Gebruiks- en montagehandleiding Inductiekookplaten Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw apparaat. nl - NL M.-Nr.
Inhoud Veiligheidsinstructies en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Een bijdrage aan de bescherming van het milieu. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Modellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 KM 6304 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Beveiligingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Vergrendeling instellingen / apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Stop & Go . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Veiligheidsuitschakeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Oververhittingsbeveiliging . . . . .
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadigingen tot gevolg hebben. Lees daarom de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt. In de handleiding vindt u belangrijke instructies met betrekking tot inbouw, veiligheid, gebruik en onderhoud.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Verantwoord gebruik ~ Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor particulier huishoudelijk gebruik (of daarmee vergelijkbaar). ~ Het apparaat mag niet buiten worden gebruikt. ~ Gebruik het apparaat voor het bereiden en warmhouden van gerechten. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Kinderen ~ Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdurend toezicht houdt. ~ Kinderen vanaf acht jaar mogen het apparaat alleen zonder toe- zicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten bedienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening. ~ Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht reinigen. ~ Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van het apparaat bevinden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid ~ Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden kunnen grote risico’s voor de gebruiker ontstaan. Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vakmensen uitvoeren die door Miele zijn geautoriseerd. ~ Een beschadigd apparaat kan uw veiligheid in gevaar brengen. Controleer het voor de inbouw op zichtbare schade. Neem een beschadigd apparaat nooit in gebruik.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Wanneer onderdelen worden aangeraakt die onder spanning staan of wanneer elektrische of mechanische onderdelen worden veranderd, is dit gevaarlijk voor de gebruiker. Het kan er tevens toe leiden dat het apparaat niet meer goed functioneert. Open nooit de ommanteling van het apparaat. ~ De garantie vervalt als het apparaat niet door een technicus wordt gerepareerd die door Miele is geautoriseerd.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Neem de kookplaat niet in gebruik bij een defect of bij breuken, scheuren en barsten in de keramische plaat c.q. schakel het apparaat meteen uit. Maak de kookplaat spanningsvrij. U kunt anders een elektrische schok krijgen! Veilig gebruik ~ Olie en vet kunnen bij oververhitting vlam vatten. Houd het appa- raat goed in de gaten als u met olie en/of vetten werkt. Blus een brand met olie of vet nooit met water.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Als het apparaat achter een meubeldeur is ingebouwd, mag u het alleen gebruiken als de deur geopend is. Sluit de meubeldeur pas als de restwarmte-indicatie is gedoofd. ~ Wanneer u het apparaat gebruikt, wordt het zeer heet. Ook na het uitschakelen blijft het dat nog enige tijd. De restwarmte-indicator geeft aan of het apparaat nog heet is. ~ U kunt zich aan het hete apparaat branden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Gebruik alleen pannen met een gladde bodem. Een ruwe bodem kan krassen op de keramische plaat veroorzaken. ~ Til pannen op als u ze wilt verplaatsen. U voorkomt zo vlekken door wrijving en krassen. ~ Zout, suiker of zandkorrels (bijvoorbeeld van groente) kunnen krassen veroorzaken, als ze onder de pan komen. Zorg dat de keramische plaat en de panbodem schoon zijn, voordat u het kookgerei op het apparaat plaatst.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Het elektromagnetische veld van de ingeschakelde kookplaat kan de functie van magnetiseerbare voorwerpen beïnvloeden. Houd magnetiseerbare voorwerpen, zoals creditcards, diskettes, rekenmachines, etc. uit de buurt van het ingeschakelde apparaat. ~ Metalen voorwerpen die in een lade onder de kookplaat worden bewaard, kunnen heet worden als u het apparaat lang en intensief gebruikt.
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling. Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren.
