Gebruiksaanwijzing voor afwasautomaten Lees beslist de gebruiksaanwijzing en de montage-instructies voordat u uw afwasautomaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. M M.-Nr.
Inhoud Beschrijving van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Het apparaat in één oogopslag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Bedieningsveld . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . .
Inhoud Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Reinigingsmiddelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Het doseren van reinigingsmiddel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Het inschakelen van de afwasautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 Het kiezen van een programma. . . . . . . . . . . .
Inhoud Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Wateraansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56 Watertoevoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56 Waterafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Beschrijving van het apparaat Het apparaat in één oogopslag a Bovenste sproeiarm (niet zichtbaar) g Zeefcombinatie h Typeplaatje b Besteklade (afhankelijk van het model) i Reservoir voor naspoelmiddel c Bovenrek j Tweevaksdoseerbakje voor reinigingsmiddel d Middelste sproeiarm k Reservoir voor regenereerzout e Luchttoevoer voor het drogen (afhankelijk van het model) f Onderste sproeiarm 5
Beschrijving van het apparaat Bedieningsveld a Controlelampjes voor watertoevoer en waterafvoer, naspoelmiddel en zout Kort overzicht van de symbolen b Programma's met controlelampjes g o ;? c Programmatoets ;? Aan Uit Programmatoets d g - toets (Aan - toets) met controlelampje Controlelampjes e o - toets (Uit - toets) p/q Watertoevoer / Waterafvoer H Naspoelmiddel k Zout Programma's Een uitvoerige beschrijving van de symbolen vindt u in de desbetreffende hoofdstukken. L 60 °C ü 40 °C Q 50 °C .
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Transport Deze afwasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Door ondeskundig gebruik kunnen personen echter letsel oplopen en kan er materiële schade ontstaan. Lees deze gebruiksaanwijzing daarom eerst aandachtig door voordat u dit apparaat in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt daarmee schade aan uw apparaat. Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Let wanneer u de afwasautomaat wilt transporteren, bijv.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen De afwasautomaat mag niet onder een kookplaat worden geïnstalleerd. Een kookplaat straalt voor een deel hoge temperaturen af waardoor de afwasautomaat beschadigd zou kunnen raken. Om dezelfde reden mag de afwasautomaat niet direct naast warmteproducerende apparaten worden geplaatst die niet standaard tot de keukenuitrusting behoren.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Laat de deur van de automaat niet onnodig openstaan. U zou zich daaraan kunnen stoten. Wanneer de deur van de afwasautomaat open staat, ga daar dan niet op zitten of staan. Doet u dat wel, dan kan het apparaat kantelen. Daarbij kunt u letsel oplopen of kan het apparaat beschadigd raken. Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen voor huishoudafwasautomaten.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Ter voorkoming van materiële schade Doseer geen poedervormig of vloeibaar reinigingsmiddel in het reservoir voor naspoelmiddel, want dan gaat het reservoir kapot. Doseer geen poedervormig of vloeibaar reinigingsmiddel in het reservoir voor het regenereerzout, want dan gaat de ontharder kapot. Gebruik geen reinigingsmiddelen die voor bedrijfsafwasautomaten of industriereinigers bestemd zijn.
