Gebruiksaanwijzing voor de wasautomaat W 254 Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw wasautomaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. nl - NL M.-Nr.
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren.
Inhoud Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Bediening van de wasautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Vóór de eerste wasbeurt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Het wijzigen van het programmaverloop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Het afbreken van een programma / Het wisselen van programma. . . . . . . . . . . . 27 Het onderbreken van een programma . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Het wijzigen van het gekozen programma . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Het overslaan van een programmafase . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Afdeling Klantcontacten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43 Reparaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43 Programma-actualisering (Update) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43 Garantietermijn en garantievoorwaarden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43 Bij te bestellen onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Personen die op grond van hun Deze wasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Door ondeskundig gebruik kunnen personen echter letsel oplopen en kan er materiële schade ontstaan. Lees de gebruiksaanwijzing daarom eerst aandachtig door voordat u uw apparaat voor het eerst gebruikt. Hierin vindt u belangrijke instructies betreffende de veiligheid, het gebruik en het onderhoud van de wasautomaat.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid ~ Reparaties aan de wasautomaat ~ Controleer vóórdat het apparaat mogen alleen door vakmensen van Miele worden uitgevoerd. Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen onvoorziene risico's voor de gebruiker opleveren, waarvoor de fabrikant niet aansprakelijk kan worden gesteld. wordt geplaatst, of het zichtbaar beschadigd is. Een beschadigde wasautomaat mag niet worden geplaatst en niet in gebruik genomen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Wanneer dit apparaat op een nietstationaire locatie (bijv. op een boot of in een camper) moet worden geplaatst, mag het uitsluitend door een vakman/vakvrouw worden ingebouwd en aangesloten. Hierbij moet aan alle voorwaarden voor een veilig gebruik worden voldaan. Gebruik ~ Plaats uw wasautomaat niet in vorstgevoelige ruimten.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen is behandeld, moet vóórdat het in de wasautomaat wordt gewassen, grondig in helder water worden uitgespoeld. ~ Gebruik in deze wasautomaat nooit reinigingsmiddelen die een oplosmiddel bevatten, zoals wasbenzine. Doet u dat toch, dan kunnen onderdelen van het apparaat beschadigen en kunnen er giftige dampen ontstaan. Het gevaar bestaat dan dat er brand uitbreekt of zich een explosie voordoet.
Bediening van de wasautomaat Bedieningspaneel a Start - toets Met deze toets kunt u een wasprogramma starten. b Toetsen voor de extra functies Met deze toetsen kunt u extra functies in- of uitschakelen. Met de bovenste toets kunt u óf Kort óf Voorwas óf Inweken kiezen. Met de onderste toets kunt u Extra water kiezen. Wanneer u een extra functie in-, resp. uitschakelt gaat het daarbij behorende controlelampje branden, resp. gaat het uit.
Vóór de eerste wasbeurt Iedere wasautomaat wordt in de fabriek op zijn werking getest. Het is mogelijk dat er als gevolg van deze tests wat water in het apparaat achterblijft. Controleer voordat u uw wasautomaat voor het eerst gebruikt of het apparaat volgens de regels is geplaatst en aangesloten. Zie hoofdstuk: "Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat". Om veiligheidsredenen is het niet mogelijk om meteen bij de eerste wasbeurt te centrifugeren.
Tips om energie en water te besparen Energie- en waterverbruik Wasmiddelen – Benut bij ieder programma dat u kiest de maximale beladingscapaciteit van de trommel. Het energie- en waterverbruik is dan, vergeleken met de totale hoeveelheid wasgoed, het laagst. – Gebruik hoogstens zoveel wasmiddel als op de wasmiddelverpakking aangegeven staat. – Gebruik de programma's Automatic en Express voor kleinere hoeveelheden wasgoed.
Zo wast u goed Korte handleiding Wanneer u een kort overzicht wilt hebben over hoe u de wasautomaat moet bedienen, kunt u de met cijfers aangeduide stappen (A, B, C, . . .) aanhouden. A Inspecteer en sorteer het wasgoed en behandel het voor ^ Verwijder bij vitrage de haakjes en het loodband of wikkel ze in een doek. ^ Keer gebreid of tricot wasgoed binnenstebuiten als de fabrikant dat adviseert. ^ Knoop bed- en kussenovertrekken dicht zodat er geen andere textiel in terecht kan komen.
