Gebruiksaanwijzing voor de wasautomaat W 5855 Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw wasautomaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. nl - NL M.-Nr.
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren.
Inhoud Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Bediening van de wasautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Ingebruikneming van de wasautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Het reinigen van de wasautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Het reinigen van de trommel (Hygiëne Info) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Het reinigen van de ommanteling en het bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Het reinigen van de wasmiddellade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Het reinigen van de doseereenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Doseereenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62 Het Miele waterbeveiligingssysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65 Het aansluiten van de watertoevoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66 Het aansluiten van de waterafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67 Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Deze wasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Ondeskundig gebruik kan persoonlijk letsel en schade aan het apparaat veroorzaken. Lees de gebruiksaanwijzing daarom eerst aandachtig door voordat u uw apparaat voor het eerst gebruikt. Hierin vindt u belangrijke instructies betreffende de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid ~ Controleer vóórdat het apparaat wordt geplaatst, of het zichtbaar beschadigd is. Een beschadigde wasautomaat mag niet worden geplaatst en niet in gebruik genomen. ~ Vergelijk vóórdat u de wasautomaat aansluit de aansluitgegevens (zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Deze wasautomaat mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op een schip) worden gebruikt. ~ Breng geen wijzingen aan de wasautomaat aan die niet nadrukkelijk door Miele zijn toegestaan. Gebruik ~ Plaats uw wasautomaat niet in vorstgevoelige ruimten. Bevroren slangen kunnen scheuren of barsten en de betrouwbaarheid van de elektronische besturing kan door temperaturen onder het vriespunt afnemen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Als u het wasmiddel op de juiste manier doseert is het niet nodig dat u de wasautomaat ontkalkt. Mocht uw apparaat toch zo sterk verkalkt zijn, dat het beslist moet worden ontkalkt, gebruik daar dan speciale ontkalkingsmiddelen voor die een anti-corrosiemiddel bevatten. Deze middelen zijn verkrijgbaar via uw Miele-vakhandelaar of bij de afdeling Onderdelen van Miele Nederland B.V. Volg de adviezen voor het gebruik van de ontkalkingsmiddelen strikt op.
Bediening van de wasautomaat Bedieningspaneel a Automatische dosering - toets Met deze toets kunt u de automatische dosering van vloeibaar wasmiddel inschakelen. b EcoFeedback - toets Nadere bijzonderheden hierover vindt u in het hoofdstuk: "Tips om energie en water te besparen", paragraaf: "EcoFeedback". c Toetsen voor de extra functies Met deze toetsen kunt u extra functies in- en uitschakelen. d Display Nadere bijzonderheden over het display vindt u op de volgende bladzijde.
Bediening van de wasautomaat Tweede functie van de toetsen voor de voorprogrammering (V), de temperatuur (OK) en het centrifugetoerental (W) Wanneer u een programma start met voorprogrammering, dan geeft het display pas na afloop van de voorgeprogrammeerde tijd aan hoelang het programma gaat duren. Tijdens de eerste 8 minuten berekent de wasautomaat hoelang het duurt voordat het wasgoed het water heeft opgenomen en berekent op grond hiervan de belading.
Ingebruikneming van de wasautomaat Het instellen van de displaytaal Iedere wasautomaat wordt in de fabriek op zijn werking getest. Het is mogelijk dat er als gevolg van deze tests wat water in het apparaat achterblijft. Controleer voordat u uw wasautomaat voor het eerst gebruikt of het apparaat volgens de regels is geplaatst en aangesloten. Zie hoofdstuk: "Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat". Om veiligheidsredenen is het niet mogelijk om meteen bij de eerste wasbeurt te centrifugeren.
Ingebruikneming van de wasautomaat Het voorbereiden van de dosering vloeibaar wasmiddel Hoe de doseereenheid moet worden gemonteerd, wordt beschreven in het hoofdstuk: "Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat", paragraaf: "Doseereenheid". ,Het reservoir is alleen geschikt voor vloeibare wasmiddelen. Andere middelen zoals bleekmiddelen en poedervormige wasmiddelen kunnen uw wasautomaat en/of wasgoed beschadigen. Het doseren van het wasmiddel ^ Haal het reservoir van de sokkel.
Dosering van vloeibaar wasmiddel De ingestelde hoeveelheid van 100 ml is alleen toereikend voor de eerste keer dat u de wasautomaat gebruikt. ^ Stel de basishoeveelheid in die u voor het gewone gebruik moet doseren. Er kan nog lucht in de slang zitten. Dit duidt echter niet op een storing in het systeem. Basisdosering Neem de doseeraanwijzingen van de wasmiddelfabrikant voor normaal vervuild wasgoed in acht. Let ook op de waterhardheid.