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Het wegdoen van het verpakkingsmateriaal De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen omdat dit het milieu relatief weinig belast en kan worden hergebruikt. Hergebruik van het verpakkingsmateriaal vermindert de afvalproductie en het gebruik van grondstoffen. De vakhandelaar neemt de verpakking terug.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Het openen van de deur Het sluiten van de deur ^ Schuif de rekken naar binnen. ^ Sluit de deur totdat deze vastklikt. ^ Trek aan de deurgreep. Wanneer de deur wordt geopend terwijl de afwasautomaat in gebruik is, worden alle functies automatisch onderbroken.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Waterontharder Om goede reinigingsresultaten te bereiken heeft de afwasautomaat zacht (kalkarm) water nodig. Bij hard water ontstaat er witte kalkaanslag op het vaatwerk en op de wanden van de spoelruimte. Water met een waterhardheid van 4 °dH (0,7 mmol/l) moet daarom worden onthard. Daar wordt in de ingebouwde waterontharder automatisch voor gezorgd. Vanuit de fabriek is een waterhardheid van 12 - 15 °dH (2,2 - 2,7 mmol/l) geprogrammeerd.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Het programmeren van de waterhardheid Bij het programmeren gaan iedere keer nadat u op een toets hebt gedrukt weer andere controlelampjes knipperen en branden. Voor de programmering zijn echter alleen die controlelampjes van belang die in de volgende stappen worden genoemd. U kunt het programmeren altijd zonder problemen afbreken en van voren af aan beginnen, wanneer u de afwasautomaat met de o - toets uitschakelt.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Het controleren van de geprogrammeerde waterhardheid ^ Schakel de afwasautomaat met de o - toets uit. ^ Druk op toets ;?, blijf erop drukken en schakel tegelijk de afwasautomaat met de g - toets in. Blijf daarbij minstens 4 seconden op toets ;? drukken totdat het controlelampje van het programma rechts onder gaat branden. ^ Druk 2x kort op toets ;?.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Voor het eerste gebruik hebt u nodig: – ca. 2 l water; – ca. 2 kg regenereerzout; – reinigingsmiddel voor huishoudafwasautomaten; – naspoelmiddel voor huishoudafwasautomaten. Iedere afwasautomaat wordt in de fabriek op zijn werking getest. Als gevolg van deze tests blijft er water in het apparaat achter. Dit betekent niet dat het apparaat eerder door een andere consument is gebruikt.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt ^ Haal het onderrek uit de spoelruimte en draai de dop van het zoutreservoir open. Iedere keer wanneer u de dop van het zoutreservoir opendraait loopt er water of zout over de rand van het reservoir. Draai de dop er daarom alleen maar af om zout bij te vullen. ^ Vul het zoutreservoir voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt met ca. 2 l water.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Naspoelmiddel Naspoelmiddel is nodig om ervoor te zorgen dat het water tijdens het drogen als een film van het vaatwerk afloopt en het vaatwerk na het spoelen droogt zonder dat het vlekken gaat vertonen. Het doseren van naspoelmiddel Het naspoelmiddel wordt in het reservoir voor naspoelmiddel gedoseerd en bij het naspoelen in de ingestelde hoeveelheid automatisch toegevoegd.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Controlelampje voor het naspoelmiddel H Wanneer het controlelampje H in het bedieningspaneel gaat branden zit er nog een reserve in voor 2 - 3 afwasbeurten. ^ Vul op tijd naspoelmiddel bij. ^ Doseer zoveel naspoelmiddel totdat het in het zeefje in de vulopening zichtbaar is. In het naspoelmiddelreservoir kan ca. 110 ml. ^ Sluit het klepje en wel zo dat het duidelijk vastklikt.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt Het instellen van de hoeveelheid te doseren naspoelmiddel Voor een optimaal reinigingsresultaat kunt u de hoeveelheid te doseren naspoelmiddel aanpassen. Het te doseren naspoelmiddel is instelbaar in hoeveelheden van ca. 0-6 ml. Vanuit de fabriek is een hoeveelheid van ca. 3 ml naspoelmiddel ingesteld. Deze hoeveelheid wordt geadviseerd. De ingestelde hoeveelheid is te zien aan het knipperritme van het controlelampje van het programma rechts boven.