Zo wast u goed B Open het buitendeksel en het binnendeksel ^ Druk op de I-Aan/0-Uit - toets. ^ Druk op de Deksel - toets. ^ Klap het buitendeksel open totdat u weerstand voelt. Het binnenste deksel gaat automatisch open. C Open de trommel ,Beide helften van de trommelopening staan onder druk. ^ Houd met de ene hand de achterste helft van de opening licht tegen. D Vul de trommel ^ Leg het wasgoed ontvouwd en losjes in de trommel. ^ Leg stukken wasgoed van verschillende grootte in de trommel.
Zo wast u goed E Sluit de trommel en het binnendeksel ^ Druk eerst de voorste en daarna de achterste helft van de opening naar beneden, totdat de haken van de voorste helft in de gaten van de achterste helft grijpen en de helften duidelijk zichtbaar vastklikken. Let er op dat er geen wasgoed tussen de helften van de trommelopening vast komt te zitten. ,Doet u dat niet, dan kunnen apparaat en wasgoed beschadigd raken. ^ Reinig regelmatig het rolletje aan de linker haak, zodat dit altijd soepel loopt.
Zo wast u goed F Doseer het wasmiddel Het is belangrijk om niet te weinig en niet te veel wasmiddel te doseren. Te weinig wasmiddel heeft tot gevolg dat – het wasgoed niet schoon en in de loop van de tijd grauw en hard wordt; – er zich vetbolletjes in het wasgoed vormen; – er zich kalk op de kuip en de verwarmingselementen afzet.
Zo wast u goed H Kies een programma J Kies eventueel (een) extra functie(s) Met de extra functies kunt u het gekozen programma nog beter afstemmen op uw wasgoed. Met de bovenste toets kunt u de extra functie Kort of Voorwas of Inweken kiezen of u kiest geen extra functie. Met de onderste toets kunt u de extra functie Extra water kiezen. ^ Draai de programmakeuzeschakelaar op het gewenste programma. I Kies het centrifugetoerental ^ Kies de gewenste extra functie. Wanneer u een extra functie in-, resp.
Zo wast u goed K Start het programma M Schakel de wasautomaat uit De Start - toets is aan het knipperen. ^ Sluit de trommel. ^ Druk op deze toets. ^ Sluit het binnendeksel. Aan het begin van het wasprogramma hoort u een kort krakend geluid. Dat betekent dat de trommel wordt ontgrendeld. Doet u dat niet, dan bestaat het gevaar dat er voorwerpen per vergissing in de trommel terechtkomen, worden meegewassen en het wasgoed beschadigen.
Extra functies Met de extra functies kunt u het gekozen programma nog beter afstemmen op uw wasgoed. Kort Voor licht vervuild wasgoed zonder zichtbare vlekken Wanneer deze functie is ingeschakeld, dan duurt de hoofdwas korter. In de programma's Donker wasgoed en Jeans worden er 2 in plaats van 3 spoelgangen uitgevoerd. Voorwas Extra water Wanneer u deze functie hebt ingeschakeld, wordt er bij de wasprogramma's meer water gebruikt. U kunt tussen vier varianten kiezen.
Centrifugeren Maximaal centrifugetoerental Het kiezen van de spoelstop Het maximale centrifugetoerental kan van programma tot programma verschillen. ^ Kies met de toets voor het centrifugeren Spoelstop. Programma Omw/min Witte / Bonte was 1200 Kreukherstellend 1200 Fijne was 600 Het controlelampje Spoelstop brandt. Het wasgoed blijft na de laatste spoelgang in het water liggen. Dat heeft het voordeel dat het wasgoed minder kreukt wanneer u het niet direct uit de trommel haalt.
Programma-overzicht Witte / Bonte was 95°C tot 30°C 9876 Maximaal 5,5 kg Wasgoed Wasgoed van katoen, linnen of mengweefsels Extra functies Kort of Voorwas of Inweken, Extra water Instructie voor onderzoeksinstituten: Kort programma: 3,0 kg belading en extra functie Kort Kreukherstellend 60°C tot 30°C 421 Maximaal 2,5 kg Wasgoed Wasgoed van synthetische vezels, mengweefsels of kreukherstellend gemaakt katoen Extra functies Kort of Voorwas of Inweken, Extra water Fijne was 40°C tot koud ac Maxima
Programma-overzicht Overhemden 40°C Maximaal 1,5 kg Extra functie Voorwas of Inweken Tips – Behandel kragen en manchetten vóór als dat nodig is. – Gebruik voor zijden overhemden en blouses het programma Zijde. Maximaal 2,5 kg Jeans 40°C Extra functie Kort of Voorwas of Inweken Tips – Was jeansstoffen binnenstebuiten. – Jeansstoffen geven vaak iets af wanneer ze de eerste paar keer worden gewassen. Was lichte en donkere jeansstoffen daarom apart.