Dosering van vloeibaar wasmiddel Tips Het wisselen van vloeibaar wasmiddel Het juiste vloeibare wasmiddel U kunt ieder vloeibaar wasmiddel doseren. Het is echter aan te bevelen om een vloeibaar wasmiddel te doseren dat vaak wordt gebruikt. U kunt hieronder de naam van het gebruikte product opschrijven. Product: Meng geen verschillende soorten vloeibaar wasmiddel. Doet u dat toch, heeft dat een negatief effect op het wasresultaat en kunnen de wasmiddelen uitvlokken.
Tips om energie en water te besparen Energie- en waterverbruik Gebruik van wasmiddelen – Maak bij ieder programma dat u kiest gebruik van de maximale beladingscapaciteit van de trommel. Het energie- en waterverbruik is dan, vergeleken met de totale hoeveelheid wasgoed, het laagst. – Gebruik hoogstens zoveel wasmiddel als op de wasmiddelverpakking staat aangegeven.
Tips om energie en water te besparen Eco Feedback Via de Eco Feedback - toets krijgt u informatie over het energie- en waterverbruik van uw wasautomaat. Alleen wanneer u op de Eco Feedback - toets drukt, verschijnt deze informatie in het display. Het gaat om twee soorten informatie: – Vòòr en tijdens het programma verschijnt er een prognose van het energie- en waterverbruik. Aan de hand van een balkdiagram wordt een prognose van het verbruik gegeven.
Zo wast u goed Korte handleiding Wanneer u een kort overzicht wilt hebben over hoe u de wasautomaat moet bedienen, kunt u de met cijfers aangeduide stappen (A, B, C, . . .) aanhouden. ^ Keer gebreid of tricot wasgoed binnenstebuiten als de fabrikant dat adviseert. ^ Knoop bed- en kussenovertrekken dicht zodat er geen andere textiel in terecht kan komen.
Zo wast u goed B Schakel de wasautomaat in D Kies een programma C Belaad de wasautomaat A. Programmakeuze via de programmakeuzeschakelaar: ^ Open de deur met de Deur - toets. ^ Leg het wasgoed uit elkaar gevouwen en losjes in de trommel. ^ Leg stukken wasgoed van verschillende grootte in de trommel. Daardoor wordt een beter wasresultaat bereikt en kan het wasgoed zich tijdens het centrifugeren beter verdelen. ^ Gebruik de maximale belading.
Zo wast u goed B. Programmakeuze via stand Overige programma's 4 en display In het display verschijnt: Onder stand Overige programma's 4 bevinden zich nog meer programma’s. ^ Blader met de Voorprogrammering (V) – toets en de Centrifugetoerental (W) – toets door de lijst. ^ Draai de programmakeuzeschakelaar naar rechts op stand Overige programma's 4. Het controlelampje gaat branden. Staat het gewenste programma in het display, ^ bevestig dat dan met de Temperatuur (OK) - toets.
Zo wast u goed F Kies eventueel (een) extra functie(s) Met de extra functies kunt u het gekozen programma nog beter afstemmen op uw wasgoed. Voorwas + Met deze functie kunt u de voorwas activeren, maar ook een extra inweektijd van 1 uur of 2 uur instellen. Met 1x drukken activeert u de voorwas. Met 2x drukken activeert u de voorwas en stelt u 1 uur inweektijd in. Met 3x drukken activeert u de voorwas en stelt u 2 uur inweektijd in. Met 4x drukken schakelt u de functie uit.
Zo wast u goed G Programmeer eventueel de start vòòr 1. Automatische dosering van vloeibaar wasmiddel U kunt het tijdstip dat het door u gekozen programma moet starten minimaal 30 minuten en maximaal 24 uur van te voren instellen. Dat kunt u bij voorbeeld doen om gebruik te maken van het nachttarief. Zie hoofdstuk: "Voorprogrammering". H Doseer het wasmiddel Het is belangrijk om niet te weinig en niet te veel wasmiddel te doseren. . . .
Zo wast u goed 2. Dosering via de wasmiddellade Wilt u een programma met een poedervormig of een speciaal wasmiddel draaien, doseer het wasmiddel dan in de wasmiddellade. Attentie: Druk de Automatische dosering - toets niet in om te voorkomen dat het tot een overdosering komt. ^ Trek de wasmiddellade naar buiten en doseer het middel in de vakjes.