Algemeen Modellen KM 6304 a Kookzone met booster b Kookzone met booster c PowerFlex-kookzone met TwinBooster d PowerFlex-kookzone met TwinBooster c + d combineerbaar tot een groot PowerFlex-kookvlak e Bedieningspaneel 14
Algemeen KM 6307 / KM 6308 a Kookzone met booster b Kookzone met booster c PowerFlex-kookzone met TwinBooster d PowerFlex-kookzone met TwinBooster c + d combineerbaar tot een groot PowerFlex-kookvlak e Bedieningspaneel 15
Algemeen Bedieningspaneel n m g f h k l e d $ a b i j c Sensortoetsen a Aan/Uit b Bedieningspaneel voor - Vermogensstand instellen - Tijd instellen c Vergrendeling d Booster / TwinBooster e Kookzone kiezen f PowerFlex-kookvlak inschakelen g - Toets voor het kiezen van de timer - Voor het wisselen tussen de timerfuncties - Voor het kiezen van een uitschakeltijd (zie "Kookzone automatisch uitschakelen") h Stop & Go 16
Algemeen Controlelampjes i Vergrendeling j Booster Kookzonedisplay 0 ^ 1 t/m 9 f h œ ß # A = = = = = = = = = kookzone klaar voor gebruik warmhoudstand vermogensstand stand 1 TwinBooster booster / stand 2 TwinBooster PowerFlex-kookvlak geactiveerd geen pan of een ongeschikte pan (zie "Inductie") restwarmte aankookautomaat bij instelling extra vermogensstanden l Controlelampje voor aankookautomaat of weergave extra vermogensstanden (zie "Programmering") Timerdisplay m Controlelampje toewijzing kookzone, bi
Algemeen Kookzones Kookzone KM 6304 Minimale tot maximale C in cm* Vermogen in Watt bij 230 V** y 14–20 Normaal Booster 1850 3000 w 10–16 Normaal Booster 1400 2200 x 15–23 Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2 2100 3000 3650 z 15–23 Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2 2100 3000 3650 x+z 22–23 / 15 x 23 – 23 x 39 Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2 3400 4800 7300 Totaal: 7300 * Binnen het aangegeven bereik kunt u pannen met een willekeurige bod
Algemeen Kookzone KM 6307 / KM 6308 Minimale tot maximale C in cm* Vermogen in Watt bij 230 V** y 16–23 Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2 2300 3000 3650 w 10–16 Normaal Booster 1400 2200 x 15–23 Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2 2100 3000 3650 z 15–23 Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2 2100 3000 3650 x+z 22–23 / 15 x 23 – 23 x 39 Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2 3400 4800 7300 Totaal: 7300 * Binnen het aangegeven berei
Vóór het eerste gebruik Bij het apparaat wordt een tweede typeplaatje geleverd. Plak dit typeplaatje op de aangegeven plaats achter in uw gebruiksaanwijzing. Eerste reiniging ^ Verwijder eventueel aanwezige beschermfolies en stickers. ^ Reinig het apparaat voor het eerste gebruik met een vochtige doek en wrijf het daarna weer droog. Ingebruikneming Alleen voor kookplaten met facetrand (geslepen rand): Na het inbouwen kan de eerste dagen een spleet zichtbaar zijn tussen de kookplaat en het werkblad.
Inductie Principe Onder de keramische plaat bevinden zich inductiespoelen. Als u een kookzone inschakelt, genereren deze spoelen een magneetveld waardoor de bodem van de pan heet wordt. De kookzone zelf wordt alleen indirect verwarmd door de stralingswarmte van de pan. Een inductiekookzone reageert alleen op pannen met een magnetiseerbare bodem (zie "De juiste pannen"). Het systeem houdt automatisch rekening met de grootte van de gebruikte pan.
Inductie Geluiden Bij gebruik van een inductiekookplaat kunnen in het kookgerei allerlei geluiden ontstaan. De geluiden zijn afhankelijk van het materiaal en de constructie van de bodem van het kookgerei. – Op een hoge vermogensstand kan het apparaat een bromgeluid veroorzaken. Dit geluid neemt af of verdwijnt als u een lagere vermogensstand instelt. – Bij pannen met een bodem die uit verschillende materialen bestaat (bijvoorbeeld een sandwichbodem) kan een knetterend geluid optreden.
Inductie De juiste pannen Geschikt zijn pannen van: – roestvrij staal met een magnetiseerbare bodem. – geëmailleerd staal. – gietijzer. Niet geschikt zijn pannen van: – roestvrij staal met een niet magnetiseerbare bodem. – aluminium of koper. – glas, keramiek of aardewerk. Als u niet zeker weet of een pan geschikt is voor inductie, houdt u een magneet tegen de bodem van de pan. Als de magneet blijft hangen, is de pan over het algemeen geschikt.