Programmaverloop Hoofdwas Spoelen Centrifugeren Waterstand Wasritme Waterstand Witte / Bonte was d a d 2-31) L L Kreukherstellend d a ( 2-32) L L Fijne was e b e 3 – L Automatic d a ( 2-3 L L Donker wasgoed d a ( 3 L L Overhemden ( a ( 2 – L Jeans ( a ( 3 – L Express d a d 2 L L Zijde ( d ( 2 – L Wol ( c ( 2 L L Pompen / Centrifugeren – – – – – L Extra spoelen / Stijven – – ( 1 – L d = Lage waterstand ( = Middelste wat
Programmaverloop De wasautomaat beschikt over een volledig elektronische besturing met beladingsautomaat. Tijdens een wasprogramma zuigt het wasgoed water op. Om hoeveel water het gaat hangt af van de hoeveelheid wasgoed en het soort textiel. Hoe groter het absorptievermogen van het wasgoed is, des te meer water er moet worden bijgepompt. De elektronica van de wasautomaat kan de hoeveelheid water meten die het wasgoed opneemt en die moet worden bijgepompt.
Textielbehandelingssymbolen 25
Textielbehandelingssymbolen In het wasgoed bevindt zich een etiket met textielbehandelingssymbolen. Dit etiket doet aanbevelingen voor de juiste behandeling van het artikel waarop het is aangebracht. Het mag niet worden verward met een garantie hoe het textiel zich in het gebruik zal gedragen. Het behandelingsetiket waarborgt dat het textielproduct bij de aanbevolen behandeling geen schade lijdt.
Het wijzigen van het programmaverloop Het afbreken van een programma / Het wisselen van programma Het wijzigen van het gekozen programma U kunt een wasprogramma ieder moment afbreken, nadat u het heeft gestart. Wanneer een programma eenmaal is gestart, kunt u geen ander programma meer kiezen zonder het lopende programma af te breken. Wanneer de programmakeuzeschakelaar op een ander programma wordt gedraaid, begint het controlelampje Kreukbeveiliging / Einde te knipperen.
Het wijzigen van het programmaverloop Het bijvullen van de trommel of In een paar gevallen kan het deksel niet meer worden geopend, en wel het voortijdig verwijderen van wanneer wasgoed uit de trommel U kunt bij alle programma's nog wasgoed in de trommel leggen of wasgoed uit de trommel halen, nadat u het programma heeft gestart. ^ Druk op de Deksel - toets.
Wasmiddelen Het juiste wasmiddel U kunt alle wasmiddelen gebruiken die voor gebruik in de wasautomaat geschikt zijn. Tips voor gebruik en dosering van wasmiddelen voor volle belading staan op de wasmiddelverpakking.
Wasmiddelen Het doseren van wasmiddel Wateronthardingsmiddel De dosering is van verschillende factoren afhankelijk. Wanneer het water harder is dan 10° dH kunt u een wateronthardingsmiddel gebruiken om wasmiddel te besparen. – De hoeveelheid wasgoed Let op het doseeradvies. – De mate waarin dit is vervuild Licht vervuild Er zijn geen vuile vlekken te zien, maar de kledingstukken ruiken niet meer zo fris. Normaal vervuild Er zijn lichte vlekken te zien. Sterk vervuild Er zijn donkere vlekken te zien.
Wasmiddelen Middelen voor het nabehandelen van het wasgoed Wasverzachters Met wasverzachters wordt uw wasgoed extra zacht en minder statisch. Synthetische stijfsels Met synthetische stijfsels krijgt u het wasgoed beter in model. Stijfsels Met gewone stijfsels wordt uw wasgoed stevig. Automatisch spoelen met wasverzachter of stijfsel Wanneer u verschillende keren automatisch met stijfsel heeft gespoeld, reinig dan de wasmiddellade. Reinig de zuighevel extra goed.
Reiniging en onderhoud ,Haal vóórdat u de wasautomaat een reinigings- of onderhoudsbeurt geeft de spanning van het apparaat. Het reinigen van de wasmiddellade Verwijder eventuele resten wasmiddel regelmatig. ,Spuit de wasautomaat in geen geval met een waterspuit schoon. Het reinigen van de trommel Wanneer er met lage temperaturen en / of een vloeibaar wasmiddel wordt gewassen, bestaat het gevaar dat er in de wasautomaat ziektekiemen en geurtjes ontstaan.
