon direct rect op kan schijnen op kan schijnen Niet naast een warmtebron (verwarming, fornuis) Naast een warmtebron (verwarming, fornuis) Bij een kamertemperatuur van ca.
Het besparen van energie Ontdooien Normaal energieverbruik Te hoog energieverbruik Ontdooi het diepvriesgedeelte wanneer er een ijslaag van 1 cm in zit. Een ijslaag in het diepvriesgedeelte bemoeilijkt het invriezen en bewaren van producten in dit gedeelte. Daardoor stijgt het stroomverbruik.
Het in- en uitschakelen van de vrieskast Voor het eerste gebruik ^ Reinig de binnenkant van de vrieskast en de toebehoren. Gebruik daarvoor lauwwarm water met een beetje reinigingsmiddel. ^ Wrijf daarna alles met een doek droog. Laat het apparaat nadat u het hebt geplaatst eerst ca. 1/2 tot 1 uur staan voordat u het aansluit.
Het in- en uitschakelen van de vrieskast Bij langere afwezigheid Wanneer u de vrieskast vrij lange tijd niet gebruikt, doe dan het volgende. ^ Schakel de vrieskast uit. ^ Trek de stekker uit het stopcontact. ^ Ontdooi het apparaat. ^ Reinig het. ^ Laat de deur van de vrieskast iets openstaan om te voorkomen dat er luchtjes ontstaan. Wanneer het apparaat in zulke gevallen wel wordt uitgeschakeld, maar niet wordt gereinigd en niet wordt opengezet, bestaat er gevaar dat zich schimmel vormt.
De juiste temperatuur . . . in de diepvriesruimte Het is voor de houdbaarheid van de levensmiddelen zeer belangrijk dat de juiste temperatuur wordt ingesteld. Door micro-organismen bederven de levensmiddelen erg snel. De temperatuur beïnvloedt de snelheid waarmee de micro-organismen groeien. Hoe lager de temperatuur, des te langzamer de micro-organismen groeien en des te langer het duurt voordat de levensmiddelen bederven.
De juiste temperatuur Temperatuuraanduiding De temperatuuraanduiding op het bedieningspaneel geeft bij normaal gebruik de temperatuur aan van de warmste plek in het apparaat. De temperaturen op het display geven een temperatuurbereik aan en zijn geen preciese aanduiding van de echte temperatuur. Wanneer u met behulp van de temperatuurregelaar een andere temperatuur heeft ingesteld, controleer dan de temperatuuraanduiding na ca. 6 uur wanneer de vrieskast lang niet vol is en na ca.
Zoemer Dit apparaat is uitgerust met een waarschuwingssysteem in de vorm van een zoemer. Daarmee wordt voorkomen dat de temperatuur in de diepvrieszone ongemerkt stijgt. Wanneer de temperatuur te veel stijgt klinkt er een zoemtoon. Tegelijk gaat het controlelampje van de zoemer knipperen. Of het apparaat een temperatuur te hoog vindt is afhankelijk van de stand aan de temperatuurregelaar.
De functie "Superfrost" Wat gebeurt er bij het invriezen van verse levensmiddelen? Verse levensmiddelen moeten zo snel mogelijk tot in de kern worden ingevroren. Alleen zo blijven voedingswaarde, vitaminen, vorm en smaak behouden. Hoe langzamer de levensmiddelen invriezen, des meer vocht komt er uit iedere cel vrij. Dit vocht komt in de tussenruimten terecht. De cellen gaan krimpen. Wanneer de levensmiddelen ontdooien komt slechts een deel van het vocht dat eerder vrijkwam in de cellen terug.
De functie "Superfrost" Het uitschakelen van de superfrost De superfrost wordt automatisch na ca. 50 uur uitgeschakeld. Het controlelampje gaat uit en de koelcapaciteit van het apparaat is weer normaal. Om energie te besparen kunt u de superfrost zelf uitschakelen, zodra in de diepvrieszone een constante temperatuur van minstens -18 °C is bereikt. ^ Druk op de Superfrost - toets. Daarna gaat het controlelampje boven deze toets uit. De koelcapaciteit van het apparaat is weer normaal.
Het invriezen en bewaren van levensmiddelen Maximale vriescapaciteit Levensmiddelen kunnen het best zo snel mogelijk tot in de kern worden ingevroren. Daarvoor is het noodzakelijk dat de maximale vriescapaciteit niet wordt overschreden. De maximale vriescapaciteit binnen 24 uur vindt u op het typeplaatje "Vriescapaciteit ..... kg/24 h".
Het invriezen en bewaren van levensmiddelen – Kruid en zout verse levensmiddelen en geblancheerde groente vóór het invriezen niet. Kruid en zout reeds bereide gerechten voor het invriezen slechts licht. Sommige kruiden veranderen de smaakintensiteit van de gerechten. – Laat warme gerechten en dranken eerst buiten het apparaat afkoelen. Doet u dat niet dan beginnen reeds ingevroren levensmiddelen te ontdooien en wordt er meer stroom verbruikt dan nodig is.