Tips om energie te besparen – Kook bij voorkeur met een deksel op de pan. Op die manier voorkomt u dat er onnodig warmte ontsnapt. zonder deksel met deksel – Gebruik voor een kleine hoeveelheid een kleine pan. Voor een kleine pan is minder energie nodig dan voor een grote, niet geheel gevulde pan. – Gebruik zo weinig mogelijk water. – Schakel na het aankoken of aanbraden op tijd terug naar een lagere vermogensstand. – Met een snelkookpan kunt u de bereidingstijd aanzienlijk verkorten.
Tabel vermogensstanden Het apparaat heeft af fabriek 9 vermogensstanden. Als u fijner afgestemde vermogensstanden wenst, kunt u het aantal standen vergroten (zie "Programmering"). Bij de tussenstanden verschijnt een punt achter het getal. Vermogensstand instelling af fa- gewijzigde instelbriek (9 vermo- ling (17 vermogensstanden) gensstanden) Warmhouden h h 1-2 1 - 2. Rijstepap, havermoutpap maken 2 2 - 2. Kleine hoeveelheden vloeistof opwarmen Rijst wellen 3 3 - 3.
Bediening Principe van de bediening De kookplaat is voorzien van elektronische sensortoetsen. Deze reageren op vingercontact. U bedient de kookplaat door met uw vinger de juiste toetsen aan te tippen. Het apparaat reageert daarop telkens met een akoestisch signaal. Om veiligheidsredenen moet u de sensortoets Aan/Uit s bij het inschakelen langer bedienen dan de andere toetsen. De kookzones en de timer moeten "actief" zijn als u een vermogensstand of tijd wilt instellen of wijzigen.
Bediening Brandgevaar! Houd toezicht op het apparaat als het in gebruik is! Houdt u er rekening mee dat de opwarmtijd bij inductiekookplaten veel korter is dan bij gewone kookplaten. Kookplaat inschakelen ^ Druk op de sensortoets s. In de displays van alle kookzones verschijnt een 0. Voert u daarna geen waarden in, dan wordt de kookplaat om veiligheidsredenen na enkele seconden weer uitgeschakeld. Kookzone inschakelen ^ Druk kort op de toets van de betreffende kookzone.
Bediening Vermogensstand wijzigen ^ Druk kort op de toets van de betreffende kookzone. De vermogensstand in het display van die kookzone begint te knipperen. ^ Kies de gewenste vermogensstand door op het betreffende cijfer op het bedieningspaneel te drukken. Als slechts één kookzone in gebruik is, kunt u de vermogensstand zonder activering wijzigen. Kookzone uitschakelen ^ Druk 2 keer op de toets van de betreffende kookzone. In het kookzonedisplay knippert gedurende enkele seconden een 0.
Bediening PowerFlex-kookvlak U kunt de PowerFlex-kookzones (rechts achter en rechts voor) tot een groot PowerFlex-kookvlak samenvoegen. De instellingen voor het kookvlak regelt u via de achterste kookzone. Activeren ^ Druk op de sensortoets y. In het display van de achterste kookzone knippert de waarde 0. In het display van de voorste kookzone brandt het symbool œ. ^ Kies de gewenste vermogensstand door op het betreffende cijfer op het bedieningspaneel te drukken. Deactiveren ^ Druk op de sensortoets y.
Bediening Aankookautomaat Als de aankookautomaat geactiveerd is, wordt de betreffende kookzone een bepaalde tijd op het hoogste vermogen ingeschakeld. Daarna wordt naar de ingestelde vermogensstand (doorkookstand) teruggeschakeld. De aankooktijd hangt af van de ingestelde doorkookstand (zie tabel). Activeren ^ Druk kort op de toets van de betreffende kookzone. Het display van de kookzone knippert.
