Operating Instructions and Installation Instructions

Bediening
29
Aankookautomaat
Als de aankookautomaat geactiveerd is,
wordt de betreffende kookzone een be-
paalde tijd op het hoogste vermogen in-
geschakeld (aankoken). Daarna wordt
naar de ingestelde vermogensstand
(doorkookstand) teruggeschakeld. De
aankooktijd hangt af van de ingestelde
doorkookstand (zie tabel).
Aankookautomaat activeren
Raak kort de indicatie van de desbe-
treffende kookzone aan.
Raak de sensortoets van de ge-
wenste doorkookstand zo lang aan,
totdat er een signaal klinkt en in de
kookzone-indicatie gaat branden.
Tijdens de aankooktijd (zie tabel) knip-
peren afwisselend en de ingestelde
vermogensstand in de kookzone-indi-
catie.
Als u tijdens de aankooktijd de door-
kookstand wijzigt, deactiveert u de
aankookautomaat.
Aankookautomaat deactiveren
Raak kort de indicatie van de desbe-
treffende kookzone aan.
Raak de ingestelde doorkookstand zo
lang aan, totdat dooft.
of
stel een andere vermogensstand in.
Doorkookstand* Ankooktijd
[min:sec]
1 1:20
1. 2:00
2 2:45
2. 3:25
3 4:05
3. 4:45
4 5:30
4. 6:10
5 6:50
5. 7:10
6 1:20
6. 2:00
7 2:45
7. 2:45
8 2:45
8. 2:45
9
* De doorkookstanden met punt zijn alleen
beschikbaar als u het aantal vermogens-
standen heeft vergroot. Zie: “Programme-
ring”. Bij de hoge doorkookstanden zijn
maar relatief korte aankooktijden nodig, om-
dat bij deze instellingen over het algemeen
de lege pan voor het aanbraden verhit
wordt.