Operation Manual

Op de uitklapbare pagina 3 vindt u een over-
zicht van alle bedieningselementen en de
aansluitingen.
1 Overzicht van de bedienings-
elementen en aansluitingen
1.1 Frontpaneel
1 Display, details zie afb. 2
a = Afspelen, = Pauze,
geen symbool = stop
b met toets MODE (10) geselecteerde sig-
naalbron
USB = USB-aansluiting (2)
SD = SD-slot (3)
Bluetooth = Bluetooth-ontvanger
AUX = geen werking
c reeds gespeelde tijd van een track
d met toets (10) geselecteerde bedrijfs-
modus
RA = herhaald afspelen van alle tracks
RR = willekeurige reeks tracks
RO = herhalen van de track
e Tracknummer (in de geselecteerde map)
f Naam van het audiobestand
(max. 6 tekens)
g Audiobestandstype
2 USB-jack voor het aansluiten van een
USB-opslagmedium (bv. USB-stick, USB-
schijf met autonome voeding)
3 Slot voor een geheugenkaart
Steek de kaart met de afgeschuinde hoek
naar onder en naar het apparaat gericht in de
slot.
4 Regelaar GAIN voor het instellen van de
ingangsversterking (telkens voor de ingan-
gen CH 1 4)
5 Kanaalfader voor regeling van het kanaalvo-
lume en in- en uitmengen van het kanaalsig-
naal (telkens voor de ingangen CH 1 4)
6 Ingangskeuzeschakelaar
(telkens voor de ingangen CH 1 4)
Mp3 = audiospeler en Bluetooth-ontvanger
AUX / MIC / LINE / PHONO = ingangsjacks (28)
7 Volumeregelaar BOOTH voor een op de uit-
gang BOOTH (24) aangesloten monitorin-
stallatie
8 Niveauleds voor het mastersignaal op de
XLR-uitgang (25) en op de uitgang MASTER
(26)
9 Volumeregelaar MASTER voor de XLR-uit-
gang (25) en de uitgang MASTER (26)
10 Bedieningstoetsen voor de audiospeler en de
Bluetooth-ontvanger:
MODE Omschakelen tussen
— USB-bus (2)
— SD-slot (3)
— Bluetooth-ontvanger
— AUX (zonder functie)
Om opnieuw uit en in te schakelen,
houdt u de toets gedurende 2 secon-
den ingedrukt.
afspelen starten en onderbreken
afspelen stoppen
afspeelmodus selecteren (zie pos. d)
naar de vorige track springen;
om binnen een track snel achteruit te
zoeken, houdt u de toets ingedrukt
naar de volgende track springen;
om binnen een track snel vooruit te zoe-
ken, houdt u de toets ingedrukt
F
-
naar de vorige map springen
F+ naar de volgende map springen
EQ instellen van de klank selecteren:
NORM, ROCK, POP, CLAS … OPER
11 Jack MIC (6,3 mm-jack, gebalanceerd) voor
een DJ-microfoon
12 Regelaar MIC LEVEL voor het volume van de
microfoon die op de jack MIC (11) aangeslo-
ten is
13 Klankregelaars HIGH (hoge tonen) en LOW
(lage tonen) voor de microfoon die op de jack
MIC (11) aangesloten is
14 Klankregelaars HIGH (hoge tonen) en LOW
(lage tonen) [telkens voor de ingangen
CH 1 – 4]
15 Crossfader
16 Schuifschakelaar voor het regelen van twee
ingangskanalen, waarvan de signalen ge -
mengd moet worden
Wanneer de regelfunctie niet wordt gebruikt,
plaats dan beide schakelaars in de stand “0”.
17 Toetsen voor selectie van de signalen die u
via de hoofdtelefoonuitgang (19) kunt voor-
beluisteren:
CH 1 … CH 4 = signalen van de ingangska-
nalen
MASTER = mastersignaal
18 Volumeregelaar PHONES LEVEL voor de
hoofdtelefoonuitgang (19)
19 6,3 mm-jack voor de aansluiting van een
stereohoofdtelefoon (impedantie ten minste
)
20 Regelaar BALANCE voor de balansregeling
van het stereosignaalbron op de XLR-uitgang
(25) en op de uitgang MASTER (26)
21 POWER-schakelaar met bedrijfsled erboven
1.2 Achterzijde
22 POWER-jack voor aansluiting op een stop-
contact (230 V~ / 50 Hz) met behulp van het
bijgeleverde netsnoer
23 Houder voor de netzekering
Vervang een gesmolten zekering uitsluitend
door een zekering van hetzelfde type!