Reiniging en onderhoud Het reinigen van de wasmiddelladekast ^ Trek het bakje voor de wasverzachter en de zuighevel uit de wasmiddellade (zie pijl). ^ Reinig deze onderdelen met warm water. ^ Reinig ook het gedeelte waar de wasmiddellade zit. Verwijder de wasmiddelresten en kalkaanslag en gebruik daarvoor een flessenborstel. ^ Reinig ook het pijpje, waar de zuighevel overheen wordt gestoken. ^ Reinig de rest van de wasmiddellade met warm water. ^ Zet de zuighevel weer terug.
Reiniging en onderhoud Het reinigen van het watertoevoerzeefje De wasautomaat heeft één zeefje ter bescherming van de watertoevoerklep. ^ Draai de waterkraan dicht. ^ Schroef de toevoerslang van de waterkraan. Dit zeefje aan het vrije uiteinde van de watertoevoerslang moet u ongeveer 1 keer in het half jaar controleren. Wanneer de watertoevoer vaak wordt onderbroken moet u misschien vaker controleren. ^ Trek het rubberen dichtingsringetje 1 uit de groef.
Nuttige tips Het oplossen van problemen . . . De meeste problemen waar u in het dagelijks gebruik mee te maken zou kunnen krijgen kunt u zelf oplossen. In al die gevallen hoeft u de afdeling Klantcontacten niet te bellen en kunt u tijd en kosten besparen. De volgende tabellen helpen u om de oorzaken van een probleem te vinden en uit de wereld te helpen. Bedenk echter: ,Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door erkende vakmensen worden uitgevoerd.
Nuttige tips Het wasprogramma is afgebroken en er volgt een foutmelding Oplossing A Reinig het pluizenfilter en het filterhuis zoals beschreven in het hoofdstuk: "Nuttige tips", paragraaf: "Het openen van het deksel bij verstopte afvoer en/of stroomuitval". De waterafvoerslang ligt De maximale opvoerhoogte is te hoog. 1 m. Probleem Oorzaak Het controlelampje De waterafvoer is geWaterafvoer begint te blokkeerd. knipperen. Het controlelampje Watertoevoer begint te knipperen. De watertoevoer is geblokkeerd.
Nuttige tips Het wasprogramma verloopt normaal, maar er volgt een foutmelding Oplossing A Reinig het pluizenfilter en het filterhuis zoals beschreven in het hoofdstuk: "Nuttige tips", paragraaf: "Het openen van het deksel bij verstopte afvoer en/of stroomuitval." De watertoevoer is Controleer of belemmerd. – de waterkraan ver genoeg is opengedraaid; – er knikken in de toevoerslang zitten. Het zeefje in de Reinig het zeefje. watertoevoerslang is verstopt.
Nuttige tips Algemene problemen of een tegenvallend resultaat Probleem De wasautomaat trilt tijdens het centrifugeren. Het wasgoed is niet normaal gecentrifugeerd. Oorzaak Oplossing De wasautomaat is Stel de wasautomaat door niet goed gesteld. aan de stelvoeten te draaien. Het ingestelde cen- Kies bij de volgende wasbeurt trifugetoerental was een hoger centrifugetoerental. te laag. Dat is geen storing. Wanneer het water wordt weggepompt zijn dit soort geluiden normaal.
Nuttige tips Probleem Het wasgoed wordt met een vloeibaar wasmiddel niet schoon. Oorzaak In vloeibare wasmidde- – len zitten geen bleekmiddelen. Fruit-, koffie- of theevlek- – ken zijn er moeilijk uit te krijgen. – Op het gewassen wasgoed zijn grijze elastische bolletjes achtergebleven (vetbolletjes). Er is te weinig wasmid– del gedoseerd. Het wasgoed is sterk met vet, bijv. crème of olie vervuild geweest. – Op het gewassen wasgoed zitten witte, wasmiddelachtige bestanddelen.
Nuttige tips Problemen met openen en sluiten van de wasautomaat Probleem De trommelopening zit niet aan de bovenkant. Oorzaak Het wasgoed heeft zich in de trommel niet goed kunnen verdelen. Daardoor is onbalans ontstaan en is de trommel niet automatisch in de juiste positie gedraaid. Het buitendeksel kan niet open. De wasautomaat is niet op de elektriciteit aangesloten. De wasautomaat is niet ingeschakeld. De stroom is uitgevallen. Het binnendeksel klikt niet goed vast.