Bediening Doorkookstand* Aankooktijd in minuten en seconden (ca.) 1 0 : 15 1. 0 : 15 2 0 : 15 2. 0 : 15 3 0 : 25 3. 0 : 25 4 0 : 50 4. 0 : 50 5 2 : 00 5. 5 : 50 6 5 : 50 6. 2 : 50 7 2 : 50 7. 2 : 50 8 2 : 50 8. 2 : 50 9 - * De doorkookstanden met punt zijn alleen beschikbaar als u het aantal vermogensstanden heeft vergroot (zie "Programmering").
Bediening Booster De kookzones hebben een booster of een TwinBooster, zie het hoofdstuk "Algemeen". De booster vergroot het vermogen, waardoor u grote hoeveelheden snel kunt verhitten. Bijvoorbeeld water voor het koken van pasta (zie ook de tip in de rubriek "PowerFlex-kookvlak"). De booster is maximaal 15 minuten actief. U kunt de booster voor maximaal twee kookzones tegelijk gebruiken.
Bediening Booster inschakelen ^ Druk op de toets van de betreffende kookzone. ^ Kies zo nodig een vermogensstand. ^ Druk op de toets B I/II. Het controlelampje voor de booster licht op en in het display van de kookzone begint h te knipperen. Na enkele seconden brandt h constant en dooft het controlelampje. TwinBooster inschakelen Stand 1 ^ Druk op de toets van de betreffende kookzone. ^ Kies zo nodig een vermogensstand. ^ Druk op de toets B I/II.
Bediening Warmhouden Alle kookzones hebben een warmhoudstand "h". Deze stand ligt tussen de vermogensstanden "0" en "1". De warmhoudstand is niet bedoeld voor het opwarmen van reeds afgekoelde gerechten. De warmhoudstand is voor het warmhouden van gerechten meteen na de bereiding. Als u de warmhoudstand instelt, blijft de kookzone maximaal 2 uur ingeschakeld. Warmhoudstand instellen ^ Druk op de toets van de betreffende kookzone. ^ Druk tussen de cijfers "0" en "1" op het bedieningspaneel.
Timer De kookplaat moet ingeschakeld zijn, als u de timer wilt gebruiken. U kunt de timer voor twee functies gebruiken: – voor het instellen van een kookwekkertijd. – voor het automatisch uitschakelen van een kookzone. U kunt een tijd van maximaal 99 minuten invoeren. Kookwekker Instellen U wilt bijvoorbeeld 15 minuten instellen: ^ Schakel de kookplaat in als dat nog niet is gebeurd. ^ Druk op de toets m. In het timerdisplay verschijnt 00, de rechter 0 knippert.
Timer Kookzone automatisch uitschakelen U kunt een tijd instellen waarna een kookzone automatisch wordt uitgeschakeld. Alle kookzones kunnen tegelijk worden geprogrammeerd. Als de geprogrammeerde tijd langer is dan de maximaal toegestane bedrijfsduur wordt de kookzone door de veiligheidsuitschakeling uitgeschakeld (zie de betreffende rubriek). ^ Stel voor de gewenste kookzone een vermogensstand in. ^ Druk zo vaak op de toets m totdat het controlelampje van die kookzone gaat knipperen.
Timer Timerfuncties tegelijk gebruiken U kunt de functies "kookwekker" en "automatisch uitschakelen" tegelijk gebruiken. U heeft een of meer uitschakeltijden geprogrammeerd en wilt ook een kookwekkertijd instellen: Druk zo vaak op de toets m totdat de controlelampjes van de geprogrammeerde kookzones continu branden en in het timerdisplay 00 verschijnt.
Beveiligingen Vergrendeling instellingen / apparaat Om te voorkomen dat de kookplaat of kookzones per ongeluk worden ingeschakeld of instellingen worden gewijzigd, is dit apparaat voorzien van een vergrendeling. De vergrendeling van de instellingen activeert u als de kookplaat in gebruik is. Als de vergrendeling actief is, kan het apparaat alleen nog beperkt worden bediend: – De vermogensstanden van de kookzones en de instellingen van de timer kunnen niet worden gewijzigd.