Zo wast u goed I Start het programma De Start/Stop - toets is nu aan het knipperen. ^ Druk op deze toets. Hebt u de start voorgeprogrammeerd, dan geeft het display aan hoelang het nog duurt voordat het gekozen programma begint. Deze voorgeprogrammeerde tijd wordt in het display afgeteld. Pas na afloop van deze tijd start het programma en geeft het display in uren en minuten aan hoelang het programma gaat duren.
Centrifugeren Maximaal centrifugetoerental Programma Omw/min Witte / Bonte was 1400 Kreukherstellend 1200 Fijne was 600 Wol / 1200 Impregneren 1000 Express 20 min 1400 Apparaat reinigen – Automatic extra 1200 Overhemden 600 Donker wasg. / Jeans 1200 Hygiëne 1400 Intensief extra 1400 Centrifugeren 1400 Extra spoelen/Stijven 1400 Het maximale centrifugetoerental kan van programma tot programma verschillen. U kunt een lager toerental instellen.
Voorprogrammering Het voorprogrammeren van de starttijd Het starten van de voorgeprogrammeerde tijd U kunt het tijdstip dat het door u gekozen programma moet starten minimaal 30 minuten en maximaal 24 uur van te voren instellen. Dat kunt u bij voorbeeld doen om gebruik te maken van het nachttarief. ^ Druk op de Start/Stop - toets. ^ Druk op de Voorprogrammering toets.
Programma-overzicht Witte / Bonte was 90°C tot koud Maximaal 7,0 kg Wasgoed Wasgoed van katoen, linnen of mengweefsels; t-shirts, ondergoed, tafellakens en servetten Attentie De instellingen 60°/40°C onderscheiden zich van Eco60/Eco40 daarin, dat: – de programma's korter duren; – de temperaturen worden bereikt en langer worden aangehouden; – het energieverbruik hoger is. Voor wasgoed dat aan bijzonder hoge hygiënische eisen moet voldoen is een temperatuur van 60°C of hoger geschikt.
Programma-overzicht Wol / 40°C tot koud Maximaal 2,0 kg Wasgoed Wasgoed van wol en wolmengweefsels of wasgoed dat anders met de hand wordt gewassen Tip Let bij kreukgevoelig wasgoed op het eindcentrifugetoerental. Impregneren 40°C Maximaal 2,5 kg Wasgoed Voor het nabehandelen van microvezels, skikleding of tafellakens die voornamelijk uit synthetische vezels bestaan. U verhoogt daarmee de water- en vuilwerende werking. Tips – Het wasgoed moet net gewassen en gecentrifugeerd of gedroogd zijn.
Programma-overzicht Automatic extra 40°C tot koud Maximaal 5,0 kg Wasgoed Wasgoed dat naar kleur is gesorteerd en een combinatie is van wasgoed dat anders met het programma Witte / Bonte was en met het programma Kreukherstellend wordt gewassen. Tip Beide soorten wasgoed worden zo behoedzaam mogelijk behandeld en zo goed mogelijk gereinigd. Dit is mogelijk doordat wasparameters zoals waterstand, wasritme en centrifugeprofiel automatisch worden aangepast.
Programma-overzicht Intensief extra 90°C tot koud Maximaal 7,0 kg Wasgoed Sterk vervuild wasgoed dat naar kleur is gesorteerd en een combinatie is van wasgoed dat anders met het programma Witte / Bonte was en met het programma Kreukherstellend wordt gewassen. Tips – De extra functie Voorwas is automatisch ingeschakeld. – De hoofdwas duurt langer. Centrifugeren Tips – Alleen pompen: Kies Zonder .. – Centrifugeren: Stel een centrifugetoerental in.
Extra functies Welke extra functies bij welke wasprogramma’s? g rin se do he sc ati en tom ek Au nw +I as orw Vo orw Vo rt Ko as Witte / Bonte was # # # # Kreukherstellend # # # # Fijne was # # # # Wol / # Impregneren Express 20 min 1) # # Apparaat reinigen Automatic extra # Overhemden # # # # Donker wasg.
Programmaverloop Hoofdwas Spoelen Centrifugeren Waterstand Wasritme Waterstand Witte / Bonte was d a ( 2-41)2) L L Kreukherstellend ( c e 2-33) L L Fijne was e d e 3 – L Wol / e f e 2 L L Impregneren ( d – – – L Express 20 min d b d 1-33) L L Apparaat reinigen ( a e 2 – – Automatic extra ( abc e 2-3 L L Overhemden e c e 2 – L Donker wasg.
