Gebruiksaanwijzing en montagehandleiding Koelkast K 12010 S K 12012 S Lees in elk geval de gebruiksaanwijzing voor u het toestel opstelt, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel. nl - BE M.-Nr.
Inhoud Beschrijving van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Hoe kunt u energie besparen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Toestel in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Koelzone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Vriesvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Beschrijving van het toestel a Aan-uitknop/temperatuurregelaar b Tuimelschakelaar voor winterschakeling (alleen bij toestellen met een vriesvak) 4 c Lichtcontactschakelaar
Beschrijving van het toestel a Vriesvak * e Boter- en kaasvak b Legplaat f Rek/eierhouder c Gootje en afvoeropening voor het dooiwater g Aan-uitknop/temperatuurregelaar, binnenverlichting en winterschakeling* d Fruit- en groentebakken h Flessenrek * afhankelijk van het model 5
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu Recycleerbare verpakking Berging van uw oud toestel De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal gekozen dat door het milieu wordt verdragen en opnieuw kan worden benut. Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Dit toestel voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel. Voor u het toestel in gebruik neemt, moet u de gebruiksaanwijzing aandachtig lezen. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent de plaatsing, de installatie, het gebruik en het onderhoud van uw toestel. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Technische veiligheid ~ Hoe meer koelmiddel er in een toe- ~ Controleer vóórdat het toestel wordt stel zit, hoe groter de ruimte moet zijn waarin het toestel wordt opgesteld. Bij een eventueel lek kan er in een te kleine ruimte een brandbaar mengsel van gas en lucht ontstaan. Per 8 g koelmiddel moet het vertrek minstens 1 m3 groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel is aangegeven op het typeplaatje in het toestel. geplaatst, of het zichtbaar beschadigd is.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ De elektrische veiligheid van dit toestel wordt enkel gewaarborgd als u het op een aardsysteem aansluit dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektricien controleren. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak (bijv.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Efficiënt gebruik ~ Gebruik geen elektrische toestellen ~ Raak bevroren levensmiddelen niet in het toestel (bijv. om softijs te maken). Er kunnen vonken ontstaan. Ontploffingsgevaar! met natte handen aan. Uw handen zouden kunnen vastvriezen. U zou zich kunnen verwonden. ~ Steek nooit ijsblokjes en ijslolly's, met name waterijsjes, in de mond wanneer u ze net uit de vrieszone hebt gehaald.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Dek de ventilatieroosters van het toestel niet af. Als die openingen afgedekt zijn, kan er geen goede luchtcirculatie plaatsvinden. Het stroomverbruik stijgt en schade aan onderdelen kan niet worden uitgesloten. ~ Het toestel is geconstrueerd voor een bepaalde klimaatklasse (bereik van de kamertemperatuur) waarvan de onder- en bovengrens gerespecteerd moeten worden. De klimaatklasse is vermeld op het typeplaatje aan de binnenzijde van het toestel.
Hoe kunt u energie besparen? Opstellen normaal energieverbruik verhoogd energieverbruik In een verluchtbare ruimte. In een gesloten, niet te verluchten ruimte Beschermd tegen directe zonnestraling. Bij directe zonnestraling. Niet naast een warmtebron (verwarmingselement, fornuis). Naast een warmtebron (verwarmingselement, fornuis). Bij een ideale kamertemperatuur van Bij een hogere omgevingstempera20 °C. tuur.
Toestel in- en uitschakelen Vóór het eerste gebruik Het toestel uitschakelen De roestvrijstalen lijsten op de rekken en legplaten zijn van een folie voorzien om ze bij het transport te beschermen. ^ Draai de aan-uitknop/temperatuurregelaar op de stand "0". Daarbij moet een kleine weerstand worden overbrugd. ^ Reinig het inwendige van het toestel en het toebehoren. Gebruik daarvoor lauw water. Wrijf daarna alles droog met een doek. ^ Trek de beschermfolie van de roestvrijstalen lijsten.
De juiste temperatuur Voor het bewaren van levensmiddelen is het van groot belang de juiste temperatuur in te stellen. Door micro-organismen bederft eetwaar namelijk gauw. Door een juiste bewaartemperatuur kan dat proces evenwel worden vermeden of vertraagd. De temperatuur heeft een invloed op de snelheid waarmee de micro-organismen aangroeien. Hoe lager de temperatuur, hoe trager dat proces.
