Operation Manual

8120 Installatie- en bedieningshandleiding21
2-7-3 Datatitel
De beeldschermen kunnen bovenaan data
weergeven, de datatitel genaamd.
Tip: Indien alle velden op een lijn Geen zijn,
dan zal de lijn niet weergegeven worden
en de datatitel zal minder ruimte op het
beeldscherm in beslag nemen.
5 Druk op
ESC
.
Tip: De datatitel zal veranderen wanneer
u een ander beeldscherm kiest. Om een
datatitel in te stellen die u later nogmaals
kunt oproepen, dient u het datatiteldeel
onderdeel van een favoriet beeldscherm te
maken (zie onderstaand).
Favoriete beeldschermen en datatitels
Om een datatitel voor een favoriet
beeldscherm in te stellen, volgt u de stappen
om een favoriet toe te voegen (zie paragraaf
2-7-2 - Een favoriet beeldscherm toevoegen
aan de lijst). In stap 1 stelt u de datatitel voor
de favoriet in zoals bovenstaand beschreven.
2-7-4 Kompas
De landkaart- en snelwegvensters kunnen
bovenaan het scherm een kompas
weergeven.
Het kompas laat altijd de boots koers over
grond (COG) zien, een zwart symbool in het
midden. Wanneer de boot naar een punt
navigeert geeft het kompas ook de peiling
van de bestemming (BRG) weer, een rood
symbool.
In dit voorbeeld is BRG 205°M en COG 321°M.
Om het kompas in of uit te schakelen
1 Druk op
MENU
en selecteer datatitel.
2 Stel kompas in op of .
Wanneer u een venster selecteert in het
beeldschermmenu (zie paragraaf 2-7)
dan geven de 8120 beeldschermen een
passende datatitel voor het venster.
Elk favoriete beeldscherm (zie paragraaf
2-7-2) heeft zijn eigen datatitel. Wanneer
u op drukt om een favoriet
beeldscherm nogmaals te zien, dan zal
de 8120 de datatitel van het favoriete
beeldscherm weergeven.
Instellen van de datatitel voor een
beeldscherm
1 Druk op
DISPLAY
en selecteer datatitel.
2 Om de datatitel uit of in te schakelen:
i Selecteer Data.
ii Selecteer of .
3 Om het formaat van de data te selecteren:
i Selecteer Formaat.
ii Selecteer het weer te geven formaat.
4 Om de weergegeven data te veranderen:
i Selecteer Data-instelling.
ii Verander een dataveld:
a Druk op de cursortoetsen om
een veld te markeren.
b Druk op
ENTER
om een menu van
data-items weer te geven.
c selecteer een data-item dat
beschikbaar is op het systeem of
selecteer Geen om het veld blank
te laten.
iii Herhaal bovenstaande stap om andere
datavelden in te stellen.