Operation Manual

Gebruikershandboek NAVIGON 2100 | 2110 max
- 14 - NAVIGON 2100 | 2110 max inschakelen
Opmerking: De navigatietoepassing werkt alleen wanneer de
geheugenkaart de navigatiesoftware en kaartgegevens bevat. Foto's
bekijken kunt u ook als een andere geheugenkaart geplaatst is.
2.5 Navigatie met GPS
GPS is gebaseerd op in totaal minimaal 24 satellieten, die rond de
aarde draaien en daarbij voortdurend hun positie en hun tijd uitzenden.
De GPS-ontvanger ontvangt deze gegevens en berekent uit de
verschillende positie- en tijdinformatie van de verschillende satellieten
zijn eigen geografische positie.
Voor een positiebepaling die exact genoeg is, zijn de gegevens nodig
van ten minste drie satellieten. Met de gegevens van vier of meer
satellieten kan ook de hoogte boven de zeespiegel worden bepaald. De
positiebepaling gebeurt daarbij tot op drie meter nauwkeurig.
Wanneer het navigatiesysteem uw positie heeft bepaald, kan deze
positie als uitgangspunt dienst doen voor een routeberekening.
Het kaartmateriaal van uw navigatie-apparaat bevat de geografische
coördinaten van alle digitaal geregistreerde bijzondere bestemmingen
(POI's), straten en plaatsen. Het navigatie-apparaat kan zodoende een
weg berekenen vanaf een beginpunt naar een bestemming.
De berekening van de actuele positie en de weergave ervan op de
kaart geschieden één keer per seconde. Zo kunt u op de kaart zien
waar u zich beweegt.
3 NAVIGON 2100 | 2110 max inschakelen
1. Druk de toets (Aan/Uit) in.
Als de wachtwoordbeveiliging geactiveerd was, wordt het venster
W
ACHTWOORD INVOEREN geopend.
2. Voer het wachtwoord in.
3. Druk op OK
.
Het venster S
TART wordt geopend.
Opmerking: Als u de NAVIGON 2100 | 2110 max voor de eerste keer
inschakelt, wordt u gevraagd de volgende instellingen vast te leggen:
de taal waarin u de software wilt gebruiken
de lengte-eenheid voor afstandsgegevens
het formaat van tijdinformatie