Programmaverloop d = Lage waterstand ( = Middelste waterstand Nadere bijzonderheden over het programmaverloop: e = Hoge waterstand Kreukbeveiliging: a = Intensief ritme De trommel beweegt nog 30 minuten na afloop van het programma om kreukvorming te voorkomen. Een uitzondering vormt het programma Wol. b = Normaal ritme c = Behoedzaam ritme d = Sensitief ritme e = Schommelritme f = Handwasritme De wasautomaat beschikt over een volledig elektronische besturing met beladingsautomaat.
Textielbehandelingssymbolen In het wasgoed bevindt zich een etiket met textielbehandelingssymbolen. Dit etiket garandeert dat het textiel bij de aanbevolen behandeling niet wordt beschadigd. Behandelingen en temperaturen die milder zijn dan op het etiket aangegeven zijn altijd toegestaan. Trommeldrogen De punten geven de globale temperatuur aan. q Op een normale temperatuur r Op een lagere temperatuur s Niet drogen in de automaat Wassen Het getal in de wastobbe geeft de maximale wastemperatuur aan.
Het wijzigen van het programmaverloop Het afbreken van een programma / Het wisselen van programma U kunt een wasprogramma ieder moment afbreken, nadat u het heeft gestart. ^ Druk op de Start/Stop - toets. In het display verschijnt: Programma afbreken De Start/Stop - toets begint te knipperen. ^ Druk nog een keer op de Start/Stop toets. De wasautomaat schakelt de afvoerpomp in. Wilt u de was uit de automaat halen, Het onderbreken van een programma ^ Schakel de wasautomaat met de K - toets uit.
Het wijzigen van het programmaverloop Het bijvullen van de trommel of Kinderbeveiliging het voortijdig verwijderen van Met het inschakelen van de kinderbewasgoed uit de trommel veiliging voorkomt u dat de wasauto^ Druk op de Deur - toets en klap de deur open. ^ Leg wasgoed in de trommel of haal er wasgoed uit. maat tijdens het wassen wordt geopend of dat het programma wordt afgebroken. ^ Sluit de deur. Het inschakelen van de kinderbeveiliging Het programma wordt automatisch voortgezet.
Wasmiddelen Het juiste wasmiddel U kunt alle wasmiddelen gebruiken die voor gebruik in de wasautomaat geschikt zijn. Tips voor gebruik en dosering van wasmiddelen voor volle belading staan op de wasmiddelverpakking.
Wasmiddelen Het doseren van het wasmiddel Wateronthardingsmiddel De dosering is van verschillende factoren afhankelijk. Wanneer het water harder is dan 10° dH kunt u een wateronthardingsmiddel gebruiken om wasmiddel te besparen. – De mate waarin het wasgoed is vervuild Licht vervuild Er zijn geen vuile vlekken te zien, maar de kledingstukken ruiken niet meer zo fris. Normaal vervuild Er zijn lichte vlekken te zien. Sterk vervuild Er zijn donkere vlekken te zien.
Wasmiddelen Middelen voor het nabehandelen van het wasgoed Wasverzachters Met wasverzachters wordt uw wasgoed extra zacht en minder statisch. Synthetische stijfsels Met synthetische stijfsels krijgt u het wasgoed beter in model. Stijfsels Met gewone stijfsels wordt uw wasgoed stevig. Automatisch spoelen met een wasverzachter of stijfsel Wanneer u verschillende keren automatisch met stijfsel heeft gespoeld, reinig dan de wasmiddellade. Reinig de zuighevel extra goed.
Het reinigen van de wasautomaat Het reinigen van de trommel (Hygiëne Info) Het reinigen van de wasmiddellade Wanneer er regelmatig met lage temperaturen en / of een vloeibaar wasmiddel wordt gewassen, bestaat het gevaar dat er in de wasautomaat ziektekiemen en geurtjes ontstaan. De wasmiddellade heeft verschillende vakjes. Het vakje voor de voorwas en dat voor de hoofdwas zijn zelfreinigend. Het is om hygiënische redenen echter het beste om de hele wasmiddellade regelmatig te reinigen.
Het reinigen van de wasautomaat Het reinigen van zuighevel en kanaal ^ Trek de zuighevel uit vakje § (1) en reinig deze onder de kraan met warm water. ^ Reinig ook het buisje waar de zuighevel overheen wordt gestoken. ^ Zet de zuighevel weer terug (2). Het reinigen van de wasmiddelladekast ^ Reinig ook het gedeelte waar de wasmiddellade zit. Verwijder de wasmiddelresten en kalkaanslag en gebruik daarvoor een flessenborstel. ^ Reinig het kanaal voor de wasverzachter met warm water en een borstel.
