Operation Manual

~
Verwijder resten van oplosmiddelen
en zuren, met name zoutzuur en chlori
-
dehoudende oplossingen, van het
spoelgoed vóórdat u het in de auto
-
maat plaatst. Dit geldt ook voor stoffen
die corrosie kunnen veroorzaken. Van
oplosmiddelen in verbinding met vuil
mogen slechts sporen aanwezig zijn.
Dit geldt met name voor gevarenklasse
A1.
~
Om schade door corrosie te ver
-
mijden, mag de roestvrijstalen omman
-
teling (afhankelijk van het model) niet in
aanraking komen met zoutzuurhouden
-
de oplossingen en dampen.
~
Na werkzaamheden aan de
watervoorziening moeten de leidingen
naar de automaat worden ontlucht. An-
ders kunnen de onderdelen voor de
watertoevoer beschadigd raken.
~
De reinigingsautomaat en de directe
omgeving ervan mogen niet met water
(waterslang of hogedrukreiniger) wor-
den afgespoten.
~
Ga nooit op de geopende deur zit
-
ten of staan. Het apparaat kan anders
kantelen en beschadigd raken.
~
Zorg dat scherpe, spitse voor
-
werpen zo in de automaat worden ge
-
plaatst dat dit geen risico's oplevert.
Wees extra voorzichtig als u dergelijke
voorwerpen rechtop in de automaat zet.
~
Houd rekening met de hoge tempe
-
raturen in het apparaat (afhankelijk van
de instelling). Als u de deur opent, kunt
u zich branden! Laat rekken en inzetten
eerst afkoelen. Na afloop van het pro
-
gramma kan er heet water in bakjes en
dergelijke zijn achtergebleven. Giet dit
water in de spoelruimte.
~
Raak de verwarmingselementen of
de verwarmde delen aan de onderkant
van de spoelruimte niet aan als u de
deur tijdens of na een programma
opent. U kunt zich eraan branden, ook
nog minuten na afloop van een pro
-
gramma.
~
Alle schalen, bakjes en dergelijke
moeten geleegd worden vóórdat ze in
de automaat worden geplaatst.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
9