24 Uitgang BOOTH (6,3 mm-jacks, ongebalan-
ceerd) voor de aansluiting van een monitorin-
stallatie om het mastersignaal te beluisteren
25 XLR-jacks (gebalanceerd) voor aansluiting
van de versterker om het geluid voor het
publiek te verzorgen
26 Cinch-jacks MASTER bijkomend of alterna-
tief voor de XLR-jacks (25) om een versterker
aan te sluiten
27 Cinch-jacks REC voor een opnameapparaat
Op de jacks is het mastersignaal beschikbaar
onafhankelijk van de stand van de regelaar
MASTER (9).
28 Signaalingangen voor de kanalen CH 1 tot
CH 4
MIC (6,3 mm-jack, ongebalanceerd) voor
microfoons
LINE (cinch) voor apparaten met lijnniveau-
uitgang, bv. cd-speler, radio
AUX (cinch) voor apparaten met lijnuitgang
PHONO (cinch) voor platenspelers met
magnetische cel
2 Veiligheidsvoorschriften
Het apparaat is in overeenstemming met alle
relevante EU-Richtlijnen en draagt daarom de
-markering.
Let bij ingebruikname ook zeker op het vol-
gende:
G
Het apparaat is enkel geschikt voor gebruik
binnenshuis; vermijd druip- en spatwater,
plaatsen met een hoge vochtigheid en uitzon-
derlijk warme plaatsen (toegestaan omge-
vingstemperatuurbereik: 0 40 °C).
G
Plaats geen bekers met vloeistof zoals drink-
glazen etc. op het apparaat.
G
Schakel het apparaat niet in resp. trek onmid-
dellijk de stekker uit het stopcontact,
1. wanneer het apparaat of het netsnoer zicht-
baar beschadigd is,
2. wanneer er een defect zou kunnen optreden
nadat het apparaat bijvoorbeeld is gevallen,
3. wanneer het apparaat slecht functioneert.
Het apparaat moet in elk geval worden her-
steld door een gekwalificeerd vakman.
G
Trek de stekker nooit met het snoer uit het
stopcontact, maar met de stekker zelf.
G
Verwijder het stof met een droge, zachte doek.
Gebruik zeker geen water of chemicaliën.
G
In geval van ongeoorloofd of verkeerd gebruik,
verkeerde aansluiting, foutieve bediening of
van herstelling door een niet-gekwalificeerd
persoon vervalt de garantie en de verantwoor-
delijkheid voor hieruit resulterende materiële
of lichamelijke schade. Zo kunnen wij ook niet
aansprakelijkheid worden gesteld voor gege-
vensverliezen als gevolg van foutieve bedie-
ning of een defect, noch voor de schade die
hieruit volgt.
3 Toepassingen
Het stereomengpaneel met ingebouwde audio-
speler en Bluetooth-ontvanger is zowel geschikt
voor willekeurige professionele als privé DJ-toe-
passingen als voor gebruik in een geluidsinstal-
latie. Het is uitgerust met vier stereo-ingangska-
nalen en met een DJ-microfoonkanaal. Om de
ingangssignalen of het mastersignaal voor te
beluisteren, kunt u een hoofdtelefoon aanslui-
ten.
Het mengpaneel kan als vrijstaand tafelmo-
del gebruikt worden of in een 19″-rack (482 mm)
gemonteerd worden. Voor montage in een rack
zijn 2 HE (= 89 mm) nodig.
Wanneer het apparaat definitief uit
bedrijf wordt genomen, bezorg het dan
voor milieuvriendelijke verwerking aan
een plaatselijk recyclagebedrijf.
WAARSCHUWING De netspanning van de appa-
raat is levensgevaarlijk. Open
het apparaat niet, want u loopt
het risico van een elektrische
schok.
NL
B
19