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Waar u bij het inruimen van serviesgoed en bestek op moet letten ^ Verwijder de ergste etensresten van het vaatwerk. Het is niet nodig om het vaatwerk van te voren onder stromend water af te spoelen! ,Was vaatwerk met as, zand, was, smeervet of verf niet in de afwasautomaat. As wordt niet opgelost, maar in de spoelruimte verdeeld. Door was, smeervet en verf raakt de afwasautomaat beschadigd. U kunt ieder stuk servies in principe overal in de rekken inruimen.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Serviesgoed en bestek die niet geschikt zijn voor de afwasautomaat – Serviesgoed en bestek die óf helemaal óf voor een deel uit hout bestaan drogen uit en worden lelijk. Bovendien houdt de lijm niet in de afwasautomaat. Het gevolg daarvan is dat houten grepen los kunnen raken. – Kunstvoorwerpen, antieke vazen of glazen met decoraties zijn niet bestand tegen de afwasautomaat. – Voorwerpen van niet hittebestendig kunststof kunnen vervormen.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Bovenrek ,Gebruik de afwasautomaat om veiligheidsredenen niet zonder boven- en onderrek. Kopjesrek ^ Klap het kopjesrek om hoog servies goed te kunnen inruimen. Steunbeugel (afhankelijk van het model) Wanneer u glazen tegen de steunbeugel aanzet, staan ze steviger. ^ Plaats in het bovenrek klein, licht en teer serviesgoed zoals glazen, kopjes, schoteltjes en dessertschaaltjes. U kunt er ook een plat pannetje in plaatsen.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Het verstellen van het bovenrek Om in het boven- of onderrek meer plaats te krijgen voor hoger serviesgoed kunt u het bovenrek in hoogte verstellen. U kunt kiezen tussen 3 standen met een verschil van telkens ca. 2 cm. U kunt het bovenrek ook schuin plaatsen, nl. met één kant hoog en met één kant laag. Let er echter op dat u het rek zonder problemen in de spoelruimte kan schuiven. ^ Trek het bovenrek naar buiten. Afhankelijk van de stand van het bovenrek kunt u bijv.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Onderrek Inzetrek met spijlen ^ Plaats in het onderrek groot en zwaar serviesgoed zoals borden, platte schotels, pannen en schalen. U kunt ook schoteltjes, ontbijt- en dessertbordjes in het onderrek zetten. In het inzetrek met spijlen kunt u schoteltjes, borden en platte schotels plaatsen. Afwasautomaat met besteklade Afwasautomaat met bestekkorf De twee rijen spijlen van dit rek kunt u omklappen om meer ruimte te krijgen voor grote stukken serviesgoed, bijv.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Uitneembaar Fleshouder (afhankelijk van het model) U kunt het inzetrek met spijlen uit het apparaat halen om meer ruimte te krijgen voor groter serviesgoed, bijv. een platte pan, of om een ander inzetrek te plaatsen. Op de fleshouder kunt u smal serviesgoed plaatsen zoals een melk- of babyfles. ^ Zet de fleshouder alleen in het onderrek zoals op het plaatje afgebeeld. Het verwijderen van het inzetrek a ^ Trek het inzetrek aan de handgreep naar boven.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Bestek Besteklade (afhankelijk van het model) ^ Plaats het bestek in de besteklade zoals op het plaatje. Wanneer de lepels niet met de grepen tussen de opstaande kammen passen, leg ze dan met de grepen op de getande kammen. Wanneer u messen, vorken en lepels als aparte groepen in de besteklade legt, kunt u ze er na het afwasprogramma makkelijker uithalen en opbergen.
Het inruimen van serviesgoed en bestek Bestekkorf (afhankelijk van het model) ^ Wilt u het bestek snel schoon en droog hebben, plaats het dan zo in de bestekkorf dat de grepen beneden en de snijkanten van de messen en de tanden van de vorken boven zitten. Wanneer u daardoor echter kans loopt om zich daaraan te verwonden, dan kunt u het bestek beter zo plaatsen dat de grepen boven en de scherpe kanten beneden zitten. ^ Plaats de bestekhouder als dat nodig is op de bestekkorf.