Het reinigen van de wasautomaat Het reinigen van de doseereen- Het reinigen van de slang heid Normaal gesproken is het niet nodig Het reinigen van het reservoir met deksel Het reservoir met deksel moet alleen worden gereinigd, wanneer u een ander vloeibaar wasmiddel neemt. ,Gebruik geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen, schuurmiddelen, glas- of allesreinigers. Deze kunnen namelijk kunststof oppervlakken en andere onderdelen beschadigen. ^ Haal het reservoir van de sokkel.
Het reinigen van de wasautomaat Het reinigen van de watertoevoerzeefjes Het reinigen van het zeefje in het koppelstuk van de watertoevoerklep De automaat heeft twee zeefjes ter bescherming van de watertoevoerklep. Deze moeten worden gecontroleerd wanneer het controlelampje voor de watertoevoer brandt. ^ Schroef de geribbelde kunststof moer voorzichtig met een tang van het koppelstuk af. Het reinigen van het zeefje in de watertoevoerslang ^ Draai de waterkraan dicht.
Nuttige tips Het oplossen van problemen . . . De meeste problemen waar u in het dagelijks gebruik mee te maken zou kunnen krijgen kunt u zelf oplossen. In al die gevallen hoeft u onze technici niet te bellen en kunt u tijd en kosten besparen. De volgende tabellen helpen u om de oorzaken van een probleem te vinden en uit de wereld te helpen. Bedenk echter: ,Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door erkende vakmensen worden uitgevoerd. Gebeurt dit niet, dan kan de gebruiker grote risico's lopen.
Nuttige tips Het programma is afgebroken en in het display verschijnt de volgende storingsmelding: Storingsmelding Oorzaak Oplossing A ; Waterafvoer storing – De waterafvoer is niet optimaal of zelfs geblokkeerd. – De waterafvoerslang ligt te hoog. ; Watertoevoer storing De watertoevoer is niet Controleer of optimaal of zelfs geblok- – de waterkraan ver genoeg keerd. is opengedraaid; – er knikken in de toevoerslang zitten; – de waterdruk te laag is.
Nuttige tips Het programma is afgelopen en in het display verschijnt de volgende storingsmelding: Storingsmelding Oorzaak Oplossing Verwar.storing De wasautomaat heeft – Start het programma nog een het water niet kunnen verkeer. warmen. Verschijnt dezelfde storingsmelding, – neem dan contact op met de afdeling Klantcontacten. Contr. dosering Er heeft zich tijdens het wasprogramma teveel schuim gevormd.
Nuttige tips Problemen met de automatische dosering van vloeibaar wasmiddel Probleem Oorzaak Er is geen vloeibaar Het reservoir en de wasmiddel gedoseerd. slang zijn leeg. Er zit een knik in de slang. Oplossing Vul het reservoir en de slang met vloeibaar wasmiddel zoals beschreven in het hoofdstuk: "Ingebruikneming van de wasautomaat", paragraaf: "Het voorbereiden van de dosering vloeibaar wasmiddel". Let erop dat u het vloeibare wasmiddel altijd op tijd bijvult.
Nuttige tips Probleem Oorzaak Oplossing Hoewel de basisdoseerhoeveelheid correct is, wordt het wasgoed niet schoon. In vloeibare wasmid– Gebruik in plaats van vloeidelen zitten geen bare wasmiddelen poederbleekmiddelen. vormige wasmiddelen met Fruit-, koffie- of theeeen bleekmiddel vlekken zijn er moeilijk of uit te krijgen. – doseer naast vloeibaar wasmiddel ook nog vlekkenzout en wel in vakje j. Het vloeibare wasmiddel is opgedroogd. Het reservoir is niet goed gesloten geweest.
Nuttige tips Algemene problemen met de wasautomaat Probleem Oorzaak Oplossing De wasautomaat trilt tijdens het centrifugeren. De stelvoeten staan niet gelijk en zijn niet met een contramoer vastgeschroefd. Stel de wasautomaat stevig en schroef de stelvoeten met een contramoer vast. De wasautomaat heeft het wasgoed niet normaal gecentrifugeerd en het wasgoed is nog nat. Bij het eindcentrifugeren heeft de automaat een grote onbalans herkend en het centrifugetoerental automatisch gereduceerd.