Het invriezen en bewaren van levensmiddelen ^ Leg de in te vriezen producten over de hele breedte op de bodem van de diepvriesladen of op de vriesplaten van het apparaat, zodat ze zo snel mogelijk tot in de kern worden ingevroren. ^ Zorg ervoor dat het materiaal waarin de in te vriezen producten zijn verpakt droog is, zodat de producten niet aan elkaar of aan de bodem van de diepvriesladen vastvriezen.
Het invriezen en bewaren van levensmiddelen Het ontdooien van ingevroren producten Dat kunt u doen Het bereiden van ijsblokjes (Afhankelijk van het model met bakje met boutje) – in de magnetron; – in de oven bij het verwarmingssysteem "Hetelucht" of "Ontdooien"; – bij kamertemperatuur; – in de koelkast of in de koelzone. Platte stukken vlees en vis kunnen gedeeltelijk ontdooid in een hete braadpan worden gelegd. ^ Druk het boutje naar beneden en vul het bakje voor ijsblokjes met water.
Het ontdooien van de vrieskast Wanneer de vrieskast normaal in gebruik is, ontstaan er na verloop van tijd rijp en ijs op de aluminium platen en ladenfronten. Daardoor wordt er minder kou afgegeven en meer stroom verbruikt. Krab de rijp- en ijslagen er niet af, want dan beschadigt u de vriesplaten en functioneert de vrieskast niet meer. Ontdooi de vrieskast van tijd tot tijd, echter in ieder geval zodra zich een ca. 5 mm dikke ijslaag heeft gevormd.
Het ontdooien van de vrieskast ^ Haal de onderste lade uit de vrieskast en giet de lade leeg. ^ Neem het dooiwater dat zich verder nog in de vrieskast bevindt met een spons of doek op. ^ Reinig het apparaat ^ en maak het droog. ^ Sluit de deur van de vrieskast. ^ Steek de stekker in het stopcontact. ^ Schakel de vrieskast in. ^ Schakel de superfrost in zodat de vrieskast snel koud wordt. Het controlelampje gaat branden.
Het reinigen van de vrieskast Gebruik nooit zand-, soda-, zuur- of schuurmiddelhoudende reinigingsmiddelen of chemische oplosmiddelen. Ongeschikt zijn ook zogenaamde "schuurmiddelvrije" schuurmiddelen, daar deze doffe plekken veroorzaken. Let erop dat er geen water in de elektronica terechtkomt. Gebruik geen stoomreiniger. Stoom kan in aanraking komen met delen van het apparaat die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken.
Het reinigen van de vrieskast Na het reinigen ^ Sluit de deur van de vrieskast. ^ Steek de stekker weer in het stopcontact. ^ Schakel het apparaat weer in. ^ Schakel de SuperFrost in, zodat het in de vrieskast weer snel koud wordt. Het controlelampje van de SuperFrost gaat aan. ^ Leg de ingevroren producten weer terug in de diepvriesladen en schuif de diepvriesladen weer in het apparaat, zodra de temperatuur laag genoeg is. ^ Schakel de SuperFrost weer uit. Het controlelampje van de SuperFrost gaat uit.
Nuttige tips Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Wanneer dit niet gebeurt dan kan de gebruiker grote risico’s lopen. Een aantal storingen kunt u echter zelf verhelpen. Wat moet u doen, wanneer . . . . . .
Nuttige tips . . . het controlelampje van de zoemtoon tegelijk knippert met de temperatuuraanduiding -15 °C? Er is sprake van een technische storing. ^ Neem in dat geval contact op met de Technische Dienst. . . . het controlelampje van de superfrost niet brandt, terwijl het apparaat wel werkt? Het controlelampje is defect. ^ Neem contact op met de Technische Dienst. . . . de ingevroren producten vastgevroren zijn? ^ Maak de ingevroren producten met een stomp voorwerp, bijv. met een lepelsteel los. . . .
Geluiden en de oorzaken ervan Heel normale geluiden Waar komen deze geluiden vandaan? Brrrrr... Dit brommende geluid komt van de motor (compressor). Wanneer de motor aanslaat klinkt dit geluid nog iets sterker. Blubb, blubb.... Deze klotsende, gorgelende of snorrende geluiden komen van de koelvloeistof die door de leidingen stroomt. Klik.... Dit klikkende geluid is altijd te horen wanneer de thermostaat de motor in- of uitschakelt. Sssrrrrr....
