Operation Manual

TwinDos
24
Te doseren wasmiddelhoeveelh.
48 ml
Normaal vervuild
Tip: Heeft uw water hardheidsgraad II
() of III (), pas de doseringen voor
de Miele-producten dan aan volgens de
aanwijzingen op de wasmiddelverpak‐
king.
 Bevestig de dosering met de sensor‐
toets OK of corrigeer de dosering
met de sensortoetsen  en .
De wasautomaat stelt automatisch
UltraPhase 2 voor vak 2 in. U hoeft al‐
leen de dosering te bevestigen of te
corrigeren.
Te doseren wasmiddelhoeveelh.
36 ml
Normaal vervuild
 Bevestig de dosering met de sensor‐
toets OK of corrigeer de dosering
met de sensortoetsen  en .
Instellingen voor overige wasmidde‐
len
De doseringen voor de Miele-produc‐
ten zijn vanuit de fabriek ingesteld
voor hardheidsgraad I ().
Soort wasmiddel
Vak 1
Vak 2
Terug 
: Geen opgave


: Geen opgave
 Tip de sensortoets OK aan.
Vak 1
Miele UltraColor
Miele fijn-/wolwasmiddel

Miele UltraPhase 1
 Tip de sensortoetsen  of  aan en
kies het gedoseerde wasmiddel. Be‐
vestig de keuze met de sensortoets
OK.
Te doseren wasmiddelhoeveelh.
95 ml
Normaal vervuild
Tip: Heeft uw water hardheidsgraad II
() of III (), pas de doseringen voor
de Miele-producten dan aan volgens de
aanwijzingen op de wasmiddelverpak‐
king.
 Bevestig de dosering met de sensor‐
toets OK of corrigeer de dosering
met de sensortoetsen  en .
 Herhaal de procedure voor vak 2.
Ga bij het invoeren van universele
wasmiddelen of Colorwasmiddelen
uit van de maximale belading van 9
kg en bij fijnwasmiddelen van de
maximale belading van 2,5 kg.