Nuttige tips Een tegenvallend wasresultaat Probleem Oorzaak Oplossing Op het gewassen wasgoed zijn grijze, elastische bolletjes achtergebleven (vetbolletjes). Er is te weinig wasmiddel – Wanneer wasgoed zo vergedoseerd. Het wasvuild is moet u óf meer wasgoed is te sterk met vet, middel doseren óf een vloeibijv. crème of olie verbaar wasmiddel gebruiken. vuild geweest.
Nuttige tips De deur kan met de Deur - toets niet worden geopend. Oorzaak Oplossing De wasautomaat is niet Stop de stekker in het stopcontact en/of schakel elektrisch aangesloten en/ de wasautomaat met de K - toets in. of is niet ingeschakeld. De kinderbeveiliging is ingeschakeld. Schakel de kinderbeveiliging uit zoals beschreven in de gelijknamige paragraaf. De code is geactiveerd. Deactiveer de code. Zie hoofdstuk: "Programmeerfuncties", paragraaf: "Code". De stroom is uitgevallen.
Nuttige tips Het openen van de deur bij verstopte afvoer en/of stroomuitval ^ Schakel de wasautomaat uit. Aan de achterkant van het front van de wasmiddellade bevindt zich een gele opener voor het klepje van het pluizenfilter. Verstopte afvoer Wanneer de afvoer is verstopt, bevindt zich een vrij grote hoeveelheid water in de automaat (max. 25 l). ,Wees voorzichtig! Het water is heet, wanneer kort daarvoor op een hoge temperatuur is gewassen.
Nuttige tips Wanneer er geen water meer uit de automaat loopt, ^ Zet het pluizenfilter weer in het filterhuis. ^ Draai het filter weer vast. ,Wordt het pluizenfilter niet teruggezet en vastgedraaid, dan loopt er water uit het apparaat. Om te voorkomen dat er wasmiddel verloren gaat, kunt u de wasmiddellade na het reinigen van het pluizenfilter het beste met ca. 2 l water doorspoelen. Overtollig water wordt vòòr de volgende wasbeurt automatisch weggepompt. ^ draai het pluizenfilter er dan helemaal uit.
Afdeling Klantcontacten Reparaties Programma-actualisering (Update) Voor reparaties dient u te bellen: Wasmiddelen, textiel, wasgewoonten en wasvoorschriften zullen in de toekomst veranderingen ondergaan. – uw Miele-vakhandelaar of – de afdeling Klantcontacten van Miele Nederland B.V. Adres, telefoonnummer en website van Miele Nederland B.V. vindt u op de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het apparaat van voren a Watertoevoerslang (bestand tegen een druk van maximaal 7.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het apparaat van achteren a Rand van het bovenblad Hier kunt u het apparaat vastpakken wanneer u het wilt verplaatsen. b Elektrische aansluiting c Watertoevoerslang (bestand tegen een druk van maximaal 7.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Plaats van opstelling Als plaats van opstelling is een betonnen vloer het meest geschikt. In tegenstelling tot een houten of een zachte vloer trilt deze nauwelijks mee als de wasautomaat aan het centrifugeren is. Let bij het plaatsen van uw automaat op het volgende: ^ Plaats het apparaat waterpas en stabiel. ^ Plaats het apparaat niet op een zachte vloerbedekking omdat het in dat geval tijdens het centrifugeren gaat trillen.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat ^ Draai de linker transportstang met de bijgevoegde steeksleutel 90° en ^ Draai de rechter transportstang 90° en ^ trek de stang eruit. ^ trek de stang eruit.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat ,Sluit de gaten af die vrijkomen nadat u de transportbeveiliging heeft verwijderd. Doet u dat niet, dan loopt u het risico zich te bezeren. ^ Bevestig de transportstangen aan de achterwand van de wasautomaat. Let erop dat het bovenste haakje boven de houder ligt. ,Wanneer de wasautomaat moet ^ Sluit de gaten met de stopjes af. worden getransporteerd, bijv. bij een verhuizing, moet de transportbeveiliging weer worden gemonteerd.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het stellen van de wasautomaat De wasautomaat moet waterpas en gelijkmatig op de vloer staan. Alleen dan is een optimale werking gewaarborgd. Wanneer een wasautomaat verkeerd wordt geplaatst, wordt er meer water en energie verbruikt dan nodig is en kan het apparaat gaan schuiven. Het stellen van de automaat gebeurt met behulp van de vier machine- of stelvoeten. Wanneer het apparaat wordt geleverd zijn alle stelvoeten naar binnen gedraaid.