Technische Dienst Neem bij storingen die u niet zelf kunt verhelpen contact op met – uw Miele-handelaar of – met de Technische Dienst van Miele Nederland B.V. De telefoonnummers van diverse afdelingen en het adres van Miele Nederland B.V. vindt u op de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing. Geef bij het inschakelen van de Technische Dienst altijd het type en het nummer van het apparaat door. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje in de binnenruimte van het apparaat.
Elektrische aansluiting Dit apparaat mag alleen door een erkend elektricien op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Dit apparaat is voorzien van een aansluitkabel en een stekker met randaarde, geschikt voor aansluiting op 50 Hz 220 - 240 V. Dit apparaat mag uitsluitend worden aangesloten op een contactdoos met randaarde. Met verlengsnoeren kan een veilig gebruik van het apparaat namelijk niet worden gewaarborgd in verband met het gevaar voor oververhitting.
Montage-instructies Een vrieskast die niet is ingebouwd kan kantelen! Plaats van opstelling Kies geen plaats direct naast een fornuis of naast een apparaat dat hitte afgeeft of in de buurt van een raam waar de zon direct door heen kan schijnen. Hoe hoger de omgevingstemperatuur is, des te langer de vrieskast staat te ronken en des te hoger het stroomverbruik is. Geschikt is een droge ruimte waar kan worden geventileerd. Klimaatklasse De vrieskast is geconstrueerd voor een bepaalde klimaatklasse.
Inbouwmaten Sokkelhoogte A is afhankelijk van de verschillende onderbouwhoogten: Bij een onderbouwhoogte van 870 mm is de sokkelhoogte 100 - 170 mm. Bij apparaten met de klimaatklasse ST en T is de minimum sokkelhoogte 120 mm! De sokkelhoogte is hier afhankelijk van de hoogte van de meubelfrontplaat. Bij een onderbouwhoogte van 920 mm is de sokkelhoogte 150 - 220 mm.
Het veranderen van de draairichting van de deur Voordat u het apparaat inbouwt moet u bepalen aan welke kant de deur van het apparaat moet worden geopend. Moet de deur linksscharnierend zijn, verander dan de draairichting van de deur. ^ Open de deur van het apparaat. ^ Haal alle diepvriesladen er uit. ^ Haal afdekking a er met de hand en afdekkingen b er met behulp van de kruiskopschroevendraaier af. ^ Draai de bevestigingsschroeven c iets los.
Het veranderen van de draairichting van de deur ^ Schuif de deur van het apparaat op de voorgemonteerde schroeven a en draai de schroeven stevig aan. ^ Maak de afdekkingen b weer vast.
Het inbouwen van het apparaat Gebruik voor alle kruiskopschroeven een sterschroevendraaier. Het onderbouwen van het apparaat Bij een onderbouwhoogte van 820 mm kan het apparaat direct in de nis worden geschoven. Stel het echter van te voren met behulp van de stelvoeten waterpas! Bij een onderbouwhoogte van 870 mm moeten de stelvoeten ca. 50 mm naar buiten worden gedraaid. Gebruik daarvoor een steeksleutel (SW 30) of een schroevendraaier! Stel het apparaat daarna waterpas.
Het inbouwen van het apparaat Hebt u een doorlopend sokkelpaneel in de keuken, moet daarin voor de ventilatie van het apparaat een gat worden gemaakt: Onderbouwhoogte [mm] Maat H [mm] 820 870 60 +1 110 +1 De ventilatieroosters mogen in geen geval worden geblokkeerd! Het monteren van de meubeldeur ^ Stel de afstand tussen de deur van het apparaat en de bevestigingstraverse in op 8 mm. ^ Schuif de montagehulpstukken a ter hoogte van de meubeldeur.
Het inbouwen van het apparaat ^ Teken met een potlood een dunne middellijn op de binnenkant van de meubeldeur. ^ Hang de bevestigingstraverse met de montagehulpstukken a op de binnenkant van de meubeldeur. Stel de bevestigingstraverse precies in het midden. ^ Maak de bevestigingstraverse met minstens 6 korte spaanplaatschroeven b (4 x 14 mm) vast. Gebruik bij cassettedeuren slechts 4 schroeven aan de rand. ^ Trek de montagehulpstukken naar boven en haal ze eruit c.
Het inbouwen van het apparaat (Schroef bij grote of gedeelde meubeldeuren een tweede paar bevestigingshaken a in het handvatgedeelte van de deur. Gebruik daarvoor de voorgeboorde gaten van de deur van het apparaat). Het vastmaken van het apparaat ^ Schroef de deur van het apparaat aan de meubeldeur vast en wel als volgt. – Schroef bevestigingshaak a met de zeskantige schroef b op de voorgeboorde gaten in de deur van het apparaat. ^ Draai de moeren a aan de bovenkant van de deur van het apparaat vast.
Wijzigingen voorbehouden / 3105 F 623 Ui F 623 Ui-2 M.-Nr.