Nuttige tips Het openen van het deksel bij verstopte afvoer en/of stroomuitval ^ Schakel de wasautomaat uit. ^ Draai het pluizenfilter zover los totdat het water eruit stroomt. ^ Open het klepje van het pluizenfilter met de gele spatel. Verstopte afvoer ^ Draai telkens wanneer de bak of de schaal volraakt, het deksel van het pluizenfilter vast en maak de bak of schaal leeg.
Nuttige tips ^ Reinig het pluizenfilter grondig. Het openen van het deksel ,Controleer steeds of de trommel stilstaat wanneer u het wasgoed uit de automaat wilt halen. Wanneer u uw hand in een nog draaiende trommel steekt, loopt u het risico zich te verwonden. ^ Controleer of de pompschoepvleugel gemakkelijk rond te draaien is. ^ Is dat niet het geval, verwijder dan de voorwerpen en/of draden. ^ Reinig het filterhuis. ^ Zet het pluizenfilter weer in het filterhuis. ^ Draai het filter weer vast.
Afdeling Klantcontacten Reparaties Programma-actualisering (Update) Voor reparaties dient u te bellen: Wasmiddelen, textiel, wasgewoonten en wasvoorschriften zullen in de toekomst veranderingen ondergaan. – uw Miele-vakhandelaar of – de afdeling Klantcontacten van Miele Nederland B.V. Adres en telefoonnummer van Miele Nederland B.V. vindt u op de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het apparaat in één oogopslag a Elektrische aansluiting e Machinevoeten b Watertoevoerslang f Waterafvoerslang met draaibaar en verwijderbaar bochtstuk met verschillende mogelijkheden voor waterafvoer c Deksel met bedieningspaneel d Klepje van het pluizenfilter, het filterhuis en de noodontgrendeling 44
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het verwijderen van de transportbeveiliging ,Sluit de gaten af die vrijkomen nadat u de transportbeveiliging heeft verwijderd. Doet u dat niet, dan loopt u het risico zich te bezeren. ^ Draai de 4 buitenste schroeven A er uit. ^ Draai de 4 schroeven B helemaal los, maar draai ze er niet uit. Deze schroeven blijven aan de transportstangen zitten. ^ Sluit de 4 grote gaten met de bijgevoegde stopjes. Bewaar de transportstangen en de schroeven.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het plaatsen van de wasautomaat ^ Til het apparaat van de verpakkingsbodem en zet het neer op de plaats waar het moet staan. ^ Plaats het apparaat als het enigszins kan in één van de hoeken van het vertrek. Daar is iedere vloer het stabielst. Als plaats van opstelling is een betonnen vloer het meest geschikt. In tegenstelling tot een houten of een zachte vloer trilt deze nauwelijks mee als de wasautomaat aan het centrifugeren is.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het Miele waterbeveiligingssysteem Het Miele waterbeveiligingssysteem biedt een volledige bescherming tegen waterschade door de wasautomaat. Het systeem bestaat hoofdzakelijk uit drie onderdelen: – Bescherming tegen overstromen Voorkomen wordt dat de wasautomaat door een ongecontroleerde watertoevoer gaat lekken. Stijgt de waterstand boven een bepaald niveau, dan wordt de afvoerpomp ingeschakeld en het water gecontroleerd afgepompt.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het aansluiten van de watertoevoer De automaat mag zonder terugslagklep op het waterleidingnet worden aangesloten, omdat hij gebouwd is volgens EU-normen. De waterdruk moet minstens 100 kPa en mag niet meer dan 1.000 kPa bedragen. Is de druk hoger dan 1.000 kPa dan moet er een drukreduceerventiel in de waterleiding worden ingebouwd. Voor de aansluiting is een kraan met 3 /4"-schroefkoppeling noodzakelijk.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het aansluiten van de waterafvoer Het sop wordt afgepompt m.b.v. een afvoerpomp met een opvoerhoogte van 1 m. Het water moet ongehinderd weg kunnen stromen en daarom mogen er geen knikken in de slang zitten. Het bochtstuk aan het eind van de slang is draaibaar en kan indien nodig worden verwijderd. Indien noodzakelijk kan de afvoerslang tot max. 5 m worden verlengd.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Elektrische aansluiting De wasautomaat mag alleen door een erkend installateur volgens de geldende NEN-normen op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Deze wasautomaat is voorzien van een aansluitkabel en een stekker met beschermingscontact (randaarde), geschikt voor aansluiting op ~230 V 50 Hz. Deze wasautomaat mag uitsluitend worden aangesloten op een contactdoos met beschermingscontact (randaarde) of een daarvoor geschikte 2-polige schakelaar, bijv.