Beveiligingen Activeren 3-vinger-bediening (standaardinstelling) ^ Druk tegelijk op de sensortoets $ en de keuzetoetsen van de beide rechter kookzones. Houd de toetsen ingedrukt, totdat het controlelampje van de vergrendeling en de letters LC in het timerdisplay verschijnen. Na korte tijd gaat het controlelampje uit en verdwijnen de letters LC. 1-vinger-bediening ^ Druk zo lang op de sensortoets $, totdat het controlelampje van de vergrendeling en de letters LC in het timerdisplay verschijnen.
Beveiligingen Stop & Go Uw apparaat heeft een functie waarmee u het vermogen van alle ingeschakelde kookzones tot 1 kunt verlagen. De vermogensstanden en de instelling van de timer kunnen dan niet meer worden gewijzigd. De kookplaat kan alleen worden uitgeschakeld. Als u de functie weer uitzet, worden de laatst ingestelde vermogensstanden weer ingeschakeld. Als u de functie niet uitzet, wordt de kookplaat na 1 uur automatisch uitgeschakeld.
Beveiligingen Veiligheidsuitschakeling Als een kookzone te lang aanstaat Is een kookzone langdurig ingeschakeld geweest (zie tabel), zonder dat de vermogensstand is gewijzigd, dan wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld. In het display verschijnt de restwarmte-indicator. Als u een kookzone weer wilt inschakelen, doet u dat zoals gebruikelijk. Vermogensstand* Maximale bedrijfsduur in uren h 2 1 / 1. 10 2 / 2. 5 3 / 3. 5 4 / 4. 4 5 / 5. 3 6 / 6. 2 7 / 7. 2 8 / 8.
Beveiligingen Oververhittingsbeveiliging Alle inductiespoelen en de koellichamen van de elektronica zijn voorzien van een oververhittingsbeveiliging. Voordat de inductiespoelen of de koellichamen oververhit raken, zorgt de oververhittingsbeveiliging voor een van de volgende reacties: Inductiespoel – Een ingeschakelde booster wordt uitgeschakeld. – De ingestelde vermogensstand wordt verlaagd. – De kookzone wordt automatisch uitgeschakeld. In het timerdisplay knipperen afwisselend "FE" en "44".
Reiniging en onderhoud Verwondingsgevaar! De stoom van een stoomreiniger kan in aanraking komen met delen die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor de reiniging nooit een stoomreiniger. Reinig het apparaat na elk gebruik. Laat het eerst afkoelen. Wrijf het apparaat na elke reiniging droog. U voorkomt zo kalkafzettingen. Om beschadigingen aan de oppervlakken te voorkomen, mogen de volgende middelen niet worden gebruikt: – afwasmiddelen.
Reiniging en onderhoud Gebruik voor het reinigen geen afwasmiddel. Met afwasmiddel worden niet alle verontreinigingen verwijderd. Er ontstaat dan een onzichtbaar laagje dat tot verkleuring van de keramische plaat leidt. Die verkleuring kan niet meer worden verwijderd. Reinig de kookplaat regelmatig met een speciaal reinigingsmiddel voor keramische platen. Verwijder alle grove verontreinigingen met een vochtige doek. Vastgekoekte verontreinigingen verwijdert u met een glasschraper.
Programmering U kunt de programmering van uw apparaat wijzigen (zie tabel). U kunt meerdere instellingen na elkaar wijzigen. Na het oproepen van de programmering verschijnen in het timerdisplay P (programma) en S (status). Bij kookplaten met 3 kookzones verschijnt links achter ook een weergave. In de kookzonedisplays links voor en links achter wordt het programma weergegeven.
Programmering Instellingen opslaan ^ Druk zo lang op de toets s totdat de weergave dooft. Instellingen niet opslaan ^ Druk zo lang op de toets $ totdat de weergave dooft.
Programmering Programma* P Status** Instelling 00 Demo-stand en fabrieksin- S stellingen 0 Demo-stand aan (na het inschakelen van de kookplaat verschijnt gedurende enkele seconden in het timerdisplay "dE") S 1 Demo-stand uit S 9 Fabrieksinstellingen herstellen P 01 Stop & Go S S 0 1 Uit Aan P 02 Aantal vermogensstanden S 0 9 vermogensstanden (1, 2, 3 ... tot 9) S 1 17 vermogensstanden (1, 1., 2, 2., 3 ...
