Operation Manual

INSTALLATEUR
48
Controleer of de maat van pijpen en aansluitingen die tussen regelaar toevo-
er/gasfles en caravan/voertuig zo geïnstalleerd zijn zo is dat er geen drukval
kan optreden van meer dan 2,5 mbar.
De gehele installatie moet worden nagekeken op gaslekken.
11.8- WATERTOEVOER
Een koudwater-toevoer met een werkdruk van minimaal 0,18 bar gemeten bij de
koudwater-inlaat is vereist.
Wanneer mogelijk moet de koudwater-toevoer naar het apparaat de eerste aans-
luiting zijn in de hoofdtoevoer, teneinde afname van de warmwaterstroom te
minimaliseren wanneer andere punten koud water vragen.
12.- INSTALLATIE- INSTRUCTIES
12.1- VERPAKKING
De geiser wordt geleverd in afzonderlijk verpakte onderdelen
Warmwatertoestel en ophangbeugel
Afvoerkanaal verpakte afzonderlijk
Gas- en wateraansluitingen verpakte afzonderlijk
12.2- KEUZE VAN DE PLAATS VAN INSTALLATIE
Beslis waar de geiser geplaatst moet worden; hou daarbij rekening met de daa-
raan gestelde eisen van sectie 11 en de gegeven afstanden in sectie 10.
12.3- DE KAP VERWIJDEREN
Verwijder de gasknoppen en de temperatuurkeuzeknop.
Verwijder de schroef die de kap op zijn plaats houdt. Die bevindt zich aan de
voorzijde van de kap achter de gasknop.
Haal de kap eraf door de klemmen bovenaan te verwijderen.
12.4- MONTEREN TEGEN DE MUUR
Schroef de steun aan de muur en hang de geiser eraan. Er dient nog een schro-
ef onderin door het frame heen gedraaid te worden voor een veilige bevestiging
van het apparaat tijdens transport of vervoer over de weg.
12.5- BEKABELING
Neem de gebruikelijke voorzorgsmaatregelen in acht en zorg ervoor dat de stro-
om is afgesloten voordat u met installatiewerkzaamheden begint. De bedrading
dient te worden aangelegd zoals beschreven in sectie 11.6 Belangrijk: het toes-
tel dient geaard te worden