Operation Manual
Veiligheidsvoorziening
Vergrendeling oven en kook-
zones
De vergrendeling voorkomt dat de
oven of de kookzones onbedoeld wor-
den ingeschakeld.
Zo activeert u de vergrendeling:
De functiekeuzeschakelaar moet op
"0" staan.
Houd de toets " p " ingedrukt, totdat
het sleutelsymbool in het display ver-
schijnt.
De oven en de kookzones kunnen nu
niet meer worden ingeschakeld.
Het sleutelsymbool verdwijnt na 5 se-
conden uit het display. Bedient u de
keuzeschakelaar of een toets, dan is
het symbool weer 5 seconden te zien.
Zo heft u de vergrendeling weer op:
De functiekeuzeschakelaar mag op
elke stand staan.
Houd de toets " p " ingedrukt, totdat
het sleutelsymbool uit het display ver-
dwijnt.
Automatische uitschakeling
De oven wordt automatisch uitgescha-
keld als het apparaat ongebruikelijk
lang aanstaat.
Wanneer de oven wordt uitgeschakeld,
hangt af van de ingestelde ovenfunctie.
In het display verschijnt de foutmelding
"F6".
U kunt de oven meteen weer gebruiken
als u de functiekeuzeschakelaar op "0"
zet en het programma opnieuw instelt.
Veiligheidsvoorziening
16