Manual
nl
75
Bedieningselementen
Afb. 2
Inschakelen van
het apparaat
Afb. 2
1. Het apparaat met de toets Aan/Uit
inschakelen, afb. 5.
Er klinkt een waarschuwingssignaal,
de temperatuurindicatie 4 en
de alarmtoets 1 knipperen.
2. Alarmtoets 1 indrukken.
Het waarschuwingssignaal wordt
uitgeschakeld, het apparaat begint
met koelen. De alarmtoets brandt en
de temperatuurindicatie knippert tot
in het apparaat de ingestelde
temperatuur is bereikt.
Wij adviseren een instelling van -18 °C
voor de diepvriesruimte.
Aanwijzingen bij het gebruik
■ Na het inschakelen kan het een aantal
uren duren voordat de ingestelde
temperatuur is bereikt. Vóór die tijd
geen levensmiddelen in het apparaat
leggen.
■ Door het volledig automatische
No Frost systeem blijft de vriesruimte
ijsvrij. Ontdooien is niet nodig.
■ De voorzijde van het apparaat achter
de deur wordt gedeeltelijk licht
verwarmd waardoor de vorming van
condenswater in de buurt van de
deurafdichting wordt voorkomen.
■ Wanneer de deur van
de diepvriesruimte na het sluiten niet
direct weer geopend kan worden,
dient u even te wachten tot de
onderdruk is verdwenen.
1 Alarmtoets
Om het alarmsignaal uit te
schakelen (zie hoofdstuk „Alarm
function”).
2 Toets „super”
Om het supervriessysteem in en
uit te schakelen.
Brandt alleen als het
supervriessysteem
is ingeschakeld.
3 Temperatuurinsteltoets
Met deze toets wordt de
gewenste temperatuur ingesteld.
4 Temperatuurindicatie
Geeft de ingestelde temperatuur
van de diepvriesruimte aan.
5 Toets Aan/Uit
Om het apparaat in en uit
te schakelen.