Operation Manual
19
Ontdooien
In dit hoofdstuk leest u
■ hoe u ontdooit met CircoTherm® hetelucht 3
■ hoe u de functie Ontdooistand A gebruikt
Ontdooien met CircoTherm® hetelucht
Gebruik voor het ontdooien en garen van diepvriesproducten
CircoTherm® hetelucht
3.
Aanwijzingen
■ Ontdooide diepvriesproducten (vooral vlees) hebben kortere
bereidingstijden nodig dan verse producten
■ De bereidingstijd van diepvriesvlees wordt verlengd met de
tijd die nodig is voor het ontdooien
■ Diepvriesgevogelte dient u voor de bereiding altijd te
ontdooien om de ingewanden te kunnen verwijderen
■ Maak diepvriesvis op dezelfde temperatuur klaar als verse vis
■ U kunt kant-en-klare diepvriesgroente in aluminiumschalen in
grotere hoeveelheden gelijktijdig in de binnenruimte plaatsen
■ Gebruik bij het ontdooien op één niveau inschuifhoogte 1 en
op twee niveaus inschuifhoogte 1 + 3
■ Houd u bij diepvrieslevensmiddelen aan de aanwijzingen van
de fabrikant
Ontdooistand
Met de functie Ontdooistand A kunt u bijzonder goed gevoelig
gebak (bijv. slagroomtaart) ontdooien.
1.De functie Ontdooistand A inschakelen.
2.Diepvriesproduct afhankelijk van de soort en grootte
25 45 minuten ontdooien.
3.Diepvriesproduct uit de binnenruimte nemen en
30 - 45 minuten laten rusten.
Bij kleine hoeveelheden (stukjes) wordt de ontdooitijd
15 20 minuten en de rusttijd 10 15 minuten korter.
Inmaken
ã=Risico van letsel!
Inmaakpotten van levensmiddelen die op een verkeerde manier
zijn ingemaakt kunnen barsten. Neem de volgende
aanwijzingen in acht:
■ Fruit en groente moeten vers zijn en in onberispelijke staat
verkeren.
■ Gebruik alleen schone en onbeschadigde inmaakpotten
■ De inmaakpotten mogen elkaar niet raken wanneer ze in de
binnenruimte staan
In de binnenruimte kunt u de inhoud van maximaal zes
inmaakpotten van ½, 1 of 1½ liter tegelijkertijd met
CircoTherm® hetelucht 3 inmaken.
Aanwijzingen
■ Gebruik tijdens één inmaakproces alleen inmaakpotten van
dezelfde grootte en met dezelfde levensmiddelen.
■ Let op de hygiëne bij het voorbereiden en afsluiten van de
inmaakpotten.
■ Gebruik alle hittebestendige rubberringen.
■ U kunt de volgende levensmiddelen met uw apparaat
inmaken: de inhoud van blik, vlees, vis of pasteien.
Fruit voorbereiden
1.Het fruit wassen en afhankelijk van de soort schillen, ontpitten
en kleinsnijden.
2.De inmaakpotten tot ca. 2 cm onder de rand vullen met het
fruit.
3.Inmaakpotten met een hete, afgeschuimde suikeroplossing
vullen (ca.
Y liter voor een literpot).
Op één liter water:
■ ca. 250 g suiker bij zoet fruit
■ ca. 500 g suiker bij zurig fruit
Groente voorbereiden
1.Groente wassen en afhankelijk van de soort schoonmaken
en kleinsnijden.
2.De inmaakpotten tot ca. 2 cm onder de rand vullen met de
groente.
3.De inmaakpotten direct vullen met heet water dat eerst
gekookt is.
Inmaakpotten afsluiten
1.De randen van de inmaakpotten met een schone, vochtige
doek afnemen.
2.Rubberring en deksel er nat op plaatsen en de potten met
een klem afsluiten.
Inmaken starten
1.Braadslede op inschuifhoogte 1 inschuiven.
2.Inmaakpotten in een driehoek opstellen, zonder dat ze elkaar
raken.
3.½ liter heet water (ca. 80 °C) in de braadslede gieten.
4.CircoTherm® hetelucht 3 met 160 °C instellen.
■ Inmaakpotten met ½ of 1 liter borrelen na ca. 50 minuten
■ Inmaakpotten met 1½ liter borrelen na ca. 60 minuten
Diepvriesgerecht Temperatu
ur in °C
Ontdooitijd
in minuten
Rauwe diepvriesproducten/
diepvrieslevensmiddelen
50 30 - 90
Brood/broodjes (750 - 1500 g) 50 30 - 60
Droog diepvriesplaatgebak 60 45 - 60
Vochtig diepvriesplaatgebak 50 50 - 70