Programmering Programma* P P P P P P 06 07 08 10 15 16 Status** Instelling Vergrendeling instellingen S 0 Vergrendeling met toets $ S 1 Vergrendeling met de toets $ en de keuzetoetsen van de beide rechter kookzones (tegelijk drukken) Vergrendeling apparaat S 0 Alleen handmatige activering van de vergrendeling S 1 Handmatige en automatische activering van de vergrendeling S 0 Uit S 1 Aan Miele|home S - alleen bij apparaten met S communicatiemodule S 0 Niet actueel 1 Afgemel
Nuttige tips De meeste storingen en problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voorkomen, kunt u zelf verhelpen. Hierdoor bespaart u tijd en geld, omdat u niet de hulp van een service-technicus hoeft in te roepen. Het volgende overzicht helpt u de oorzaken van een probleem te vinden en het probleem te verhelpen. Houdt u daarbij rekening met het volgende: ,Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd.
Nuttige tips Probleem Oorzaak Oplossing Bij de nieuwe kookplaat komen geurtjes en damp vrij. Bij elk volgend gebruik neemt de geurvorming af, totdat u niets meer waarneemt. In het display van een Op de kookzone staat geen pan of een ongekookzone knipperen afwisselend het sym- schikte pan. bool ß en de ingestelde vermogensstand. Gebruik geschikte pannen (zie "De juiste pannen"). De vergrendeling is ingeNa het inschakelen van de kookplaat ver- schakeld.
Nuttige tips Probleem Oorzaak De vermogensstand 9 wordt automatisch verlaagd als u bij de verbonden kook- c.q. braadzone eveneens vermogensstand 9 instelt. Bij gelijktijdig gebruik van vermogensstand 9 zou het maximale vermogen worden overschreden. Het apparaat wordt tijdens het gebruik uitgeschakeld. In het timerdisplay knippert een F. Een of meer sensortoetsen zijn afgedekt, bijvoorbeeld omdat u uw hand erop legt, een gerecht overkookt of omdat er voorwerpen op liggen.
Nuttige tips Probleem Oorzaak Oplossing De gevoeligheid van de sensortoetsen is te groot of te klein. De gevoeligheid van de sensortoetsen is veranderd. Zorg eerst dat zon- of kunstlicht niet direct op de kookplaat valt. De omgeving van de kookplaat mag echter ook niet te donker zijn. Er mogen zich geen voorwerpen op de kookplaat en de sensortoetsen bevinden. Verwijder eventueel kookgerei en reinig de kookplaat indien dat nodig is. Onderbreek de stroomvoorziening van de kookplaat gedurende ca.
Bij te bestellen accessoires Speciaal voor uw apparatuur levert Miele een uitgebreid assortiment aan toebehoren, alsmede reinigings- en onderhoudsmiddelen. U kunt deze producten heel eenvoudig via de Miele-webshop bestellen: De producten zijn ook verkrijgbaar bij Miele (zie omslag) en bij uw Miele-vakhandelaar. Kook-/braadpannen Bij Miele kunt u kiezen uit een groot aantal kook- en braadpannen. De pannen sluiten qua functie en afmetingen perfect aan op de Miele-apparatuur.
Bij te bestellen accessoires Miele|home Bij Miele{home sturen voor communicatie geschikte apparaten via het stroomnet (Powerline-technologie) informatie naar een weergave-apparaat (SuperVision-apparaat). Op het display van de SuperVision-apparatuur kan informatie over de status van de verbonden apparaten worden weergegeven. Voor uw kookplaat wordt alleen basisinformatie weergegeven: "aan", "uit" of een foutmelding.
Bij te bestellen accessoires Miele|home a Voor communicatie geschikte apparaten (voorbeelden) b Communicatiemodule c SuperVision-apparaat d Stroomnet (Powerline-techniek) e Miele|home Gateway f (WLAN) Router Mogelijke verbindingen g PC, notebook h iPod* of iPhone* i Aansluiting op het display van een bussysteem j Eventuele internetverbinding * iPod en iPhone zijn geregistreerde merken van Apple Inc.
