Installation manual

38
4. Installerenvandekoelstoeidingen
4.1.
Voorzorgsmaatregelen voor apparaten diege-
bruikmakenvanR410A-koelstof
• Ziep.36voorniethierondervermeldevoorzorgsmaatregelenvooraircon-
ditionersdiegebruikmakenvanR410A-koelstof.
• Gebruik esterolie,etherolie ofalkylbenzeen (in kleine hoeveelheden) als
koelolieomdeaansluitingsoppervlakkenaftedichten.
• Gebruik fosforhoudende, zuurstofarme, naadloze C1220-pijpen van koper
ofkoperlegeringenalskoelstofpijpen.Gebruikkoelstofpijpenvandeinde
onderstaandetabelaangegevendikte.Controleerofdebinnenkantvande
pijpenschoonisenvrijvanschadelijkestoffenzoalszwavelverbindingen,
oxidanten,vuilofstof.
Gebruikaltijdniet-oxiderendsoldeerwanneerudepijpensoldeert,anders
raaktdecompressorbeschadigd.
Waarschuwing:
Gebruikbijhetinstallerenofverplaatsenvanhetapparaatuitsluitenddege
-
speciceerdekoelstof (R410A)voorhet vullenvandekoelstofpijpen.Meng
dekoelstof niet met andere koelstoffenen let eropdat er geenlucht in de
pijpenachterblijft.Indeleidingenachtergeblevenluchtkandrukstotenver
-
oorzakendiekunnenleidentotscheurenenandereproblemen.
Afmeting pijp (mm)
ø6,35 ø9,52 ø12,7 ø15,88 ø19,05 ø22,2 ø25,4 ø28,58
Dikte (mm)
0,8 0,8 0,8 1,0 1,0 1,0 1,0 1,0
Gebruikgeendunnerepijpendanhierbovenaangegeven.
• Gebruik1/2H-ofH-leidingenalsdediameter22,2mmofgroteris.
• GebruikvoordeRP2501/2H-ofH-leidingenalsdediameter19,05mmof
groter is.
4.2. Aansluitenvandepijpen
Als u koperen pijpen gebruikt, moet u de vloeistof- en gaspijpen met isolatiema-
teriaal bekleden (hittebestendig tot 100°C, dikte van 12 mm of meer).
De delen van de afvoerpijp die binnenshuis lopen, moeten worden bekleed met
isolatiemateriaal van polyethyleenschuim (relatieve dichtheid 0,03, dikte 9 mm of
meer).
Doe een dun laagje koelmachineolie op de leiding en het aansluitingsoppervlak
voordatude“are”-moervastdraait.
A (Fig. 4-1)
Draai met gebruik van twee pijptangen de aansluitende leidingen vast. B (Fig. 4-1)
Gebruik, nadat alle aansluitingen gemaakt zijn, een lekkagedetector of zeepsop
om te controleren of er gaslekken zijn.
Breng koelolie aan op de aansluitingsoppervlakken.
C (Fig. 4-1)
• Gebruikdeensmoerenvoordevolgendepijpafmetingen.
D (Fig. 4-1)
BINNENAPPARAAT RP50 RP60, 71 RP100-140
Gaszijde
Afmeting pijp (mm)
ø12,7 ø15,88 ø15,88
Vloeistofzijde
Afmeting pijp (mm)
ø6,35 ø9,52 ø9,52
Let er bij het buigen van de pijpen op dat u deze niet breekt. Een buigstraal van
100 mm tot 150 mm is voldoende.
Let erop dat de pijpen de compressor niet raken. Hierdoor kunnen ongewone
geluiden of trillingen ontstaan.
1 Begin met het aansluiten van de pijpen bij het binnenapparaat.
Trekdeensmoerenaanmeteenmomentsleutel.
2 Tromp de vloeistof- en gaspijpen op en breng een dun laagje koelolie aan op de
aansluitingsoppervlakken.
Als een gewoon pijpafdichtmiddel wordt gebruikt, zie dan Tabel 1 voor het op
-
trompen van R410A-koelstofpijpen.
Gebruik de maatafstemmingsmeter om de afmetingen B te controleren.
Tabel 1 (Fig. 4-2)
Buitendiameter ko-
peren pijp (mm)
B (mm)
Trompgereedschap voor R410A
Trompgereedschap voor R22·R407C
Type koppeling
ø6,35 (1/4") 0 - 0,5 1,0 - 1,5
ø9,52 (3/8") 0 - 0,5 1,0 - 1,5
ø12,7 (1/2") 0 - 0,5 1,0 - 1,5
ø15,88 (5/8") 0 - 0,5 1,0 - 1,5
ø19,05 (3/4") 0 - 0,5 1,0 - 1,5
3
Gebruik de volgende procedure voor het aansluiten van de pijpen aan de gaszijde.
(Fig. 4-3)
1 Soldeer de meegeleverde verbindingspijp
E
aan het buitenapparaat met ter
plaatse verkregen soldeermateriaal en de plaatselijke leiding
C
zonder zuur
-
stof.
2 Sluit de verbindingspijp
E
aan op de afsluitkraan aan de gaszijde.
Gebruiktweesleutelsomdeensmoeraantetrekken.
* Indien de volgorde wordt omgekeerd, treedt lekkage van koelvloeistof op doordat het ge-
deelte is beschadigd door soldeervuur.
Voor PEA-RP200, 250, 400, 500GA
Voor het aansluiten van leidingen wordt soldeermateriaal gebruikt.
PEA-200 PEA-250 PEA-400 PEA-500
Gaszijde
Afmeting pijp (mm)
ø25,4 ø25,4 ø25,4 ø25,4
Vloeistofzijde
Afmeting pijp (mm)
ø9,52 ø12,7 ø9,52 ø12,7
A
(Fig. 4-1)
Buitendiameter koperen pijp
(mm)
Afmetingen tromp
øA (mm)
ø6,35 8,7 - 9,1
ø9,52 12,8 - 13,2
ø12,7 16,2 - 16,6
ø15,88 19,3 - 19,7
ø19,05 23,6 - 24,0
B
(Fig. 4-1)
Buitendiameter koperen pijp
(mm)
Buitendiameterensmoer
(mm)
Aanhaalmoment
(N·m)
ø6,35 17 14 - 18
ø6,35 22 34 - 42
ø9,52 22 34 - 42
ø12,7 26 49 - 61
ø12,7 29 68 - 82
ø15,88 29 68 - 82
ø15,88 36 100 - 120
ø19,05 36 100 - 120
A Afsnijmaten tromp
B Aanhaalmomentensmoer
A Optrompgereedschap
B Koperen pijp
A
Afsluitkraan (gaszijde)
B
Afgedichte gedeelte
C
Plaatselijke leiding
D
Voor twee sleutels
E
Verbindingspijp
F
Pijpbedekking
Fig.4-1
Fig.4-2
Fig.4-3
45° ± 2°
90° ± 0,5°
R0,4 ~ R0,8
BG79U791K01_nl.indd 38 9/18/2007 10:04:50 AM