Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoud
- Veiligheidsinstructies en waarschuwingen 5
- Algemeen 14
- Een bijdrage aan de bescherming van het milieu 19
- Vóór het eerste gebruik 20
- Inductie 21
- Tabel vermogensstanden 24
- Bediening 25
- Tips om energie te besparen 31
- Timer 32
- Extra functies 35
- Beveiligingen 36
- Reiniging en onderhoud 39
- Nuttige tips 41
- Bij te bestellen accessoires 44
- Veiligheidsinstructies voor het inbouwen 45
- Veiligheidsafstanden 46
- Kookplaten met randlijst / facetrand 50
- Kookplaten zonder randlijst 54
- Elektrische aansluiting 58
- Klantcontacten / typeplaatje / garantie 61

Aankookautomaat
Als de aankookautomaat geactiveerd is, wordt de betreffende
kookzone een bepaalde tijd op het hoogste vermogen inge
-
schakeld. Daarna wordt naar de ingestelde vermogensstand
(doorkookstand) teruggeschakeld. De aankooktijd hangt af
van de ingestelde doorkookstand (zie tabel).
Activeren
^
Druk zo lang op het cijfer van de gewenste doorkookstand
totdat u een signaal hoort en de ingestelde doorkookstand
begint te knipperen.
Gedurende de aankooktijd (zie tabel) knipperen afwisselend
de ingestelde doorkookstand en de letter A.
Als u tijdens de aankooktijd de doorkookstand wijzigt, de-
activeert u de aankookautomaat.
Deactiveren
^ Druk zo lang op de ingestelde doorkookstand totdat de
weergave continu brandt.
of:
^ Kies een andere vermogensstand.
Doorkookstand Aankooktijd in
minuten en
seconden (ca.)
1 0:15
2 0:15
3 0:25
4 0:50
5 2:00
6 5:50
7 2:50
8 2:50
9-
Bediening
27