Voor de gebruiker Gebruikersinstructie Nefit Economy VRC 24 Nefit Economy VRC 24S Nefit Economy VRC 24/CW4
Geachte klant, De Nefit Economy VR(C) 20(S)-24(S)-24/CW4 zijn geconstrueerd en vervaardigd conform de nieuwste technologische ontwikkelingen en veiligheidstechnische regels. Daarbij werd bijzondere belangstelling gehecht aan de gebruiksvriendelijkheid. Voor een veilige, rendabele en milieuvriendelijk toepassing van deze installatie adviseren wij de veiligheidsaanwijzingen en de gebruikersinstructie in acht te nemen.
bereiding van warm water voldoet aan bepaalde toepassingsklassen voor Comfort Warm water. Voor het maximale warmwatercomfort volgens CW-norm is de voorkeursinstelling van de warmtapwater draaiknop stand “10”. CW-label 3 betekent dat het toestel geschikt is voor: - een CW-tapdebiet van tenminste 6 l/min van 60 °C; - een douchefunctie vanaf 3,6 tot tenminste 6 l/min van 60 °C (dit komt overeen met 6 tot 10 l/min bij 40 °C); - het vullen van een bad met 100 liter water van 40 °C gemiddeld, binnen 12 minuten.
Veiligheidsvoorschriften 1 Veiligheidsvoorschriften Bij gasgeur: 1. Geen open vuur! Niet roken! 2. Vonkvorming vermijden! Geen elektrische schakelaar gebruiken, ook geen telefoon, stekker of bel! 3. Hoofdgasafsluitinrichting sluiten! 4. Ramen en deuren openen! 5. Bewoners waarschuwen en gebouw verlaten! 6. Gasdistributiemaatschappij of installateur van buiten het gebouw opbellen! In andere gevallen bij gevaar onmiddellijk de hoofdgasafsluitinrichting sluiten en de installatie spanningsvrij maken, bijv.
Algemene aanwijzingen 2 Algemene aanwijzingen 2.1 Installatie-/ketelruimte De toevoer- en afvoerluchtopeningen mogen niet worden verkleind of dichtgemaakt. Ontbrandbare materialen of vloeistoffen mogen niet in de nabijheid van het CV-toestel worden opgeslagen of gebruikt. Ter voorkoming van beschadiging van de ketel moet verontreiniging van de verbrandingslucht door halogeen-koolwaterstoffen (zoals bijv.
Algemene aanwijzingen 2.2 Werkzaamheden aan de CV-installatie De montage, brandstof- en uitlaatgasaansluiting, de initiële inbedrijfsstelling, de stroomaansluiting en het correctieve onderhoud mogen uitsluitend door een daartoe bevoegd bedrijf worden uitgevoerd. Werkzaamheden aan gasgeleidende onderdelen dienen uitsluitend door erkende gasfitters te worden verricht.
Inbedrijfstelling 3 Inbedrijfstelling A.u.b. ook de gebruikersinstructie van het regeltoestel in acht nemen! z z z z z z Afdekking van het bedieningspaneel openen. Waterdruk controleren (afb. 1, pos. 1). Bij een druk van beneden de 1,0 bar water bijvullen en installatie ontluchten. Max. waterdruk 1,5 bar. Optimale vuldruk 1,0 - 1,2 bar. Bij vaak voorkomend waterverlies dient een installateur de oorzaak vast te stellen en op te heffen. Aanvoertemperatuur met de regelaar (afb. 1, pos.
Inbedrijfstelling z z z z Gasafsluitkraan openen: Indrukken en naar links in verticale positie draaien (afb. 1, pos. 3). Netstekker in een geaarde contactdoos steken. Toestel begint met het startprogramma, na ca. 30 s gaat de brander ontsteken. Afdekking van het bedieningspaneel sluiten. Ruimtetemperatuur met de thermostaat op de gewenste waarde instellen. 1 2 5 4 Afb.
Inbedrijfstelling Regelaarstand Warmhoudtemperatuur in °C Uitlooptemperatuur in °C 1 - 60 3 40 40 4 43 43 5 47 47 6 50 50 7 53 53 8 56 56 9 60 60 10 63 63 Tabel 1 Tapwatertemperatuur bij combi-toestellen 9
Inbedrijfstelling Regeltoestel Toepassingsgebied Thermostaat ModuLine Radiatorverwarming Vloerverwarming Aan/uitthermostaat, 24 V Tabel 2 Radiatorverwarming Regelaarstand / aanvoertemperatuur 1 (40 °C) 7 (75 °C, fabrieksinstelling*) 5 (62 °C, nieuwbouw) t/m 10 (90 °C, oude gebouwen) Aanvoertemperatuur * Fabrieksinstelling: De daadwerkelijke aanvoertemperatuur wordt via de ModuLine-regeling aangegeven.
Inbedrijfstelling Regeltoestel Regelaarpositie Watertemperatuur externe boiler gering comfort, gering warmteverlies 1 27 °C matig comfort, matig warmteverlies 5 40 °C optimaal comfort, normaal warmteverlies 10 60 °C Tabel 3 Tapwatertemperatuur 11
Gebruiksaanwijzing 4 Gebruiksaanwijzing 4.1 Brandstoffen Aardgas, vloeibaar gas. 4.2 Vorstgevaar voor de CV-installatie Bij vorstgevaar voor de CV-installatie: z Afdekking van het bedieningspaneel openen. z Afdekkap van het 2e bedieningsniveau (afb. 2, pos. 1) openen. z Schakelaar ( in stand "2" (pompuitlooptijd 24h) zetten (afb. 2, pos. 4). z Afdekking van het 2e bedieningsniveau en het bedieningspaneel sluiten. 4.
Gebruiksaanwijzing Alle meldingen die niet in tabel 4 worden aangegeven, dient u te noteren. Dit zijn storingen die dienen te worden opgeheven door een installateur. 2 3 4 1 Afb.
Gebruiksaanwijzing Indicatie 0 Indicatie na indrukken servicetoets Betekenis Oplossing A, H, L, P, U, Y Toetsel is gebruiksklaar 6* A Brander is niet ontvlamd -. H Normale verwarming =. H Normale tapwatervoorziening Tabel 4 Bedrijfs- en storingsmeldingen * Knippert na drie startpogingen 14 Resettoets (afb. 2, pos. 2) indrukken. Indien na een meervoudig ontgrendelen de brander niet start, installateur raadplegen.
Buitenwerkingstelling 5 z z z z z Buitenwerkingstelling Open de afdekking van het bedieningspaneel. Netstekker uit het stopcontact trekken. Sluit de gaskraan: naar rechts draaien (afb. 3, pos. 1). Sluit de afdekking van het bedieningspaneel. Sluit bij langdurige afwezigheid tevens de watertoevoerleiding. 5.1 Vorstgevaar voor de CV-installatie z z Installatie op het elektriciteitsnet aangesloten laten en de gasafsluitkraan openlaten.
Buitenwerkingstelling 11 KW 01 12 10 1 10 1 10 1 Afb. 3 16 Gasafsluitkraan 705.