Bij te bestellen accessoires Con|ctivity a Communicatiemodule XKM 2000 DA b Communicatiemodule XKM 2100 KM c Stroomnet (Powerline-techniek) 56
Con|ctivity en Miele|home Kookplaat aanmelden Wilt u de kookplaat – bij Miele{home aanmelden, bereid dan eerst de aanmeldprocedure op het weergave-apparaat voor (zie de montage- en installatiehandleiding "Miele|home"). – bij Con|ctivity aanmelden, dan moet u eerst de afzuigkap aanmelden (zie de montage- en installatiehandleiding "Con|ctivity"). ^ Druk terwijl de kookplaat uitgeschakeld is tegelijk op de toetsen s en $. Druk zo lang totdat het controlelampje voor de vergrendeling gaat knipperen.
Con|ctivity en Miele|home Kookplaat afmelden Wilt u de kookplaat bij Miele{home afmelden, bereid dan eerst de afmeldprocedure op het weergave-apparaat voor (zie de montage- en installatiehandleiding "Miele|home"). ^ Druk terwijl de kookplaat uitgeschakeld is tegelijk op de toetsen s en $. Druk zo lang totdat het controlelampje voor de vergrendeling gaat knipperen. Na het oproepen van de programmering verschijnen in het timerdisplay P (programma) en S (status).
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen Dit apparaat mag alleen door een erkend vakman worden ingebouwd en op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Om te voorkomen dat het apparaat beschadigd raakt, moet het pas na de montage van de bovenkastjes en de afzuigkap worden ingebouwd. ~ U mag de aansluitkabel van de kookplaat na de inbouw niet kunnen aanraken. De kabel mag niet aan mechanische belastingen worden blootgesteld. Alle maten zijn in mm aangegeven.
Veiligheidsafstanden Veiligheidsafstand boven het apparaat Tussen het apparaat en een erboven gemonteerde afzuigkap dient u de veiligheidsafstand aan te houden die de fabrikant van de afzuigkap aangeeft. Is deze informatie niet beschikbaar, houd dan een afstand aan van ten minste 760 mm. Ook als zich boven het apparaat licht ontvlambare materialen bevinden (zoals een keukenplank), moet u een afstand van ten minste 760 mm aanhouden.
Veiligheidsafstanden Veiligheidsafstand zijkant / achterkant Bij inbouw van de kookplaat mag zich aan de achterkant en aan één kant (rechts of links) een hoge keukenkast of een wand bevinden (zie afbeeldingen). a Tussen de uitsparing in het werkblad en de achterkant van het werkblad dient de afstand minimaal 50 mm te zijn. Niet toegestaan! b Rechts van de uitsparing dient de afstand tot een ernaast geplaatst meubelstuk (bijvoorbeeld een hoge kast) of een wand minimaal 50 mm te zijn.
Veiligheidsafstanden Veiligheidsafstand onder het apparaat Om de ventilatie van het apparaat te kunnen waarborgen, moet onder het apparaat een minimale afstand worden aangehouden ten opzichte van een oven, tussenbodem of lade. De minimale afstand vanaf de onderkant van de kookplaat tot de – bovenkant van een oven moet 15 mm zijn. – bovenkant van een tussenbodem moet 15 mm zijn. – bodem van een lade moet 75 mm zijn.
Veiligheidsafstanden Veiligheidsafstand bij een beklede nis Als er sprake is van een nisbekleding dient er een minimale afstand tussen de uitsparing in het werkblad en de bekleding te worden aangehouden. Bij te hoge temperaturen kunnen materialen beschadigd raken. Is de bekleding van brandbaar materiaal (zoals hout), dan moet de afstand e tussen de uitsparing in het werkblad en de nisbekleding minimaal 50 mm zijn.
Kookplaten met randlijst / facetrand Aanwijzingen voor het inbouwen Werkblad met tegels Dichting tussen kookplaat en werkblad Als u voegenkit gebruikt tussen de kookplaat en het werkblad kunnen het apparaat en het werkblad beschadigd raken, als de kookplaat voor werkzaamheden moet worden verwijderd. Gebruik daarom geen voegenkit.
Kookplaten met randlijst / facetrand Inbouwmaten KM 6304 a Voorkant b Inbouwhoogte c Aansluiting Miele|home d Aansluitkast De aansluitkabel (L = 1440 mm) is los bijgevoegd.
