Operation Manual

De drie wijnklimaatzones zijn geschikt
voor verschillende soorten opslag:
Onderste wijnklimaatzone:
voor de opslag van wijn die een
langere periode moet worden be
-
waard (linker symbool)
Middelste wijnklimaatzone:
voor de opslag van witte wijn (mid
-
delste symbool)
Bovenste wijnklimaatzone:
voor de opslag van rode wijn (rechter
symbool)
Om de presenteerverlichting in- of uit te
schakelen
^
tipt u de sensortoets van de presen
-
teerverlichting aan.
Nu kunt u voor de desbetreffende wijn
-
klimaatzone
een andere temperatuur instellen
of de luchtvochtigheid instellen.
Nadere informatie vindt u in de desbe
-
treffende hoofdstukken.
^
Tip de sensortoets van die wijnkli
-
maatzone aan, waarin u de tempera
-
tuur en/of luchtvochtigheid wilt instel
-
len, waarna de toets geel oplicht.
Om een wijnklimaatzone te verlaten
^
tipt u opnieuw de sensortoets van
deze zone aan, waarna de toets weer
uitgaat
of
^ kiest u direct een andere sensortoets.
Om de instellingen te verlaten
^
tipt u de instaptoets aan, waarna de
toets weer uitgaat.
De laatst gekozen instellingen worden
opgeslagen.
Ook zonder dat u de instaptoets aan
-
tipt, schakelt de elektronica na een tijd
-
je weer terug naar de uitgangspositie.
Het in- en uitschakelen van de wijnklimaatkast
13