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het plaatsen van de wasautomaat onder een werkblad of in een keukenblok Let op het volgende: – Hiervoor is een onderbouwset* noodzakelijk. De onderbouwset moet door een vakman / vakvrouw worden gemonteerd. Bij de onderbouwset is een montagehandleiding gevoegd. – Bij de onderbouwset is een afdekplaat gevoegd. Deze afdekplaat moet het bovenblad van de automaat vervangen.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Doseereenheid De doseereenheid bevindt zich in de wastrommel. De wasautomaat moet elektrisch aangesloten zijn. ^ Open de deur. ^ Haal de doseereenheid uit het apparaat. Plaatsingsmogelijkheden van de doseereenheid ,Om veiligheidsredenen mag de doseereenheid niet boven en alleen op een afstand van 60 cm van stopcontacten, schakelaars, lampen etc. worden geïnstalleerd. Men moet makkelijk bij de doseereenheid kunnen komen wanneer men moet bijvullen.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Montage van de slang ,De slang mag niet beschadigd raken en er mogen geen knikken in komen. Het stopje aan het uiteinde van de slang mag pas aan het eind worden verwijderd. Binnendringend vuil kan de pomp beschadigen. ^ Zet het reservoir met deksel en sokkel op de daarvoor bestemde plek. ^ Maak de slang van de achterkant van de wasautomaat los. ^ Haal het reservoir van de sokkel en draai de sokkel om. ^ Verwijder het stopje uit het uiteinde van de slang.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Montage van de sokkel ,De sokkel moet aan zijn standplaats worden vastgeschroefd. Wordt de sokkel op het bovenblad van de wasautomaat geplaatst, moeten de bijgevoegde schroeven worden gebruikt. Andere schroeven kunnen de wasautomaat beschadigen. Voordat u de sokkel vastschroeft, moet de slang aan de onderkant van de sokkel worden bevestigd. ^ Maak de sokkel met de hand met de bijgevoegde schroeven vast. ^ Plaats de rubberen stopjes weer in de gaatjes.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het Miele waterbeveiligingssysteem Het Miele waterbeveiligingssysteem biedt een volledige bescherming tegen waterschade door de wasautomaat. Het systeem bestaat hoofdzakelijk uit drie onderdelen: – Bescherming tegen overstromen Voorkomen wordt dat de wasautomaat door een ongecontroleerde watertoevoer gaat lekken. Stijgt de waterstand boven een bepaald niveau, dan wordt de afvoerpomp ingeschakeld en het water gecontroleerd afgepompt.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het aansluiten van de watertoevoer De automaat mag zonder terugslagklep op het waterleidingnet worden aangesloten, omdat hij gebouwd is volgens EU-normen. De waterdruk moet minstens 100 kPa en mag niet meer dan 1.000 kPa bedragen. Is de druk hoger dan 1.000 kPa dan moet er een drukreduceerventiel in de waterleiding worden ingebouwd. Voor de aansluiting is een kraan met 3 /4"-schroefkoppeling noodzakelijk.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Het aansluiten van de waterafvoer Het sop wordt afgepompt m.b.v. een afvoerpomp met een opvoerhoogte van 1 m. Het water moet ongehinderd weg kunnen stromen en daarom mogen er geen knikken in de slang zitten. Het bochtstuk aan het eind van de slang is draaibaar en kan indien nodig worden verwijderd. 2. De slang kan op een kunststof afvoerbuis met rubberen mof worden aangesloten. Een sifon is niet beslist noodzakelijk. 3.
Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat Elektrische aansluiting De wasautomaat mag alleen door een erkend installateur volgens de geldende NEN-normen op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Deze wasautomaat is voorzien van een aansluitkabel en een stekker met beschermingscontact (randaarde), geschikt voor aansluiting op ~230 V 50 Hz. Deze wasautomaat mag uitsluitend worden aangesloten op een contactdoos met beschermingscontact (randaarde) of een daarvoor geschikte 2polige schakelaar, bijv.
Technische gegevens Hoogte 850 mm Breedte 595 mm Diepte 615 mm Diepte bij geopende deur 993 mm Hoogte voor onderbouw 820 mm Breedte voor onderbouw 600 mm Diepte voor onderbouw 650 mm Gewicht 98 kg Beladingscapaciteit 7 kg droog wasgoed Aansluitspanning Zie typeplaatje Aansluitwaarde Zie typeplaatje Zekering Zie typeplaatje Verbruiksgegevens Zie hoofdstuk: "Verbruiksgegevens". Minimale waterdruk 100 kPa (1 bar) Maximale waterdruk 1.
