Gebruiks- en montage-aanwijzing voor de koelkasten K 621 U-1 Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. M M.-Nr.
Inhoud Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Het besparen van energie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Het in- en uitschakelen van de koelkast . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Het reinigen van de koelkast. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Het reinigen van de binnenruimte en de toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Het reinigen van de luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen. . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Het reinigen van de deurdichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Nuttige tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Algemeen a Luchttoevoeropening g Boter- en kaasvak b Diepvriesvak (afhankelijk van het model) h Temperatuurregelaar en binnenverlichting met lichtcontactschakelaar c Plateau (van glas of met spijlen) d Gootje voor het dooiwater en afvoeropening voor het dooiwater e Groenten- en fruitladen i Eierrekje j Fleshouder* k Deurvak voor flessen f Luchttoevoeropening *afhankelijk van het model 4
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Afgedankte elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone huisafval doet, kunnen deze stoffen mens en milieu schaden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid Deze koelkast voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsmaatregelen. Door ondeskundig gebruik kunnen personen echter letsel oplopen en kan er materiële schade ontstaan. Lees deze gebruiksaanwijzing daarom eerst aandachtig door voordat u dit apparaat voor het eerst gebruikt. Hierin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het apparaat.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Per 8 g koelmiddel moet het vertrek minstens 1 m3 groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel die de koelkast bevat staat op het typeplaatje in de binnenkant van het apparaat. Voordat u uw koelkast aansluit dient u altijd de aansluitgegevens (zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet te vergelijken. Deze moeten beslist overeenkomen, omdat de koelkast anders beschadigd raakt. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Gebruik Raak ingevroren levensmiddelen niet met natte handen aan. Als u dat doet zouden uw handen vast kunnen vriezen en zou u zich kunnen verwonden. Gebruik geen elektrische apparaten in dit apparaat, bijv. voor het maken van ijs. Doet u dat wel, kunnen er vonken ontstaan en bestaat er gevaar voor een explosie. Nuttig ijsblokjes en ijslolly’s, vooral waterijsjes, nooit meteen nadat u ze uit het diepvriesvak heeft gehaald.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Gebruik geen ontdooisprays of andere middelen om te ontdooien. Deze kunnen explosieve gassen vormen, ze kunnen oplosmiddelen of drijfgassen bevatten die het kunststof beschadigen of ze kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid. Behandel de deurdichting niet met olie of vet. Als u dat doet dan wordt de deurdichting in de loop van de tijd poreus. Wat te doen wanneer u het apparaat afdankt Voorkom dat kinderen zich bij het spelen insluiten en in levensgevaar komen.
Het besparen van energie Normaal energieverbruik Plaatsing van het apparaat In ruimten waar kan worden geventileerd Te hoog energieverbruik In gesloten ruimten waar niet kan worden geventileerd Op een plaats waar de zon niet di- Op een plaats waar de zon direct rect op kan schijnen op kan schijnen Niet naast een warmtebron (verwarming, fornuis) Naast een warmtebron (verwarming, fornuis) Bij een kamertemperatuur van ca.
Het besparen van energie Ontdooien Normaal energieverbruik Te hoog energieverbruik Ontdooi het diepvriesgedeelte wanneer er een ijslaag van 1 cm in zit. Een ijslaag in het diepvriesgedeelte bemoeilijkt het invriezen en bewaren van producten in dit gedeelte. Daardoor stijgt het stroomverbruik.
Het in- en uitschakelen van de koelkast Voor het eerste gebruik ^ Reinig de binnenkant van de koelkast en de toebehoren. Gebruik daarvoor lauwwarm water met een beetje reinigingsmiddel. ^ Maak daarna alles met een doek droog. Laat het apparaat nadat u het hebt geplaatst eerst ca. 1/2 tot 1 uur staan voordat u het aansluit. Dat is zeer belangrijk voor de werking van de koelkast. Het inschakelen van de koelkast Het uitschakelen van de koelkast ^ Draai de temperatuurregelaar vanuit stand "1" op stand "0".
