Operation Manual

Waterontharder
Om goede reinigingsresultaten te berei
-
ken heeft de afwasautomaat zacht
(kalkarm) water nodig.
Bij hard water ontstaat er witte kalkaan
-
slag op het vaatwerk en op de wanden
van de spoelruimte.
Water met een waterhardheid van
4 °dH (0,7 mmol/l) moet daarom wor
-
den onthard. Daar wordt in de inge
-
bouwde waterontharder automatisch
voor gezorgd.
De waterontharder is geschikt voor een
waterhardheid tot 70 °dH (12,6 mmol/l).
Bedenk:
De waterontharder heeft daarvoor
wel regenereerzout nodig.
Echter: bij gebruik van combi-tabs
hoeft u al naar gelang de waterhard-
heid (ß 21 °dH) geen regenereerzout
te doseren.
Zie hoofdstuk: "Reinigingsmiddelen".
De afwasautomaat moet precies wor-
den geprogrammeerd naar de hard
-
heid van uw water.
Het plaatselijke waterleidingbedrijf
kan u vertellen wat voor hardheids
-
graad uw water precies heeft.
Programmeer bij een variërende water
-
hardheid (bijv. 37 - 50 °dH) altijd de
hoogste waarde (in dit voorbeeld
50 °dH).
Bij een eventuele reparatie is het voor
de monteur makkelijk om de hardheid
van uw water te weten.
^
Noteer daarom de hardheid van uw
water:
°dH
Vanuit de fabriek is een waterhard
-
heid van 15 °dH (2,7 mmol/l) gepro
-
grammeerd.
Als deze waterhardheid overeenkomt
met de hardheid van uw eigen water,
kunt u de rest van dit hoofdstuk over-
slaan.
Wanneer uw water echter een andere
hardheid heeft, moet u deze via de
toetsen van uw paneel programmeren.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
20