Bediening Reinigingsmiddelen ,Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen voor huishoudafwasautomaten. ^ U kunt tabletten of poedervormige of vloeibare reinigingsmiddelen gebruiken. Neem bij het doseren daarvan de aanwijzingen in acht die op de verpakking staan. ^ Doseer het reinigingsmiddel in de reinigingsmiddelvakjes. ^ Gebruik bij het programma ü 40°C geen tabletten. De tabletten lossen bij dit programma niet helemaal op.
Bediening Het doseren van reinigingsmiddel ^ Sluit ook het pak reinigingsmiddel om te voorkomen dat het middel aan reinigingskracht verliest. Doseerhulp In vakje I kan maximaal 10 ml en in vakje II kan maximaal 50 ml reinigingsmiddel. In vakje II zijn markeringen aangebracht om het doseren makkelijker te maken: 20, 30. Wanneer de deur 90° geopend is geven deze streepjes in ml aan hoeveel reinigingsmiddel er ongeveer in zit.
Bediening Het inschakelen van de afwasautomaat ^ Draai de waterkraan open indien deze nog gesloten is. ^ Open de deur van de afwasautomaat. ^ Controleer of de sproeiarmen vrij kunnen draaien en niet worden geblokkeerd. ^ Druk op de g - toets. Het controlelampje g gaat branden. Het kiezen van een programma Laat de keuze voor een programma steeds afhangen van het soort vaatwerk en de mate waarin dat is vervuild. Het starten van het programma ^ Kies met toets ;? het gewenste programma.
Bediening Einde van het programma ^ Open de deur van de afwasautomaat op een kier om te controleren of het programma ten einde is. Is dit laatste het geval dan is het controlelampje van het gekozen programma uit. Zolang het controlelampje van het programma nog brandt, is het programma nog niet ten einde. Sluit de deur weer, zodat de automaat het programma kan afmaken. Daarna kunt u de afwasautomaat openen en het vaatwerk eruit halen.
Bediening Het onderbreken van het programma Wisseling van programma Het programma wordt onderbroken, zodra u de deur opendoet. Is het klepje van het reinigingsmiddeldoseerbakje al geopend, wissel dan niet meer van programma. Wanneer u de deur weer dichtdoet, gaat het programma na een paar seconden daar verder, waar het is onderbroken. Wanneer een programma als is gestart, kunt u als volgt van programma wisselen. ,Wanneer het water in de afwasautomaat heet is, loopt u het risico om zich te verbranden.
Bediening Extra functies ^ Druk 4x kort op toets ;?. Zoemer Het controlelampje p/q knippert 4x kort achter elkaar. Wanneer de extra functie "Zoemer" is ingeschakeld, gaat er aan het einde van een programma een zoemer. De zoemer klinkt na afloop van een programma 5x achter elkaar met een korte pauze. Dit doet hij max. 1 uur, als u het apparaat niet eerder uitschakelt. De functie is, wanneer de afwasautomaat wordt geleverd, wel ingeschakeld. U kunt de functie zelf uitschakelen.
Bediening Fabrieksinstellingen Wanneer u de fabrieksinstellingen hebt veranderd maar deze weer terug wilt hebben, doe dan het volgende. ^ Open de deur. ^ Schakel de afwasautomaat met de o - toets uit. ^ Druk op toets ;?, blijf erop drukken en schakel tegelijk de afwasautomaat met de g - toets in. Blijf daarbij minstens 4 seconden op toets ;? drukken totdat het controlelampje van het programma rechts onder gaat branden. Is dat niet het geval, begin dan van voren af aan. ^ Druk 12x kort op toets ;?.
Reiniging en onderhoud Controleer regelmatig - ongeveer 2 tot 3 keer per jaar - de algehele toestand van uw afwasautomaat. De kans op storingen is daardoor geringer. Het reinigen van de spoelruimte Wanneer u altijd de juiste hoeveelheid reinigingsmiddel gebruikt houdt u daarmee automatisch de spoelruimte schoon. Wanneer zich echter toch kalk of vet heeft afgezet, kunt u deze aanslag met een speciaal reinigingsmiddel verwijderen.
