Operation Manual

Ovenfuncties zonder
magnetron
^
Plaats het gerecht in de oven.
^
Kies de gewenste ovenfunctie (bij
-
voorbeeld Hetelucht plus U).
In het display verschijnen:
I60
%
V
de voorgeprogrammeerde tempera-
tuur "160".
het controlelampje voor de tempera-
tuur .
het driehoekje V onder het symbool %.
Tegelijk worden de ovenverwarming,
de verlichting en de ventilator inge-
schakeld.
U kunt het stijgen van de temperatuur
op het display volgen. Als de inge
-
stelde temperatuur voor het eerst wordt
bereikt, dooft het controlelampje en
klinkt er een akoestisch signaal.
^
Na afloop van de bereiding zet u de
functieschakelaar op "0" en kunt u het
gerecht uit de oven halen.
Koelventilator
Om te voorkomen dat er vocht in de
binnenruimte, op het bedieningspaneel
of in de inbouwkast neerslaat, blijft de
ventilator nog enige tijd ingeschakeld.
De ventilator wordt automatisch uitge
-
schakeld als de ovenruimte onder een
bepaalde temperatuur komt.
Voorgeprogrammeerde tempe
-
raturen
Bij de ovenfuncties zonder magnetron
hoort een voorgeprogrammeerde tem
-
peratuur.
Hetelucht plus U ...........16C
Grill Y...........vaste temperatuur
Circulatiegrill \ ............20C
Snelopwarmsysteem S ......16C
De ovenfunctie "Ontdooien" heeft geen
voorgeprogrammeerde temperatuur.
De lucht in de ovenruimte circuleert bij
kamertemperatuur.
Temperatuur veranderen
Als de voorgeprogrammeerde tempera-
tuur niet met de temperatuur uit uw re-
cept overeenkomt, kunt u de waarde
met de temperatuurschakelaar binnen
de aangegeven grenzen veranderen (in
stappen van 5°).
Hetelucht plus U ........30–250 °C
Circulatiegrill \.........100–220 °C
Snelopwarmsysteem S . . . 30–250 °C
Voor een bereiding met de ovenfunctie
Grill Y geeft het apparaat automatisch
de grilltemperatuur aan. U kunt deze
waarde niet wijzigen. Het controlelamp
-
je voor de temperatuur brandt als het
apparaat verwarmt.
Bediening
30