Kookplaten met randlijst / facetrand KM 6307 a Voorkant b Inbouwhoogte c Aansluiting Miele|home d Aansluitkast De aansluitkabel (L = 1440 mm) is los bijgevoegd.
Kookplaten met randlijst / facetrand Inbouwen Kookplaat positioneren Voorbereiding werkblad ^ Leid de aansluitkabel van de kookplaat door de uitsparing in het werkblad naar beneden. ^ Maak de uitsparing in het werkblad volgens de maatschets. Neem daarbij de veiligheidsafstanden in acht (zie ook "Veiligheidsinstructies voor het inbouwen"). ^ De snijvlakken van houten werkbladen moeten met speciale lak, siliconenkit of giethars worden afgewerkt om te voorkomen dat het werkblad door vocht wordt aangetast.
Kookplaten zonder randlijst Inbouwmaten KM 6308 a Voorkant b Inbouwhoogte c Aansluiting Miele|home d Getrapte freesrand voor natuurstenen werkbladen e Aansluitkast De aansluitkabel (L = 1440 mm) is los bijgevoegd. 68 Zie beslist de detailtekeningen voor de afmetingen van de uitsparing voor een natuurstenen werkblad.
Kookplaten zonder randlijst Inbouwen Kookplaten zonder randlijst zijn alleen geschikt voor inbouw in natuurstenen (graniet, marmer), massief houten en betegelde werkbladen. Indien kookplaten ook geschikt zijn voor inbouw in een glazen werkblad is dit vermeld in de rubriek "Inbouwmaten". Informeer bij werkbladen van andere materialen bij de betreffende fabrikant of het werkblad geschikt is voor inbouw van een kookplaat zonder randlijst.
Kookplaten zonder randlijst Werkblad van natuursteen Aansluitkabel op het apparaat aansluiten Uitsparing werkblad maken De aansluiting mag alleen door een vakman worden uitgevoerd. ^ Sluit de kabel volgens het aansluitschema op het apparaat aan (zie "Elektrische aansluiting / Aansluitschema"). Kookplaat positioneren a Werkblad b Kookplaat c Voeg Omdat voor de keramische plaat en de uitsparing in het werkblad een zekere tolerantie geldt, kan de voegbreedte c variëren (minimaal 1 mm).
Kookplaten zonder randlijst Massief-houten / betegeld / glazen werkblad Uitsparing werkblad maken Aansluitkabel op het apparaat aansluiten De aansluiting mag alleen door een vakman worden uitgevoerd. ^ Sluit de kabel volgens het aansluitschema op het apparaat aan (zie "Elektrische aansluiting / Aansluitschema").
Elektrische aansluiting Aansluitwaarde Dit apparaat mag alleen door een erkend elektricien op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Hierbij moeten de landelijke voorschriften en de voorschriften van het energiebedrijf in acht worden genomen. Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor directe of indirecte schade als gevolg van ondeskundige installatie, onderhoudswerkzaamheden of reparaties.
Elektrische aansluiting Scheidingssysteem Aansluitkabel Het apparaat moet via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld. De contactopening in uitgeschakelde toestand moet ten minste 3 mm bedragen! Geschikte schakelaars zijn overbelastings- en aardlekschakelaars. Het apparaat moet met een kabel van het type H 05 VV-F (PVC-isolatie) volgens het aansluitschema worden aangesloten. De kabel moet voldoende doorsnede hebben.
Elektrische aansluiting Aansluitschema a b c d e L1 L2 L3 N 200-240 V~ 200-240 V~ 200-240 V~ a b c d e L1 L2 N 200-240 V~ 200-240 V~ (L3) a b c d e L1 74 200-240 V~ N (L2)
Klantcontacten, typeplaatje, garantie Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u – uw Miele-vakhandelaar of – Miele. De gegevens van Miele vindt u achter in deze gebruiksaanwijzing. Voor een goede en vlotte afhandeling moet de afdeling Klantcontacten weten welk type apparaat u heeft en welk serienummer het heeft. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje.
KM 6304 / KM 6307 / KM 6308 nl - NL M.-Nr.