Operation Manual

33VHF 72U0 US en 7200 EU Gebruikshandleiding
NAVMAN
Hoofdstuk 5 – Zenden en ontvangen van DSC-oproepen
5.1 WAT IS DSC?
DSC (Digital Selective Calling) is een semi-geautomatiseerde methode voor het doen van
VHF, MF, en HF radio-oproepen. Het is als internationale standaard ontworpen door de IMO
(International Maritime Organization) en maakt deel uit van de GMDSS (Global Maritime Distress
and Safety System).
Tegenwoordig bent u verplicht om Alarmkanaal 16 te monitoren, maar DSC zal uiteindelijk
luisterwachten op alarmfrequenties vervangen en zal gebruikt worden om zowel routine- als
urgente maritieme informatie uit te zenden.
DSC stelt u in staat om oproepen te zenden en te ontvangen van en naar alle schepen of
kuststations die uitgerust zijn met DSC functionaliteit en die binnen het geogra sch bereik liggen.
Oproepen kunnen in de categorieën alarm, urgentie, veiligheid of routine geplaatst worden en
DSC selecteert automatisch het werkkanaal.
5.2 DSC-oproepen verzenden
1. Toets CALL/MENU om de soorten DSC-oproepen weer te geven,
die gedaan kunnen worden.
Let wel dat er slechts vier soorten oproepen tegelijk kunnen worden
weergegeven op het scherm.
2. Toets + of – om op en neer door de DSC-oproepsoorten te scrollen
tot de cursor op de gewenste optie staat. Toets dan ENT. De DSC
oproepsoorten zijn:
Een geldig Gebruiker MMSID moet ingevoerd zijn om toegang te
hebben tot de DSC functies.
>INDIVIDUAL
INDIV ACK
LAST
GROUP
INDIVIDUAL
LAST CALL
GROUP
ALL SHIPS
CALL LOG
DIST LOG
LL REQUEST
Verzend een routine-oproep of een ontvangstbericht aan een
nieuwe oproeper of een Buddy. Zie hoofdstukken 5.2.1, 5.2.2 en
5.2.3.
Doe een oproep naar één van uw drie groepen.
Zie hoofdstuk 5.2.5.
Toon de details van de meest recente inkomende oproep.
Zie hoofdstuk 5.2.4.
Doe een All Ships oproep.
Zie hoofdstuk 5.2.6.
Toon de details van de 20 meest recente inkomende oproepen.
Zie hoofdstuk 5.2.7.
Toon de details van de 10 meest recente noodoproepen.
Zie hoofdstuk 5.2.8.
Verzoek om de LL positie van een Buddy.
Zie hoofdstuk 5.2.9.