De juiste temperatuur De temperatuur instellen De temperatuur voor de koelkast en het vriesvakje stelt u in met de temperatuurkiezer. ^ Draai de temperatuurkiezer op een stand tussen 1 en 7. Hoe hoger de stand, hoe lager de temperatuur in het toestel. Wij bevelen u een middelste stand aan. Zo u in het vriesvakje diepvrieswaar bewaart en de vereiste lage temperatuur gegarandeerd moet blijven, is een stand van 4 tot 7 aan te bevelen.
Winterschakeling (afhankelijk van het model) Als de kamertemperatuur te laag is (kamertemperatuur van 18°C of lager) kan het te warm worden in het vriesvak doordat de compressor minder vaak wordt ingeschakeld bij een lage kamertemperatuur. Mogelijk ontdooien de ingevroren levensmiddelen. Om dat te voorkomen, is er de winterschakeling. Winterschakeling inschakelen ^ Druk op de tuimelschakelaar voor de winterschakeling op "1". De compressor wordt nu vaker ingeschakeld.
De koelzone goed gebruiken Verschillende koelgedeelten Door de natuurlijke luchtcirculatie is de temperatuur in de koelzone niet overal gelijk. De koude, zware lucht daalt naar het onderste gedeelte van het toestel. Gebruik de verschillende koudezones wanneer u levensmiddelen in het toestel plaatst! Warmste gedeelte Het warmste gedeelte van de koelzone bevindt zich bovenaan aan de deur. Gebruik dit gedeelte bijv.
De koelzone goed gebruiken Waarop moet u letten wanneer u levensmiddelen koopt De belangrijkste voorwaarde om levensmiddelen lang te kunnen bewaren, is hun versheid. Dat is van het grootste belang voor de bewaartijd van de producten. De koelketen mag indien mogelijk niet onderbroken worden. Let er bijv. op dat de levensmiddelen niet te lang in een warme auto blijven liggen. Wanneer het verouderings- of bederfproces ingezet is, kan dat niet meer ongedaan gemaakt worden.
De koelzone goed gebruiken Onverpakte dierlijke en plantaardige levensmiddelen Onverpakte dierlijke en plantaardige levensmiddelen moet u van elkaar scheiden. Als de levensmiddelen samen bewaard moeten worden, dan moeten ze in elk geval verpakt zijn. Op die manier voorkomt u dat er microbiologische veranderingen optreden. Levensmiddelen die rijk zijn aan eiwitten Hou er rekening mee dat levensmiddelen die rijk zijn aan eiwitten sneller bederven.
Binnenruimte indelen Legplaten verplaatsen Rek/flessenrek verplaatsen U kunt de legplaten verplaatsen overeenkomstig de hoogte van de te koelen levensmiddelen. ^ Schuif het rek/flessenrek naar boven en haal het uit het toestel. ^ Trek de legplaat naar voren en zwenk ze omlaag om ze uit te nemen. ^ Plaats de legplaat met de achterrand omhoog opnieuw op de gewenste plaats. De achterrand moet omhoog staan, anders kunnen de levensmiddelen de achterwand raken en bevriezen.
Diepvries bewaren en levensmiddelen invriezen Het vriesvakje gebruiken Zelf levensmiddelen invriezen Gebruik het vriesvak om Gebruik enkel verse en onberispelijke levensmiddelen om in te vriezen! – diepvries te bewaren, – ijsblokjes en roomijs te maken, – zelf kleine hoeveelheden levensmiddelen in te vriezen.
Diepvries bewaren en levensmiddelen invriezen – Laat warme spijs en drank eerst buiten het toestel afkoelen. Anders wordt reeds ingevroren eetwaar even ontdooid. Dit leidt bovendien tot een hoger stroomverbruik. Verpakken ^ Vries de eetwaar per portie in. Geschikte verpakking - kunststoffolie - zakjes van polyethyleen - aluminiumfolie - diepvriesdozen Voor u de diepvrieswaar schikt ^ Enige tijd voor u de eetwaar in het diepvriesvak plaatst, schakelt u de functie Winterschakeling in.
