Operation Manual
26
Ontdooistand
Met de functie Ontdooistand kunt u bijzonder goed gevoelig
gebak (bijv. slagroomtaart) ontdooien.
1.De functie Ontdooistand inschakelen.
2.Diepvriesproduct afhankelijk van de soort en grootte
25 45 minuten ontdooien.
3.Diepvriesproduct uit de binnenruimte nemen en
30 - 45 minuten laten rusten.
Bij kleine hoeveelheden (stukjes) wordt de ontdooitijd
15 20 minuten en de rusttijd 10 15 minuten korter.
Voorverwarmen
Met deze functie kunt u borden en opdienservies
voorverwarmen. Gerechten worden in voorverwarmd servies
langer warmgehouden.
: Verbrandingsgevaar door opgewarmd servies.!
Wanneer u het servies uit de oven haalt pannenlappen of
ovenhandschoenen gebruiken.
1.De functie Voorverwarmen instellen.
2.Het servies in het midden van het rooster plaatsen en in de
binnenruimte schuiven.
Warmhouden
Met deze functie kunt u al bereide gerechten warmhouden.
: Levensmiddelenvergiftiging door bedorven voedsel.!
Houd de gerechten nooit langer dan twee uur warm.
1.De functie Warmhouden inschakelen.
2.Om de gerechten warm te houden een temperatuur tussen
de 60 - 120°C instellen.
3.Gerecht in de binnenruimte plaatsen.
Sabbatprogramma
Met deze functie kunt u gerechten gedurende lange tijd
(1 - 3 dagen bij 85 - 140°C) warmhouden of opwarmen. De
oven is gedurende deze tijd in continubedrijf.
Sabbatprogramma inschakelen
1.NeffNavigator scrollen tot de functie Sabbatprogramma
geselecteerd is.
Op het tekstdisplay verschijnt een voorgestelde temperatuur.
2.NeffNavigator naar beneden tippen en scrollen om de
voorgestelde temperatuur te veranderen.
3.NeffNavigator naar beneden tippen.
Op het tekstdisplay verschijnt “1:03 d“.
4.NeffNavigator naar beneden tippen en scrollen om de
gewenste gebruiksduur in te stellen.
5.De toets m aanraken.
Is de temperatuur bereikt, dan verschijnt op het tekstdisplay
“in gebruik". Het sabbatprogramma is gedurende de
ingestelde tijd actief. De verlichting van de binnenruimte en
de verwarmingsbalken worden uitgeschakeld.
Sabbatprogramma uitschakelen
Na afloop van de ingestelde gebruiksduur knippert het
symbool
y en klinkt er een signaal.
1.De toets 7 aanraken.
2.De toets ~ 2 seconden lang aanraken.
Het apparaat is uitgeschakeld.
Inmaken
: Risico van letsel!
Inmaakpotten van levensmiddelen die op een verkeerde manier
zijn ingemaakt kunnen barsten. Neem de volgende
aanwijzingen in acht:
■ Fruit en groente moeten vers zijn en in onberispelijke staat
verkeren.
■ Gebruik alleen schone en onbeschadigde inmaakpotten
■ De inmaakpotten mogen elkaar niet raken wanneer ze in de
binnenruimte staan
In de binnenruimte kunt u de inhoud van maximaal zes
inmaakpotten van ½, 1 of 1½ liter tegelijkertijd met
CircoTherm® hetelucht
3 inmaken.
Aanwijzingen
■ Gebruik tijdens één inmaakproces alleen inmaakpotten van
dezelfde grootte en met dezelfde levensmiddelen.
■ Let op de hygiëne bij het voorbereiden en afsluiten van de
inmaakpotten.
■ Gebruik alle hittebestendige rubberringen.
■ U kunt de volgende levensmiddelen met uw apparaat
inmaken: de inhoud van blik, vlees, vis of pasteien.
Fruit voorbereiden
1.Het fruit wassen en afhankelijk van de soort schillen, ontpitten
en kleinsnijden.
2.De inmaakpotten tot ca. 2 cm onder de rand vullen met het
fruit.
3.Inmaakpotten met een hete, afgeschuimde suikeroplossing
vullen (ca.
Y liter voor een literpot).
Op één liter water:
■ ca. 250 g suiker bij zoet fruit
■ ca. 500 g suiker bij zurig fruit
Groente voorbereiden
1.Groente wassen en afhankelijk van de soort schoonmaken
en kleinsnijden.
2.De inmaakpotten tot ca. 2 cm onder de rand vullen met de
groente.
3.De inmaakpotten direct vullen met heet water dat eerst
gekookt is.
Inmaakpotten afsluiten
1.De randen van de inmaakpotten met een schone, vochtige
doek afnemen.
2.Rubberring en deksel er nat op plaatsen en de potten met
een klem afsluiten.
Inmaken starten
1.Braadslede op inschuifhoogte 1 inschuiven.
2.Inmaakpotten in een driehoek opstellen, zonder dat ze elkaar
raken.
Gebruiksduur Tekstdisplay
Vooraf ingesteld (1 dag en 3 uur) 1:03 d
Minimaal (1 dag) 1:00 d
Maximaal (3 dagen en 1 uur) 3:01 d