De juiste temperatuur Het is voor de houdbaarheid van de levensmiddelen zeer belangrijk dat de juiste temperatuur wordt ingesteld. Door micro-organismen bederven de levensmiddelen erg snel. De temperatuur beïnvloedt de snelheid waarmee de micro-organismen groeien. Hoe lager de temperatuur, des te langer het duurt voordat de levensmiddelen bederven. Wanneer u voor het bewaren van levensmiddelen de juiste temperatuur instelt kunt u daarmee bederf voorkomen of vertragen.
De juiste temperatuur Het instellen van de temperatuur De temperatuur kunt u instellen met behulp van de temperatuurregelaar. ^ Draai de temperatuurregelaar op een stand tussen de 1 en 7. Hoe hoger de stand, des te lager de temperatuur in het apparaat. Wij raden u aan één van de middelste standen te gebruiken. Als er in het diepvriesvak diepvriesproducten liggen en de vereiste lage diepvriesvaktemperaturen gewaarborgd moeten blijven, is een instelling van 4 tot 7 aan te raden.
Het inruimen, koelen en bewaren van levensmiddelen Gedeelten met verschillende temperaturen Door de natuurlijke luchtcirculatie ontstaan er in de koelzone gedeelten met verschillende temperaturen. Maak daar bij het inruimen van de levensmiddelen gebruik van. De koude, zware lucht zakt in het onderste gedeelte van het apparaat. Koelste gedeelte in de koelzone Het koelste gedeelte in de koelzone bevindt zich direct boven de groenten- en fruitladen.
Het inruimen, koelen en bewaren van levensmiddelen Voor het apparaat ongeschikte levensmiddelen Niet alle levensmiddelen zijn geschikt om in de koelzone te worden bewaard. Hiertoe behoren: – Koudegevoelig fruit en koudegevoelige groenten zoals bananen, avocado’s, papaja’s, passievruchten, aubergines, paprika, tomaten en komkommers – Fruit dat nog niet rijp is – Aardappels Groenten en fruit Groenten en fruit kunnen echter onverpakt in de groenten- en fruitladen worden bewaard.
Het indelen van de binnenruimte Plateaus Deurvakken De plateaus kunt u in hoogte verstellen zodat in de koelkast producten van verschillende hoogte kunnen worden geplaatst. ^ Schuif de deurvakken naar boven en haal ze eruit. ^ Trek het plateau naar voren totdat u weerstand voelt, til het aan de voorkant op en haal het eruit. ^ Zet het plateau met de achterkant naar boven op de gewenste plek, haal de voorkant omhoog en schuif het plateau naar binnen.
Het invriezen en bewaren van levensmiddelen Het gebruik van het diepvriesvak Het invriezen en bewaren van verse levensmiddelen Gebruik het diepvriesvak voor Gebruik voor het invriezen alleen verse levensmiddelen waar geen rotte plekken in zitten! – het bewaren van diepvriesproducten; – het invriezen en bewaren van kleine hoeveelheden verse levensmiddelen; – het bereiden van ijsblokjes en ijs.
Het invriezen en bewaren van levensmiddelen – Kruid en zout verse levensmiddelen en geblancheerde groente vóór het invriezen niet. Kruid en zout reeds bereide gerechten voor het invriezen slechts licht. Sommige kruiden veranderen de smaakintensiteit van de gerechten. – Laat warme gerechten en dranken eerst buiten de koelkast afkoelen. Doet u dat niet dan beginnen reeds ingevroren levensmiddelen te ontdooien en wordt er meer stroom verbruikt dan nodig is.
Het invriezen en bewaren van levensmiddelen Het ontdooien van ingevroren producten Dat kunt u doen – in de magnetron; – in de oven bij het verwarmingssysteem "Hetelucht" of "Ontdooien"; – bij kamertemperatuur; – in de koelruimte van de koelkast. Platte stukken vlees en vis kunnen gedeeltelijk ontdooid in een hete braadpan worden gelegd. Fruit kan bij kamertemperatuur zowel in de verpakking als ook in een afgedekte schaal ontdooien.
