Operation Manual

Het instellen van de tempera
-
turen
De temperaturen voor de koel- en diep
-
vrieszone kunt u met behulp van de
temperatuurregelaars instellen.
^
Draai de temperatuurregelaar van de
desbetreffende zone met een muntje
vanuit stand "0" naar rechts.
Hoe verder u draait, des te lager de
temperatuur in het apparaat.
De ingestelde temperatuur verschijnt
knipperend in het display.
Draai de temperatuurregelaars niet
verder dan het punt waarop u weer-
stand voelt.
Draait u verder, dan raken ze be-
schadigd.
Temperatuuraanduidingen
De temperatuuraanduidingen op het
bedieningspaneel geven altijd de
gewenste temperaturen aan.
Wanneer u bijv. wilt dat de koelzone op
een temperatuur van 5°C koelt,
^
draai de temperatuurregelaar van de
koelzone dan vanuit stand "0" zo ver
naar rechts totdat de temperatuur
-
aanduiding 5 aangeeft.
Wanneer u wilt dat de diepvrieszone op
een temperatuur van -18°C vriest,
^ draai de temperatuurregelaar van de
diepvrieszone dan vanuit stand "0" zo
ver naar rechts totdat de tempera-
tuuraanduiding -18° aangeeft.
Binnen het aangegeven temperatuur-
bereik (bijv. tussen de -15°C en -18°C)
kan een iets lagere temperatuur worden
ingesteld.
^ Draai de temperatuurregelaar bijv.
vanuit stand -15°C langzaam naar
rechts totdat in de temperatuuraan
-
duiding kort "-15°C" gaat knipperen.
De lagere temperatuur wordt in de tem
-
peratuuraanduiding overgenomen.
De juiste temperatuur
16