Operation Manual

8120 Installatie- en bedieningshandleiding45
Dit venster wordt het toenamevenster
genoemd.
9-6 Toename (gain) en drempel
Toename- en drempelinstellingen beheersen
de weergegeven hoeveelheid detail op een
sonarvenster.
Toename: De toename van de gevoeligheid
van de sonar ontvanger. De toename zou
hoog moeten zijn voor veel detail, maar
indien de toename te hoog is dan zal
informatie van een sterk bodemsignaal
verloren gaan en worden misschien valse
echo’s weergegeven. Er is een aparte
toename-instelling voor beide sonar
frequenties, 50 kHz en 200 kHz.
Drempel: Retourecho’s zwakker dan de
drempel worden niet weergegeven. De
drempel dient zo laag mogelijk te worden
ingesteld, maar als de drempel te laag is,
wordt ongewenste ruis weergegeven. De
drempel wordt als een percentage van
de toename weergegeven. Bijvoorbeeld;
als de drempel 50% is, dan worden echos
zwakker dan 50% van het maximum
signaal genegeerd. Er is een aparte
drempelinstelling voor zowel de 50 kHz als de
200 kHz sonarfrequentie.
Het toenamevenster
Selecteer om de huidige instelling voor
toename weer te geven of te veranderen
een sonarvenster en druk op
ENTER
. Selecteer
Drempel om de drempels weer te geven.
Veranderen van de stand
Het instrument heeft drie bedieningsstanden.
In de kruis- en visstanden past het instrument
automatisch de toename en drempel
aan voor het beste functioneren. In de
handmatige stand kunnen de instellingen
handmatig worden aangepast.
Om de stand van het toenamevenster te
veranderen, selecteer Stand en vervolgens
Vissen, Kruizen of Handmatig.
Wanneer Handmatig wordt geselecteerd
keert het instrument terug naar de laatste
handmatige instellingen.
Veranderen van toename en drempel
1 Druk in het Toenamevenster op of
om
de aan te passen instelling te selecteren.
2 Druk op
of om de instelling aan te
passen. Het instrument verandert naar de
handmatige stand.
Tip: Gebruik het A-scope-venster voor
hulp bij het handmatig instellen van
toename en drempel (zie paragraaf 10-5).