Installation Guide
Table Of Contents
- Inbouwoven
- nl
- Inhoudsopgave
- 1 Veiligheid
- 2 Materiële schade vermijden
- 3 Milieubescherming en besparing
- 4 Uw apparaat leren kennen
- 5 Accessoires
- 6 Voor het eerste gebruik
- 7 De Bediening in essentie
- 8 Tijdfuncties
- 9 Magnetron
- 10 Magnetronprogramma's
- 11 Kinderslot
- 12 Snel voorverwarmen
- 13 Basisinstellingen
- 14 Reiniging en onderhoud
- 15 Rekjes
- 16 Apparaatdeur
- 17 Storingen verhelpen
- 18 Afvoeren
- 19 Servicedienst
- 20 Zo lukt het
- 20.1 Algemene aanwijzingen voor de bereiding
- 20.2 Aanwijzingen voor het bakken
- 20.3 Aanwijzingen voor de bereiding bij braden, stoven en grillen
- 20.4 Bereiding met magnetron
- 20.5 Bereiding van diepvriesproducten
- 20.6 Bereiding van kant-en-klare voedingsproducten
- 20.7 Selectie van gerechten
- 20.8 Bijzondere bereidingswijzen en andere toepassingen
- 20.9 Testgerechten
- 21 Montagehandleiding
nl Accessoires
10
Magnetronvermogen
in watt
Maximale duur in uur Gebruik
90W 1:30 Gevoelige gerechten ontdooien.
180W 1:30 Gerechten ontdooien en verder bereiden.
360W 1:30 Vlees en vis bereiden. Gevoelige gerechten opwarmen.
600W 1:30 Gerechten verwarmen en bereiden.
max 0:30 Verwarmen van vloeistoffen.
Opmerking:Het magnetronvermogen max. is niet be-
stemd voor het verwarmen van gerechten. Ter bescher-
ming van het apparaat wordt het maximale vermogen
van de magnetron gedurende de eerste minuten traps-
gewijs tot 600W gereduceerd. Nadat het apparaat eni-
ge tijd is afgekoeld is het volle vermogen weer be-
schikbaar.
4.7 Binnenruimte
Functies voor de binnenruimte vergemakkelijken het
gebruik van uw apparaat.
Rekjes
U kunt accessoires op verschillende hoogtes in de rek-
jes in de binnenruimte plaatsen.
→"Accessoires", Pagina10
Uw apparaat heeft 3 inschuifhoogtes. De inschuifhoog-
tes worden van beneden naar boven geteld.
De accessoires kunt u, bijvoorbeeld om te reinigen,
verwijderen.
→"Rekjes", Pagina20
Verlichting
Een of meerdere ovenlampen verlichten de binnenruim-
te.
Wanneer u de deur van het apparaat opent, gaat de
verlichting in de binnenruimte aan. Blijft de deur langer
dan 15 minuten open, dan gaat de verlichting weer uit.
Bij de meeste functies schakelt de verlichting in zodra
het gebruik wordt gestart. Als het gebruik wordt beëin-
digd, schakelt de verlichting uit.
Koelventilator
De koelventilator schakelt afhankelijk van de tempera-
tuur van het apparaat in en uit. De warme lucht ont-
snapt via de deur.
LET OP!
De ventilatiesleuven boven de deur van het apparaat
niet afdekken. Het apparaat raakt oververhit.
▶
Ventilatiesleuven vrijhouden.
De koelventilator loopt een bepaalde tijd na, zodat het
apparaat na gebruik sneller afkoelt.
Apparaatdeur
Wanneer u de apparaatdeur opent tijdens het gebruik,
wordt de werking stopgezet. Sluit u de apparaatdeur,
dan wordt de werking niet automatisch voortgezet.
Wanneer u bij het gebruik van de magnetronfunctie de
apparaatdeur sluit, dient u de werking met voort te
zetten.
5 Accessoires
Gebruik alleen originele accessoires. Deze zijn op het
apparaat afgestemd.
Opmerking:Wanneer de accessoires heet worden,
kunnen deze vervormen. De vervorming heeft geen in-
vloed op de werking. De vervorming verdwijnt weer na-
dat de accessoires zijn afgekoeld.
De meegeleverde accessoires kunnen variëren, afhan-
kelijk van het type apparaat.
Accessoires Gebruik
Rooster ¡ Bakvormen
¡ Ovenschalen
¡ Vormen
¡ Vlees, bijv. braad- of grillstukken
¡ Diepvriesgerechten
Braadslede ¡ Vochtig gebak
¡ Gebak
¡ Brood
¡ Grote braadstukken
¡ Diepvriesgerechten
¡ Afdruipende vloeistof opvangen, bijv vet
bij het grillen op het rooster.