Instruction Manual

nl Het apparaat leren kennen
10
Het bedieningspaneel
Bedieningsvlakken
Raakt u een symbool aan, dan wordt de betreffende
functie geactiveerd.
Aanwijzingen
Zorg ervoor dat het bedieningspaneel altijd schoon
en droog is. Vocht heeft een nadelige invloed op de
werking.
Zorg ervoor dat er geen pannen in de buurt van
indicaties en sensoren komen. De elektronica kan
dan oververhit raken.
De kookzones
Keuzesensoren
#
Hoofdschakelaar
$
Kookzone kiezen
A/@
Instelvelden
Kinderslot
z
Bedieningspaneel blokkeren voor reinigingsdoel-
einden
þ
Functie CombiZone
A
Handmatige ventilatieregeling
Û
Braadsensor
˜
Powerboost-functie
Intensief ventilatiestanden
Warmhoud-functie
0
Tijdfuncties
Indicaties
Gebruikstoestand
-Š
Vermogensstanden
‹‹
Tijdfuncties
/œ
Restwarmte
Kinderslot
˜
Powerboost-functie
Intensief ventilatiestand I
˜.
Intensief ventilatiestand II
Warmhoud-functie
ó / ò
Functie CombiZone
Û
Braadsensor
x
Automatische kooktijd
S
Timer
min. Tijdsweergave
˜,,š,
Temperatuurstanden
Kookzones
"
Kookzone met één ring Gebruik pannen met de juiste afmetingen
¯
Gecombineerde kookzone Zie het hoofdstuk ~ "CombiZone"
Alleen pannen gebruiken die geschikt zijn voor inductiekoken, zie paragraaf ~ "Koken met inductie"