Operation Manual
Het reinigen van de binnen
-
ruimte en de toebehoren
^
Reinig de binnenruimte en de toebe
-
horen van de koelkast minstens één
keer in de maand.
^
Gebruik daarvoor lauwwarm water
met wat reinigingsmiddel.
^
Reinig het diepvriesvak indien aan
-
wezig iedere keer nadat u het heeft
ontdooid.
^
Gebruik ook daarvoor lauwwarm wa
-
ter met wat reinigingsmiddel.
^ Reinig de toebehoren met de hand.
^ Reinig het gootje en de afvoerope-
ning voor het dooiwater regelmatig
met een wattenstaafje of iets derge-
lijks, zodat het dooiwater altijd onge-
hinderd weg kan lopen.
^ Reinig de binnenruimte en toebeho-
ren nog een keer met helder water en
droog alles met een doek.
^
Laat de deur van de koelkast en die
van het diepvriesvak korte tijd open
-
staan.
Het reinigen van de luchttoe
-
voer- en luchtafvoeropeningen
^
Reinig de luchttoevoer- en luchtaf
-
voeropeningen regelmatig met een
kwast of een stofzuiger.
Wanneer zich stof ophoopt wordt er on
-
nodig energie verbruikt.
Het reinigen van de deurdich
-
ting
Behandel de deurdichting niet met
olie of vet.
Doet u dat wel, dan wordt de deur-
dichting in de loop van de tijd po-
reus.
^ Reinig de deurdichting regelmatig al-
leen met helder water en wrijf deze
daarna met een doek grondig droog.
Na het reinigen
^ Plaats alle toebehoren weer terug in
de koelkast.
^
Steek de stekker weer in het stopcon
-
tact.
^
Schakel het apparaat met de Aan/Uit
- schakelaar weer in.
^
Schakel de Superkoeling - functie in,
zodat de koelkast snel koud wordt.
^
Leg de levensmiddelen weer terug in
het apparaat.
^
Sluit de deur van het diepvriesvak en
die van de koelkast.
Het reinigen van de koelkast
31