Reiniging en onderhoud Het reinigen van de zeven in de spoelruimte Op de bodem van de spoelruimte bevindt zich een zeefcombinatie. Deze zeefcombinatie houdt het ergste vuil tegen dat in het afwaswater zit. Op deze manier wordt voorkomen dat het vuil in het circulatiesysteem en via de sproeiarmen weer in de spoelruimte terechtkomt. ,Zonder zeven mag niet worden afgewassen! De zeven kunnen in de loop van de tijd door het vuil verstopt raken.
Reiniging en onderhoud Om de binnenkant van het tuitvormige gedeelte van de zeefcombinatie te kunnen reinigen moet u het eerst openen. ^ Plaats de zeefcombinatie zo terug, dat ze plat tegen de bodem van de spoelruimte aanligt. ^ Doe dat door de greepjes van het klepje naar elkaar toe te drukken (zie pijlen) a en het klepje open te klappen b. ^ Vergrendel daarna de zeefcombinatie door de greep van achter naar voren te draaien. ^ Reinig alle delen onder stromend water.
Reiniging en onderhoud Het reinigen van de sproeiarmen ^ Trek het onderrek naar buiten. Het is mogelijk dat er etensresten vast gaat zitten in de sproeikoppen en de lagering van de sproeiarmen. Controleer de sproeiarmen derhalve regelmatig - ongeveer 2 tot 3 keer per jaar. ^ Schakel de afwasautomaat eerst uit. Verwijder de sproeiarmen als volgt: ^ Trek (indien aanwezig) de besteklade naar buiten. ^ Druk de bovenste sproeiarm omhoog, zodat de tanden in elkaar grijpen en schroef de sproeiarm er af.
Nuttige tips De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik voordoen kunt u zelf oplossen. Doordat u dan geen beroep hoeft te doen op onze technici, bespaart u tijd en kosten! Het nu volgende overzicht kan u helpen om de oorzaken van een probleem te vinden en uit de wereld te helpen. Vergeet echter niet: ,Reparaties mogen uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd. Door ondeskundige reparaties kan de gebruiker grote risico's lopen.
Nuttige tips Probleem Oorzaak Oplossing – Schakel de afwasautomaat met de o - toets uit. – Wacht een paar seconden. – Schakel de afwasautomaat in. – Kies met toets ;? het gewenste programma. – Sluit de deur. Gaan de controlelampjes opnieuw knipperen, is er sprake van een technische storing. – Neem contact op met de afdeling Klantcontacten van Miele Nederland B.V. Het is ook mogelijk dat Het Waterproof-systeem – Draai de kraan dicht. heeft gereageerd.
Nuttige tips Storingen in de watertoevoer/waterafvoer Probleem Kort nadat het programma is gestart stopt de automaat met afwassen. De zoemer gaat. Wanneer u de deur opendoet ziet u dat ook het controlelampje p/q afwisselend aan het knipperen en branden is. De automaat stopt met afwassen. De zoemer gaat. Wanneer u de deur opendoet ziet u dat ook het controlelampje p/q aan het knipperen is. 42 Oorzaak De kraan is dicht. Oplossing – Draai de kraan helemaal open.
Nuttige tips Algemene problemen met de afwasautomaat Probleem In het reinigingsmiddeldoseerbakje zijn na het afwasprogramma resten reinigingsmiddel achtergebleven. Oorzaak Het reinigingsmiddeldoseerbakje was nog vochtig toen het middel werd gedoseerd. Het klepje van het reinigingsmiddeldoseerbakje gaat niet goed dicht. Na afloop van het programma zit er een vochtlaag op de binnenkant van de deur en mogelijk ook op de binnenwanden. Na afloop van het afwasprogramma zit er water in de spoelruimte.