Diepvries bewaren en levensmiddelen invriezen Ingevroren groente kan u in kokend water doen of in heet vet stoven. De kooktijd valt dan wat korter uit dan bij verse groente. Vries gedeeltelijk of volledig ontdooide levensmiddelen niet terug in. Zo u ze kookt of braadt, kan dat wel. IJsblokjes maken ^ Druk de sluitbout naar onder en vul de ijsblokjesschaal met water. Het overtollige water loopt via de afvoeropening over. ^ Druk de sluitbout nu naar boven om het schaaltje af te sluiten.
Ontdooien Koelzone Vriesvak De koelzone ontdooit automatisch. (volgens het model) Terwijl de compressor draait, kunnen er rijp en waterpareltjes worden gevormd op de achterzijde van de koelzone. Die hoeft u niet te verwijderen omdat ze automatisch verdampen door de warmte van de compressor. Het vriesvak kan niet automatisch ontdooien. Het dooiwater loopt via een gootje en een afvoerbuis naar een verdampsysteem aan de achterzijde van het toestel.
Ontdooien Het ontdooien zelf Ontdooien moet snel gebeuren. Hoe langer u de ingevroren levensmiddelen bij kamertemperatuur bewaart, des te korter wordt de houdbaarheid van de ingevroren levensmiddelen. ^ Schakel het toestel uit en trek de stekker uit het stopcontact. Na het ontdooien ^ Reinig het toestel en droog het. Er mag geen reinigingswater in de afvoeropening voor het dooiwater lopen. ^ Sluit het toestel weer aan en schakel het in. ^ Leg de ingevroren levensmiddelen weer in het vriesvak.
Reinigen Gebruik nooit reinigingsmiddelen die zand, schuurmiddelen, soda, zuren of chloorverbindingen bevatten. Gebruik ook geen chemische oplosmiddelen. Ook ongeschikt zijn zogenaamde schuurmiddelen die "vrij zijn van schuurmiddelen", want die veroorzaken matte vlekken. Zorg ervoor dat er geen water in de aan-uitknop/temperatuurregelaar, de verlichting of de ventilatieroosters terechtkomt. Er mag geen reinigingswater door de afvoeropening voor het dooiwater lopen. Gebruik geen stoomreiniger.
Reinigen Achterzijde - metalen rooster Na het reinigen Minstens één keer per jaar moet het stof van het metalen rooster aan de achterzijde van het toestel (warmtewisselaar) worden verwijderd. Wanneer er zich stof ophoopt, neemt het energieverbruik toe. ^ Plaats alle onderdelen in het toestel. ^ Let er bij het reinigen van het metalen rooster op dat u geen kabels of andere onderdelen aftrekt, knikt of beschadigt. ^ Sluit het toestel weer aan en schakel het in met de aan-uitnkop/temperatuurregelaar.
Wat gedaan als . . . ? Reparaties aan elektrische toestellen mag u enkel en alleen door een erkend vakman laten uitvoeren. Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er niet te onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan. Volgende storingen kunt u echter zelf verhelpen: Wat gedaan als . . . . . . het toestel niet koelt? ^ Zorg ervoor dat de aan-uitknop/temperatuurregelaar op een andere stand dan "0" staat. ^ Controleer of de stekker van het toestel goed in het stopcontact zit.
Wat gedaan als . . . ? . . . het vriesvak een dikke ijslaag vertoont? ^ Controleer of de deur van het vriesvak goed sluit. ^ Ontdooi en reinig het vriesvak. Een dikke ijslaag vermindert het koelvermogen, waardoor het stroomverbruik stijgt. . . . de binnenverlichting in de koelzone niet meer werkt? ^ Controleer eerst of de lichtcontactschakelaar klem zit of als de aan-uitknop/temperatuurregelaar op "0" staat. Als dat niet het geval is, is de gloeilamp defect.
Wat gedaan als . . . ? . . . de bodem van de koelzone nat is? De afvoeropening voor het dooiwater zit verstopt. ^ Reinig het gootje en de opening voor het dooiwater. Als u de storing niet kunt verhelpen aan de hand van deze aanwijzingen, dient u een beroep te doen op de Technische Dienst van Miele. Om het koudeverlies zo beperkt mogelijk te houden, laat u, indien mogelijk, de deur dicht tot de storing verholpen is.
