Operation Manual
12
AANSLUITINGEN
OVERIGEN
KENMERKEN
VOORBEREIDINGEN
OPLOSSEN
VAN STORINGEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
INHOUD
44
44
4 Plaats het afdrukpapier in het toestel.
Plaats het afdrukpapier stevig in het toestel.
OPMERKING
Plaats het afdrukpapier langzaam in het toestel. Als u het in de gleuven laat vallen,
kunnen dit toestel of zijn accessoires worden beschadigd.
Rol
Afdrukpapier
Zwarte deksel
22
22
2 Druk op de toets POWER om de spanning in te schakelen.
33
33
3 Druk op de DOOR OPEN-toets om de deur te openen.
Verwijder de inktcassette uit de printer.
55
55
5 Verwijder de sticker, plaats het afdrukpapier tussen de rollen zoals
rechts getoond en voer het papier in tot aan het zwarte deksel.
•Verwijder de sticker alvorens het afdrukpapier tussen de rollen te plaatsen. Zorg
ervoor dat het papier recht wordt ingevoerd.
OPMERKING
• Houd de rol uit de buurt van vuil. Vuil op de rol kan de afdrukkwaliteit verslechteren.
OPMERKING
•Trek het afdrukpapier naar u toe om het te verwijderen.
• Schakel de spanning in voordat u het afdrukpapier vervangt.
•Trek het afdrukpapier strak. Als u de volgende stappen uitvoert terwijl het papier
niet strak is getrokken, kan het afdrukpapier worden beschadigd.
Richting van de
papierinvoer
VOOR BEDIENING