Verbruiksgegevens Belading Witte / Bonte was Kreukherstellend Verbruikswaarden Energie Water in kWh in l Programmaduur Kort Normaal 95°C 5,5 kg 1,75 47 2 h 12 min 60°C1) 5,5 kg 0,93 47 1 h 52 min 60°C 3,0 kg 0,73 39 40°C1) 5,5 kg 0,60 50 59 min 2) 40°C 3,0 kg 0,36 39 59 min 40°C1) 2,5 kg 0,45 45 1 h 02 min 1 h 58 min 1 h 19 min Fijne was 30°C 1,5 kg 0,30 65 43 min 58 min Automatic 40°C 3,0 kg 0,30 - 0,45 35 - 50 57 min 1 h 12 min Donker wasgoed 40°C 2
Technische gegevens Hoogte 900 mm Hoogte bij geopend deksel 1390 mm Breedte 450 mm Diepte 600 mm Gewicht zonder wasgoed 98 kg Beladingscapaciteit 5,5 kg droog wasgoed Aansluitspanning Zie typeplaatje Aansluitwaarde Zie typeplaatje Zekering Zie typeplaatje Verbruiksgegevens Zie hoofdstuk: "Verbruiksgegevens" Minimale waterdruk 100 kPa (1 bar) Maximale waterdruk 1.
Programmeerfuncties voor de wijziging van standaardwaarden 53
Programmeerfuncties Systeem extra water Wanneer u de extra functie Extra water inschakelt, wordt er bij de programma's meer water gebruikt. Daarbij zijn 4 varianten mogelijk. Met de programmeerfunctie Systeem extra water kunt u de variant programmeren die u wilt hebben. De 4 varianten zijn: Variant 1: Meer water bij het spoelen Variant 2: Meer water bij het wassen en bij het spoelen. In deze variant wordt het apparaat geleverd. – De wasautomaat moet uitgeschakeld zijn. – De wasautomaat moet gesloten zijn.
Programmeerfuncties Behoedzaam wassen Wanneer de functie "Behoedzaam wassen" is geactiveerd, wordt het aantal trommelbewegingen gereduceerd. Zo kan licht vervuild wasgoed met een behoedzaam ritme worden gewassen. A Druk op de Start - toets en blijf daar gedurende de stappen B en C op drukken. B Schakel de wasautomaat met de I-Aan/0-Uit - toets in. C Wacht totdat het controlelampje van de Start - toets gaat branden . . . D . . . en laat de Start - toets daarna los.
Programmeerfuncties Afkoeling van het sop Wanneer de functie "Afkoeling van het sop" is geactiveerd, stroomt er aan het einde van de hoofdwas ter afkoeling van het sop extra water in de trommel. "Afkoeling van het sop" kan worden gebruikt bij het programma Witte was / Bonte Was 95°C. – De programmakeuzeschakelaar moet op stand Einde staan. A Druk op de Start - toets en blijf daar gedurende de stappen B en C op drukken. B Schakel de wasautomaat met de I-Aan/0-Uit - toets in.
Programmeerfuncties Memory Wanneer de functie "Memory" is geactiveerd, slaat de wasautomaat het centrifugetoerental dat bij een programma wordt gekozen en eventuele extra functies die bij datzelfde programma worden ingesteld, bij de start van het programma op. Wanneer u de volgende keer hetzelfde wasprogramma kiest, geeft de wasautomaat het opgeslagen centrifugetoerental en de eventueel opgeslagen extra functie(s) weer aan. De functie is, wanneer de wasautomaat wordt geleverd, niet geactiveerd.
Programmeerfuncties Inweektijd Wanneer u de extra functie Inweken inschakelt, gaat aan het eigenlijke wasprogramma een inweekprogramma vooraf. Daarbij zijn 4 varianten mogelijk. Met de programmeerfunctie Inweektijd kunt u de variant programmeren die u wilt hebben. De 4 varianten zijn: Variant 1: 2 uur inweektijd In deze variant wordt het apparaat geleverd.
Wijzigingen voorbehouden/1907 M.-Nr.