Operation Manual

Inbouwfornuis
99
U mag het toestel alleen ge-
bruiken als het is ingebouwd.
Voor een correcte werking van het
toestel moet voldoende koellucht
worden aangevoerd.
De aanvoer van koellucht mag niet
worden belemmerd (bijvoorbeeld
door inbouw van warmtewerende
lijsten in de keukenkast).
Andere warmtebronnen (zoals een
open haard) mogen de benodigde
koellucht niet te veel verwarmen.
Voor de inbouw
Zorg dat de contactdoos spannings-
vrij is.
Let op het aansluitschema op het for-
nuis.
Fornuis inbouwen
Sluit het toestel op het net aan.
Plaats het fornuis voor de onderkast.
Steek de stekker van de ingebouwde
kookplaat in de koppeling van het for-
nuis.
De deur kan beschadigd raken als u
de deurgreep gebruikt om het toestel
te dragen.
Gebruik voor het dragen de uitspaar-
grepen aan de zijkant van het toestel.
Voordat u het toestel inbouwt, is het
verstandig eerst de deur te verwij-
deren (zie "Reiniging en onderhoud –
Deur verwijderen") en de accessoires.
Het toestel is dan lichter en u kunt niet
per ongeluk de handgreep van de
deur gebruiken om het toestel te tillen.
Schuif het toestel in de onderkast en
stel het.
Open de deur als u deze niet heeft
verwijderd.
Bevestig het toestel met de bijgele-
verde schroeven aan de zijwanden
van de kast.
Plaats zo nodig de deur weer terug
(zie "Reiniging en onderhoud – Deur
terugplaatsen").