Operation Manual

Nuttige tips
49
Probleem Oorzaak en oplossing
De inhoud van een pan
begint niet of nauwe-
lijks te koken, terwijl de
aankookautomaat inge-
schakeld is.
Er worden grote hoeveelheden voedingsmiddelen ver-
warmd.
Kook met de hoogste vermogensstand en stel
daarna handmatig een lagere vermogensstand in.
De pan geleidt de warmte niet goed.
Gebruik andere pannen die de warmte wel goed
geleiden.
Na het uitschakelen van
het apparaat is nog een
geluid te horen.
De ventilator blijft draaien tot het apparaat afgekoeld
is en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
Er knipperen een of
meer restwarmte-indi-
caties.
Er is een stroomstoring geweest tijdens bedrijf of ter-
wijl er nog sprake was van restwarmte.
U heeft de programmering opgeroepen terwijl er nog
sprake was van restwarmte.
De sensortoetsen rea-
geren over- of ongevoe-
lig.
De gevoeligheid van de sensortoetsen is veranderd.
Zorg eerst dat zon- of kunstlicht niet direct op de
kookplaat valt. De omgeving van de kookplaat
mag ook niet te donker zijn.
Verwijder al het kookgerei en reinig de kookplaat.
Zorg ervoor dat de gehele kookplaat en de sensor-
toetsen niet bedekt zijn.
Onderbreek de stroomvoorziening van de kook-
plaat gedurende ca. 1 minuut.
Als het probleem na het herstellen van de stroom-
voorziening nog niet is verholpen, neem dan con-
tact op met Miele.