Waar bepaalde geluiden vandaan komen Heel normale geluiden Waar komen ze vandaan? Brrrrr... Gebrom komt van de motor (compressor). Dat kan even wat harder worden terwijl de motor ingeschakeld wordt. Blubb, blubb.... Geborrel, geklots of gezoem komt van het koelmiddel dat door de buisjes vloeit. Klik.... U hoort een klik telkens als de thermostaat de motor in- of uitschakelt. Sssrrrrr....
Technische Dienst van Miele/garantie Neem in geval van storingen die u zelf niet kan verhelpen, contact op met ^ uw Miele-handelaar of ^ de Technische Dienst van Miele. Het adres en de telefoonnummers van onze Technische Dienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing. Wanneer u daar een beroep op doet, geef dan a.u.b. altijd het type- en het machinenummer van uw toestel op. Deze gegevens vindt u op het typeplaatje binnen in het toestel.
Elektrische aansluiting Dit toestel wordt aansluitklaar geleverd, is dus voorzien van snoer en stekker. Het apparaat is geschikt om te worden aangesloten op eenfasige stroom 220 - 240 V, 50 Hz. Dit toestel mag enkel op een degelijk geaard stopcontact worden aangesloten. Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomschakelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen. U dient smeltveiligheden van 10 A te voorzien.
Opstelinstructies Plaats geen warmteproducerende toestellen, zoals een broodrooster of microgolfoven, op het toestel. Hierdoor stijgt het energieverbruik! Deze koel-/vriescombinatie mag niet onmiddellijk naast ("side-by-side") een ander model worden opgesteld! Omdat het toestel niet met een zijwandverwarming uitgerust is, kan er bij een "side-by-side"-opstelling condenswater ontstaan! Vraag meer informatie bij uw Miele-handelaar.
Opstelinstructies Toestel nivelleren ^ Nivelleer het toestel met de regelvoetjes en de bijgeleverde steeksleutel.
Opstelinstructies Afmetingen van het toestel K 12010 S, K 12012 S 36 A B C 850 550 610
De draairichting van de deur veranderen Het toestel wordt geleverd met een rechtsscharnierende deur. Als de deur linksscharnierend moet zijn, moet u de draairichting van de deur veranderen. geleverde sleutel en schroef de bout er aan de andere kant weer in. ^ Vergeet het afstandsschijfje niet! ^ Sluit de deur van het toestel. ^ Schroef de onderste scharnierhoek a uit en neem hem af. ^ Neem de toesteldeur langs boven af.
De draairichting van de deur veranderen De draairichting van de deur van het vriesvak veranderen ^ Klap de afdekking op de lagersteun a omlaag. ^ Draai de lagersteun b los en neem de deur van het vriesvak c samen met de steun weg. ^ Schroef het grendelstuk d los. Deurgreep verplaatsen ^ Verwijder het afdekplaatje a en de stoppen b voorzichtig met behulp van een sleufschroevendraaier.
De draairichting van de deur veranderen ^ Draai de greep 180° en plaats hem aan de andere kant. ^ Schroef de greep eerst aan de zijkant en daarna in het midden vast g. ^ Plaats het afdekplaatje a en de stoppen b terug (maar nu aan de andere kant). ^ Plaats het middelste afdegplaatje c terug, door het eerst links en dan rechts vast te klikken.
Inbouw onder een doorlopend werkblad Dit toestel kan u onder een doorlopend werkblad schuiven. Daartoe neemt u eerst het bovenblad van het toestel af: ^ Draai de schroeven a aan de achterzijde van het toestel uit. ^ Til het bovenblad achteraan lichtjes op en neem het langs voren weg. Voor de luchttoevoer en -afvoer aan de achterzijde van het toestel dient u in het werkblad een ventilatieopening te voorzien. Die uitsparing moet minstens 140 cm2 groot zijn.
Inbouw onder een doorlopend werkblad 41
Wijzigingen voorbehouden / 0808 K 12010 S, K 12012 S M.-Nr.