Operation Manual

10
Zo stelt u in
Staan er in het recept verschillende verwarmingsmethoden,
neem dan de instelling voor boven- en onderwarmte. De in het
recept opgegeven bereidingstijd mag niet korter zijn dan
30 minuten.
Schuif het gerecht in de onverwarmde binnenruimte. Plaats de
vorm midden op het rooster op hoogte 1.
1.Met de functiekeuzeknop de verwarmingsmethode
CombiSpeed normaal of CombiSpeed intensief instellen.
Er wordt een vooraf ingestelde gebruiksduur van
x20.00 minuten voorgesteld.
2.Met de temperatuurkeuzeknop de temperatuur instellen.
3.De klokfunctietoets à zo vaak indrukken tot de symbolen
KJ en x verlicht zijn.
4.Met de draaiknop de tijdsduur veranderen.
5.De toets ƒ indrukken.
De werking start.
De tijdsduur is afgelopen
Er klinkt een signaal. De werking is beëindigd. U kunt het
geluidssignaal voortijdig met de toets
à uitschakelen. Op het
klokdisplay staat
y 0:00.
Verwarmingscontrole
De vijf balken van de verwarmingscontrole geven de
opwarmfase of de restwarmte in de binnenruimte aan.
Actuele temperatuur
Druk op de toets
±. De actuele temperatuur wordt 3 seconden
weergegeven.
Opwarmfasen
Na de start verschijnen er vijf balken in de statusregel. De
ingestelde temperatuur is bereikt wanneer de laatste balk
gevuld is.
Wanneer u een grillstand of de magnetron heeft ingesteld
verschijnen de balken niet.
Tijdens het opwarmen kunt u met de toets
± de actuele
opwarmtemperatuur opvragen. Door de thermische traagheid
kan de weergegeven temperatuur een beetje anders zijn dan
de werkelijke temperatuur in de binnenruimte.
Restwarmte-indicatie
Op het temperatuurdisplay ziet u of de restwarmte in de
binnenruimte hoog of laag is.
Snelvoorverwarming instellen
Het snel voorverwarmen is niet geschikt voor alle functies.
Geschikte functies
3 Hete lucht
2 Hete lucht plus
% Boven- en onderwarmte
Geschikte temperaturen
De functie Snelvoorverwarming werkt niet wanneer de
ingestelde temperatuur beneden de 100 °C ligt. Als de
temperatuur in de binnenruimte slechts enigszins lager is dan
de ingestelde temperatuur, is het snel voorverwarmen niet
nodig. Deze functie wordt niet ingeschakeld.
Snelvoorverwarming instellen
Voorwaarde: er moet een passende functie en temperatuur
ingesteld zijn.
1.Functie en temperatuur instellen.
2.De klokfunctietoets zo vaak indrukken tot de symbolen
KJuen f verlicht zijn en Œ op het klokdisplay
verschijnt.
3.De draaiknop naar rechts draaien.
Op het klokdisplay wordt
Ž weergegeven en is het
symbool
f verlicht. De functie Snel voorverwarmen is
ingeschakeld.
4.De toets ƒ indrukken.
Het apparaat warmt op.
Om een gelijkmatig resultaat te krijgen, doet u het gerecht pas
in de oven wanneer het snel voorverwarmen beëindigd is.
Het snel voorverwarmen is beëindigd
Na het bereiken van de ingestelde temperatuur schakelt de
functie Snel voorverwarmen uit. Het symbool
f verdwijnt. Plaats
uw gerecht in de oven.
Snelvoorverwarming afbreken
De klokfunctietoets zo vaak indrukken tot
Ž op het klokdisplay
verschijnt. Met de draaiknop naar links draaien tot
Œ op het
klokdisplay verschijnt. Het symbool
f verdwijnt van het
klokdisplay.
Aanwijzingen
Wanneer u een functie wijzigt, wordt het snel voorverwarmen
afgebroken.
Tijdens het snel voorverwarmen kunt u met de toets ± de
actuele temperatuur van de binnenruimte opvragen.
Een ingestelde gebruiksduur loopt onafhankelijk van het snel
voorverwarmen direct na de start af.
Wanneer u de ovendeur tussentijds opent, wordt het snel
voorverwarmen afgebroken.
De magnetron
De microgolven worden in de levensmiddelen omgezet in
warmte. U kunt de magnetron solo, d.w.z. alleen, of in
combinatie met een andere verwarmingsmethode gebruiken.
Temperatuurdisplay Tekstdisplay
Restwarmte hoog
œ
Restwarmte laag