Operation Manual
Wateraansluiting
Watertoevoer
Het water in de afwasautomaat is
geen drinkwater.
De afwasautomaat mag worden aan-
gesloten op koud of warm water tot
max. 60°C.
Wij raden u aan de afwasautomaat
op warm water aan te sluiten omdat
u dan energie en tijd bespaart.
Dan wordt er echter wel met warm
water gespoeld tijdens alle program-
ma-onderdelen waarin anders met
koud water wordt gespoeld. Het be-
treft hier de programma-onderdelen
"Voorspoelen" en "Tussenspoelen".
Hetzelfde geldt voor het programma
KOUD VOORSPOELEN.
De toevoerslang is ca. 1,5 m lang;
een langere slang (4 m) is leverbaar.
Voor de aansluiting is een kraan met
3/4"-schroefkoppeling noodzakelijk.
Een terugslagklep is niet noodzakelijk.
De waterdruk (druk bij de wateraan-
sluiting) moet tussen de 1,0 en 10
bar overdruk liggen.
Als de waterdruk lager is moet de
waterstand worden verhoogd. Zie
hoofdstuk: "Waterstand controleren".
Is de druk hoger, dan moet een druk-
reduceerventiel worden ingebouwd.
De toevoerslang mag niet korter
worden gemaakt en mag niet wor-
den beschadigd (zie afb.).
De toevoerslang met de behuizing
van de Waterproof-ventielen bij voor-
keur loodrecht aansluiten (gebruik
eventueel een bocht).
De afstand tussen de behuizing van
de Waterproof-ventielen en de bo-
dem van de kast moet minstens
20 cm bedragen.
Wateraansluiting
72