Operation Manual
23
3. Inmaakpotten met een hete, afgeschuimde suikeroplossing
vullen (ca.
Y liter voor een literpot).
Op één liter water:
■ ca. 250 g suiker bij zoet fruit
■ ca. 500 g suiker bij zurig fruit
Groente voorbereiden
1. Groente wassen en afhankelijk van de soort schoonmaken
en kleinsnijden.
2. De inmaakpotten tot ca. 2 cm onder de rand vullen met de
groente.
3. De inmaakpotten direct vullen met heet water dat eerst
gekookt is.
Inmaakpotten afsluiten
1. De randen van de inmaakpotten met een schone, vochtige
doek afnemen.
2. Rubberring en deksel er nat op plaatsen en de potten met
een klem afsluiten.
Inmaken starten
1. Braadslede op inschuifhoogte 1 inschuiven.
2. Inmaakpotten in een driehoek opstellen, zonder dat ze elkaar
raken.
3. ½ liter heet water (ca. 80 °C) in de braadslede gieten.
4. CircoTherm® hetelucht 3 met 160 °C instellen.
■ Inmaakpotten met ½ of 1 liter borrelen na ca. 50 minuten
■ Inmaakpotten met 1½ liter borrelen na ca. 60 minuten
Inmaken beëindigen
Bij fruit, augurken en tomatenpuree:
1. Apparaat uitschakelen zodra alle inmaakpotten borrelen.
2. Inmaakpotten nog een paar minuten in de gesloten
binnenruimte laten staan.
■ Frambozen, aardbeien, kersen of augurken: ca.
5 - 10 minuten
■ Ander fruit: ca. 10 - 15 minuten
■ Tomatenpuree of appelmoes: ca. 15 - 20 minuten
Bij groente:
1. Temperatuur tot 100 °C verlagen, zodra alle inmaakpotten
borrelen. Inmaakpotten ca. 60 minuten in de gesloten
binnenruimte verder laten borrelen.
2. Apparaat uitschakelen.
3. Inmaakpotten nog ca. 15 - 30 minuten in de gesloten
binnenruimte laten staan.
Inmaakpotten verwijderen
1. Inmaakpotten op een schone doek plaatsen, afdekken en
beschermen tegen tocht.
2. Klemmen pas verwijderen wanneer de potten koud zijn.
Reiniging en onderhoud
In dit hoofdstuk vindt u informatie over
■ reiniging en onderhoud van uw apparaat
■ schoonmaakmiddelen en -hulpen
■ zelfreinigende oppervlakken in de binnenruimte
■ reinigingshulp EasyClean®
: Risico van kortsluiting!
Gebruik geen hogedrukreiniger of stoomstraalapparaat om uw
apparaat schoon te maken.
Attentie!
Schade aan het oppervlak door verkeerde reiniging: Gebruik
geen
■ scherpe of schurende schoonmaakmiddelen
■ alcoholhoudende schoonmaakmiddelen
■ schurende reinigingshulpen zoals staalwol of schuursponzen.
Houd u aan de opgaven in de tabellen.
Aanwijzing: Via de klantenservice kunt u bijzonder
aanbevelenswaardige schoonmaak- en onderhoudsmiddelen
betrekken. Neem de betreffende aanwijzingen van de fabrikant
in acht.
Het apparaat van buiten reinigen
Apparaatonderdeel/oppervlak Reinigingsmiddel/hulp
Roestvrijstalen oppervlakken In de handel gebruikelijk schoonmaakmiddel met een zachte, vochtige doek of zeem
opbrengen; met een zachte doek nadrogen.
Gebruik bij sterke vervuiling een reinigingsmiddel voor gematteerd roestvrij staal.
Gelakte oppervlakken In de handel gebruikelijk schoonmaakmiddel met een zachte, vochtige doek of zeem
opbrengen; met een zachte doek nadrogen.
Bedieningspaneel In de handel gebruikelijk schoonmaakmiddel met een zachte, vochtige doek of zeem
opbrengen; met een zachte doek nadrogen.
Geen glasreiniger of schraper gebruiken.