Het ontdooien van de koelkast Het ontdooien van de koelruimte Het ontdooien van het diepvriesvak Terwijl de koelkast in werking is, kunnen zich aan de achterwand van de koelruimte rijp en waterpareltjes vormen. Deze hoeft u niet te verwijderen, want de koelruimte wordt automatisch ontdooid. (afhankelijk van het model) Het dooiwater loopt via het gootje voor het dooiwater en via de afvoeropening voor het dooiwater in het verdampingssysteem aan de achterkant van het apparaat.
Het ontdooien van de koelkast Handel het ontdooien zo snel mogelijk af. Hoe langer de ingevroren producten bij kamertemperatuur worden bewaard, des te korter ze houdbaar zijn. ^ Schakel het apparaat uit. ^ Laat de deur van het diepvriesvak open. ^ Neem het dooiwater met een spons op. U kunt het ontdooien versnellen door een pannetje op een onderzetter met heet (niet kokend) water in het diepvriesvak te zetten. In dat geval kan de deur bij het ontdooien gesloten blijven, zodat de warmte niet vrij kan komen.
Het reinigen van de koelkast Voor het reinigen Gebruik nooit zand-, soda-, zuur- of schuurmiddelhoudende reinigingsmiddelen of chemische oplosmiddelen. Ongeschikt zijn ook zogenaamde "schuurmiddelvrije" schuurmiddelen, daar deze doffe plekken veroorzaken. Let erop dat er geen water in de temperatuurregelaar of in de verlichting terechtkomt. Zorg ervoor dat er geen reinigingswater door de afvoeropening voor het dooiwater loopt. Gebruik geen stoomreiniger.
Het reinigen van de koelkast ^ Laat de deur van de koelkast en het deurtje van het diepvriesvak korte tijd openstaan. Het reinigen van de luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen ^ Reinig de luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen regelmatig met een kwast of een stofzuiger. Wanneer er zich stof ophoopt wordt er onnodig energie verbruikt. Het reinigen van de deurdichting Behandel de deurdichting niet met olie of vet. Doet u dat wel, dan wordt de deurdichting in de loop van de tijd poreus.
Nuttige tips Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Wanneer dit niet gebeurt dan kan de gebruiker grote risico’s lopen. Een aantal storingen kunt u echter zelf verhelpen. Wat moet u doen, wanneer . . . . . . de koelkast niet koelt? Controleer: ^ of de temperatuurregelaar op een andere stand staat dan op "0"; ^ of de stekker stevig in het stopcontact zit; ^ of de hoofdschakelaar van de elektrische huisinstallatie is ingeschakeld.
Nuttige tips . . . de ingevroren producten vastgevroren zijn? Maak de ingevroren producten met een stomp voorwerp, bijv. met een lepelsteel los. ^ Vervang het gloeilampje. Aansluitgegevens van het gloeilampje: 220 – 240 V, max. 15 W, fitting E 14 ^ Draai het nieuwe gloeilampje erin. . . . zich in het diepvriesvak een vrij dikke ijslaag bevindt? . . . de bodem van de koelruimte nat is? ^ Controleer of het deurtje van het diepvriesvak goed sluit. De afvoeropening voor het dooiwater is verstopt.
Geluiden en de oorzaken ervan Heel normale geluiden Waar komen deze geluiden vandaan? Brrrrr... Dit brommende geluid komt van de motor (compressor). Wanneer de motor aanslaat klinkt dit geluid nog iets sterker. Blubb, blubb.... Deze klotsende, gorgelende of snorrende geluiden komen van de koelvloeistof die door de leidingen stroomt. Klik.... Dit klikkende geluid is altijd te horen wanneer de thermostaat de motor in- of uitschakelt. Sssrrrrr....
