Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoud
- Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu 2
- Veiligheidsinstructies en waarschuwingen 6
- Bediening van de wasautomaat 10
- Ingebruikneming van de wasautomaat 12
- Tips om energie en water te besparen 13
- Zo wast u goed 14
- Centrifugeren 19
- Programma-overzicht 20
- Programmaverloop 22
- Textielbehandelingssymbolen 24
- Het wijzigen van het programmaverloop 26
- Wasmiddelen 28
- Reiniging en onderhoud 31
- Nuttige tips 34
- Het oplossen van problemen . . . 34
- Het lukt niet om een wasprogramma te starten. 34
- In het display staat een storingsmelding. 35
- Algemene problemen met de wasautomaat 36
- Een tegenvallend wasresultaat 37
- De deur kan met de Deur - toets niet worden geopend. 38
- Het openen van de deur bij ver stopte afvoer en/of stroomuit val 39
- Afdeling Klantcontacten 41
- Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat 42
- Het apparaat van voren 42
- Het apparaat van achteren 43
- Plaats van opstelling 44
- Het verwijderen van de trans portbeveiliging 44
- Het monteren van de trans portbeveiliging 46
- Het stellen van de wasauto maat 47
- Het Miele waterbeveiligings systeem 49
- Het aansluiten van de water toevoer 50
- Het aansluiten van de wateraf voer 52
- Elektrische aansluiting 53
- Verbruiksgegevens 54
- Technische gegevens 55
- Programmeerfuncties 57

F Kies eventueel (een) extra func
-
tie(s)
Met de extra functies kunt u het geko
-
zen programma nog beter afstemmen
op uw wasgoed.
^ Druk op de toets(en) van de ge-
wenste extra functie(s).
Het controlelampje naast de gekozen
extra functie gaat branden.
Niet alle extra functies kunnen bij alle
wasprogramma's worden gekozen.
Wanneer u op een extra functietoets
drukt en het controlelampje niet gaat
branden, betekent dat dat deze extra
functie voor het gekozen programma
niet van toepassing is.
Kort
Wanneer deze functie is ingeschakeld,
dan duurt de hoofdwas korter.
Deze functie is geschikt voor licht ver
-
vuild wasgoed zonder zichtbare vlek
-
ken.
Extra water
Wanneer deze functie is ingeschakeld,
dan wordt er meer water gebruikt.
De functie heeft drie varianten.
Wanneer het apparaat wordt geleverd,
wordt de waterstand bij het wassen en
bij het spoelen verhoogd.
U kunt één van de andere varianten
kiezen.
Zie hoofdstuk: "Programmeerfuncties".
Voorwas
Deze functie is voor wasgoed waar veel
stof of zand in zit.
Zoemer
Wanneer deze functie is ingeschakeld,
dan gaat er na afloop van het waspro-
gramma en in de spoelstop een zoe-
mer.
De zoemer gaat zolang totdat de was-
automaat wordt uitgeschakeld.
U kunt het geluidsniveau van de zoe
-
mer veranderen.
Zie hoofdstuk: "Programmeerfuncties".
Zo wast u goed
16