Nuttige tips Vreemde geluiden Probleem Oorzaak Er is in de spoelruimte Een sproeiarm slaat tegen een kleppend geluid te een stuk servies aan. horen. Onderbreek het programma en plaats de stukken servies zo stevig dat ze niet meer klepperen. Dit heeft geen negatief efEr is in de waterleiding Dit wordt waarschijnlijk fect op de werking van de een kleppend geluid te veroorzaakt door de behoren. vestiging of door een ge- automaat.
Nuttige tips Een tegenvallend afwasresultaat Probleem Oorzaak Het vaatwerk is niet Het vaatwerk is niet goed schoon. geplaatst. De waterstralen konden er niet bij. Oplossing Neem de aanwijzingen in het hoofdstuk: "Het inruimen van serviesgoed en bestek" in acht. Het programma is niet krachtig genoeg. Kies een krachtiger programma. Zie hoofdstuk: "Programmaoverzicht". Er is te weinig reinigingsmid- Gebruik meer reinigingsmiddel gedoseerd. del of ga over op een ander reinigingsproduct.
Nuttige tips Probleem Oorzaak Oplossing Het vaatwerk wordt niet droog of er zitten vlekken op glazen en bestek. Er zit geen naspoelmiddel meer in het daarvoor bestemde reservoir of er is te weinig naspoelmiddel gedoseerd. Vul het reservoir of doseer meer naspoelmiddel. Zie hoofdstuk: "Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt". Het vaatwerk is er te vroeg uitgehaald. Haal het vaatwerk er later uit. Zie hoofdstuk: "Bediening".
Nuttige tips Probleem Oorzaak Glazen zijn bruin of Het reinigingsmiddel bevat blauw uitgeslagen. stoffen die zich op de glaDe aanslag kan er niet zen hebben afgezet. vanaf worden geveegd. Glazen worden dof en De glazen kunnen niet in verkleuren. de afwasautomaat worden De aanslag is niet te afgewassen. verwijderen. Oplossing Ga direct over op een ander reinigingsmiddel. De schade aan de glazen is onherroepelijk. Koop glazen die wel geschikt zijn voor de afwasautomaat.
Het verhelpen van storingen Het reinigen van het zeefje in de schroefkoppeling van de watertoevoer Om de watertoevoerslang tegen verontreinigingen in het water te beschermen is in de schroefkoppeling een zeefje ingebouwd. Wanneer het zeefje vuil is dan loopt er te weinig water in de spoelruimte. ,De kunststof behuizing van de Waterproofventielen bevat een elektrisch onderdeel. Dompel dit niet in vloeistof.
Het verhelpen van storingen Het reinigen van de afvoerpomp en de terugslagklep Is het water na afloop van een programma niet uit de spoelruimte gepompt, dan kan dat verschillende oorzaken hebben. Het is mogelijk dat de afvoer door vetaanslag verstopt is geraakt. Om vetaanslag te voorkomen kunt u de afvoer het beste 1 x per 2 maanden met een machinereiniger behandelen. Hoe u dat moet doen kunt u op de verpakking lezen.
Het verhelpen van storingen Onder de terugslagklep bevindt zich de afvoerpomp (zie pijl). ^ Verwijder alle voorwerpen die de afvoerpomp blokkeren. Let erop dat glassplinters bijzonder moeilijk zijn te zien. Draai ter controle het loopwiel van de afvoerpomp met de hand. Het loopwiel draait niet soepel, maar schoksgewijs. ^ Zet de terugslagklep weer zorgvuldig op zijn plaats en laat de klep vastklikken.
Afdeling Klantcontacten Reparaties Voor testinstituten ^ Mocht u een opgetreden storing ondanks bovenstaande tips niet zelf kunnen verhelpen, neem dan contact op met: In de brochure "Tips voor vergelijkende tests" is te vinden, aan welke normen u zich bij vergelijkende tests moet houden. – de Miele-vakhandel of Wanneer u deze brochure wilt hebben, vraag dan de meest actuele versie per E-mail aan bij: – de afdeling Klantcontacten van Miele Nederland B.V.