Technische Dienst Neem bij storingen die u niet zelf kunt verhelpen contact op met – uw Miele-handelaar of – met de Technische Dienst van Miele Nederland B.V. De telefoonnummers van diverse afdelingen en het adres van Miele Nederland B.V. vindt u op de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing. Geef bij het inschakelen van de Technische Dienst altijd het type en het nummer van het apparaat door. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje in de binnenruimte van het apparaat.
Elektrische aansluiting Dit apparaat mag alleen door een erkend elektricien op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Dit apparaat is voorzien van een aansluitkabel en een stekker met randaarde, geschikt voor aansluiting op 50 Hz 220 - 240 V. Dit apparaat mag uitsluitend worden aangesloten op een contactdoos met randaarde. Het is het beste wanneer de contactdoos zich naast het apparaat bevindt en u er gemakkelijk bij kunt.
Montage-instructies Luchttoevoer en luchtafvoer Een koelkast die niet is ingebouwd kan kantelen! Plaats van opstelling Kies geen plaats direct naast een fornuis, een verwarming of in de buurt van een raam, waar de zon direct door heen kan schijnen. Hoe hoger de omgevingstemperatuur is, des te langer de koelkast staat te ronken en des te hoger het stroomverbruik is. Geschikt is een droge ruimte waar kan worden geventileerd. Klimaatklasse De koelkast is geconstrueerd voor een bepaalde klimaatklasse.
Inbouwmaten Nismaten: A = 600 mm B = 570 mm (minstens) Maten van het apparaat: C = 597 mm D = 569 mm E = 593 mm 31
Het veranderen van de draairichting van de deur Voordat u de koelkast inbouwt moet u bepalen aan welke kant de koelkastdeur moet worden geopend. Als de deur linksscharnierend moet zijn, moet u de draairichting van de deur veranderen. ^ Haal de afdekking a eraf en sluit daarmee de vrijgekomen gaten aan de andere kant af. Deur van de koelkast ^ Zet de deurgreep f er aan de andere kant weer aan. ^ Haal de stop g uit het deurscharnierblok en zet het er aan de andere kant weer in.
Het veranderen van de draairichting van de deur Deurtje van het diepvriesvak ^ Haal de stoppen a eruit. ^ Schroef het sluitingsdeel b eraf. ^ Schroef het deurtje van het diepvriesvak d eraf, draai het 180° en schroef het er aan de andere kant weer aan. ^ Haal de stoppen e eruit en schroef op deze plek het sluitingsdeel b eraan. ^ Sluit de vrijgekomen gaten met de bijgevoegde stoppen e af.
Het monteren van de decorplaat Onder het decorraam kunnen decorplaten of plakfolies tot een dikte van maximaal 4 mm worden aangebracht. Montage Decorplaat ^ Open de deur van de koelkast Decorplaten die dikker zijn moeten aan alle vier de kanten worden afgefreesd (a decorplaat, b decorraam). Maten van de decorplaat Hoogte = 677 mm Breedte = 585 mm Diepte = 4 mm De plakfolie moet ca. 20 mm groter zijn.
Het monteren van de decorplaat Plakfolie De montage van de plakfolie gaat net zo als de montage van de decorplaat. Hiervoor moet het decorraam er echter helemaal worden afgeschroefd en de iets grotere folie direct op de deur van het apparaat worden geplakt. Schroef het decorraam er daarna weer aan.
Het inbouwen van de koelkast De vloer op de plaats waar het apparaat is geplaatst moet horizontaal en vlak zijn. Hoogteverschillen kunnen met een gaffelsleutel via de stelvoeten onder het apparaat worden gecompenseerd. ^ Schuif het apparaat in de nis. Let er daarbij op dat de aansluitkabel niet ergens tussen beklemd raakt! ^ Steek de stekker in het stopcontact a. ^ Stel het apparaat ten opzichte van de andere keukenmeubelen. ^ Maak het apparaat met twee schroeven b onder het werkblad vast.
Wijzigingen voorbehouden / 3205 K 621 U-1 M.-Nr.