Verbruikgegevens Belading Witte / Bonte was Verbruikswaarden Energie Water in kWh in l Programmaduur 90°C 7,0 kg 2,20 52 2 uur 29 min 60°C 7,0 kg 1,33 52 1 uur 59 min 60°C 3,5 kg 1,00 45 1 uur 59 min Eco60* 7,0 kg 0,82 52 2 uur 59 min 60 Eco * 3,5 kg 0,82 45 2 uur 59 min 40°C 7,0 kg 0,84 67 2 uur 29 min 40°C 3,5 kg 0,73 45 2 uur 29 min Eco40 7,0 kg 0,70 52 2 uur 59 min Eco40* 3,5 kg 0,58 45 2 uur 59 min Kreukherstellend 40°C 3,5 kg 0,56 50 1 uur 52 m
Programmeerfuncties Het programmeren van de varianten Met de programmeerfuncties kunt u de elektronica van de wasautomaat aanpassen aan wisselende omstandigheden. U kunt de varianten ieder moment veranderen. Het openen van het menu van de programmeerfuncties Eerst moet aan twee voorwaarden zijn voldaan: – De wasautomaat moet ingeschakeld zijn. – De deur moet gesloten zijn. ^ Druk tegelijk op de Voorprogrammering (V) - toets en de Centrifugetoerental (W) - toets, totdat in het display verschijnt: Taal ! ...
Programmeerfuncties Basisdosering Wanneer u voor de automatische dosering een ander vloeibaar wasmiddel wilt gaan gebruiken, kan het noodzakelijk zijn, ook de basishoeveelheid te wijzigen. Nadere informatie vindt u in het hoofdstuk: "Automatische dosering van vloeibaar wasmiddel", paragraaf: "Basisdosering". Totale verbruik Met het inschakelen van deze programmeerfunctie kunt u het totale energie- en waterverbruik aflezen. De mogelijkheden zijn: Uit De functie is niet geactiveerd.
Programmeerfuncties Code Met het activeren van deze programmeerfunctie kunt u de elektronica met een code vergrendelen. Daarmee voorkomt u dat u uw apparaat door vreemden kan worden gebruikt. Wanneer u de code heeft geactiveerd, moet u na het inschakelen van de wasautomaat de code weer invoeren om de automaat te kunnen bedienen. Code ... ^ Druk op de Temperatuur - toets (OK).
Programmeerfuncties Temperatuureenheid Het display kan de temperatuur weergeven in °C/Celsius of in °F/Fahrenheit. Met de programmeerfunctie Temperatuureenheid kunt u één daarvan kiezen. Wanneer het apparaat wordt geleverd wordt de temperatuur in °C/Celsius weergegeven. Zoemer Met het activeren van deze programmeerfunctie kunt u een zoemer inschakelen. Deze gaat aan het eind van het programma of in de spoelstop. Tevens kunt u met deze programmeerfunctie tussen twee geluidssterkten kiezen.
Programmeerfuncties Stand-by display Het display wordt donker, wanneer u 10 minuten na het inschakelen van de wasautomaat geen programma kiest en tevens 10 minuten nadat het programma is afgelopen. De Start/Stop - toets knippert langzaam. Dit bespaart energie. Wanneer u op een toets drukt, wordt het display weer ingeschakeld. Met de programmeerfunctie Stand-by display kunt u bepalen of het display alleen in bovenstaande gevallen donker wordt of ook tijdens het programmaverloop.
Na te bestellen reinigings- en onderhoudsmiddelen Miele staat voor perfecte wasgoedbehandeling. De Miele wasautomaten beschikken over een groot aantal speciale programma's die optimaal op de verschillende soorten wasgoed zijn ingesteld. Bovendien heeft Miele de zgn. CareCollection ontwikkeld, een uniek systeem dat bestaat uit speciale middelen voor het behoedzame reinigen en onderhouden van het wasgoed. Hieronder stellen wij u de reinigings- en onderhoudsmiddelen van de Miele CareCollection voor.
Na te bestellen reinigings- en onderhoudsmiddelen Universeel wasmiddel "UltraWhite" Fijnwasmiddel Het universeel wasmiddel "UltraWhite" in poedervorm is bijzonder geschikt voor wit en licht wasgoed en sterk vervuild bont wasgoed. Het fijnwasmiddel van Miele is bijzonder geschikt voor teer wasgoed zoals wol of zijde. Door zijn bijzondere formule reinigt het al vanaf een temperatuur van 20°C en beschermt het de kleuren van uw fijne was.
Wijzigingen voorbehouden/5011 M.-Nr.