Programma-overzicht Programma Toepassing L 60 °C Voor normaal vervuild vaatwerk met aangekoekte etensresten ü 40 °C "Snelprogramma" voor licht vervuild vaatwerk, bijv. partyservies en -bestek; voor het verwijderen van zoutresten na het doseren van regenereerzout; inclusief : Care; niet geschikt voor reinigingstabletten Q 50 °C Voor licht tot normaal vervuild vaatwerk met etensresten die niet zijn aangekoekt; met een kortere reinigingstijd; inclusief : Care .
Programma-overzicht Programmaverloop Verbruik Energie Reinigen Voorspoelen 1 2 X X X Tussenspoelen 1 2 Duur kWh Water Naspoelen Drogen Water koud (15 °C) Water warm (55 °C) Liter Water koud (15 °C) h:min Water warm (55 °C) X 1,40 1,00 17 2:19 2:09 0,70 0,22 13 0:33 0:252 X 60 ° X X 65 ° X 40 ° X X 50 ° X 55 ° X X 65 ° X 1,25 0,90 13 1:32 1:20 X 45 ° X X 60 ° X 1,05 0,7 13 2:54 2:44 X 75 ° X X 65 ° X 1,70 1,20 17 2:39 2:29 0,02 0,02 5 0:12 0:12
Na te bestellen accessoires Voor een nog efficiënter gebruik van de afwasautomaat Om uw apparaat nog beter op uw individuele wensen af te stemmen en om het apparaat nog beter aan speciale inbouwsituaties aan te passen kunt u bij uw Miele-vakhandelaar of bij de afdeling Onderdelen van Miele Nederland B.V. extra accessoires krijgen. Het is mogelijk dat sommige accessoires al tot de standaarduitrusting behoren; dit hangt van het model af. U wilt ... dan hebt u nodig ... ...
Elektrische aansluiting De afwasautomaat mag alleen door een erkend installateur op het elektriciteitsnet worden aangesloten. De afwasautomaat is standaard voorzien van een aansluitkabel met stekker met beschermingscontact (randaarde), geschikt voor aansluiting op een stopcontact met beschermingscontact (randaarde). ,De afwasautomaat moet zo worden geplaatst dat men altijd zonder problemen bij het stopcontact kan komen. Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer.
Wateraansluiting Watertoevoer ,Het water in de afwasautomaat is geen drinkwater. – De afwasautomaat mag worden aangesloten op koud of warm water tot max. 60 °C. Wanneer u beschikt over een energetisch gunstige warmwaterbereiding, raden wij u aan om de afwasautomaat op warm water aan te sluiten omdat u dan energie en tijd bespaart. Er wordt in alle programma's met warm water gespoeld. – De toevoerslang is ca. 1,5 m lang; een 1,5 m lange, flexibele metalen slang (proefdruk 14000 kPa/140 bar) is leverbaar.
Wateraansluiting Waterafvoer Beluchting van de waterafvoer – In de afvoer van de afwasautomaat bevindt zich een terugslagklep, zodat er geen vuil water via de afvoerslang in de automaat terug kan stromen. Ligt de waterafvoeraansluiting op de plaats van opstelling dieper dan de geleiding voor de wieltjes van het onderrek in de deur, moet de waterafvoer worden belucht. Gebeurt dat niet, dan kan het water tijdens een programma door de werking van de zuighevel uit de spoelruimte stromen.
Technische gegevens Model afwasautomaat G 1XXX G 2XXX Hoogte 80,5 cm (verstelbaar + 6,5 cm) 84,5 cm (verstelbaar + 6,5 cm) Hoogte van de inbouwkast vanaf 80,5 cm (+ 6,5 cm) vanaf 84,5 cm ( + 6,5 cm) Breedte 59,8 cm 59,8 cm Breedte van de inbouwkast 60 cm 60 cm Diepte 57 cm 57 cm Gewicht ca. 50,5 kg / 52,0 kg* ca.
Wijzigingen voorbehouden / G1171/G2171 / 5106 M.-Nr.