Operation Manual

WAT IS ER MIS MOGELIJKE OORZAKEN MOGELIJKE OPLOSSINGEN
Geen klank. Netsnoer is niet aangesloten of de apparatuur
is niet ingeschakeld.
Controleer of het netsnoer is aangesloten en
de apparatuur is ingeschakeld.
Tape Monitor geselecteerd. Schakel de stand TAPE MONITOR uit.
Mute is ingeschakeld. Schakel Mute uit.
Pre-out/Main-in-versterkeraansluitingen aan
de achterzijde niet aangesloten.
Maak aansluitingen in orde.
Geen klank op een kanaal. Balansregeling staat niet in het midden. Zet de knop voor de balansregeling in de
middelste stand.
Luidspreker is niet goed aangesloten of is
beschadigd.
Controleer de aansluitingen en de
luidsprekers.
Kabel voor ingangssignaal is niet aangesloten
of is beschadigd.
Controleer kabels en de aansluitingen.
Zwak laag/diuus stereobeeld. Luidsprekers staan “uit fase. Controleer de aansluitingen van alle
luidsprekers in het systeem.
Geen geluid uit de subwoofer. Subwoofer staat uit, krijgt geen voeding of is
niet goed aangesloten.
Schakel de subwoofer in, controleer de
stekker en de aansluitingen.
Afstandsbediening werkt niet. Batterijen leeg of onjuist geplaatst. Controleer of vervang de batterij.
Het venster van de IR-zender of de IR-
ontvanger is afgeschermd.
Verwijder obstakel.
Er valt direct zonlicht of heel fel
omgevingslicht op de IR-ontvanger.
Plaats de apparatuur weg van direct
zonlicht, verminder de hoeveelheid
omgevingslicht.
Standby-LED wordt rood tijdens normale
werking.
De versterker oververhit. Controleer of de ventilatiegleuven bovenop
en onderaan versterker niet zijn verstopt.
Zet de versterker weer aan wanneer hij is
afgekoeld.
De totale impedantie van de luidsprekers is
te laag.
Controleer of de totale
luidsprekerimpedantie niet lager is dan 4
ohm.
NASLAG
HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
13
ENGLISHFRANÇAISESPAÑOLITALIANODEUTSCHNEDERLANDSSVENSKAРУССКИЙ