Operating Instructions and Installation Instructions

5
Installatie
Installatie
Let op!
Zet, voordat u de sierkap van de
kamerthermostaat losneemt, de
temperatuurinstelknop op 20° C.
De sierkappen zijn met de grond-
plaat verbonden door middel van
een zogenaamde ”klikverbinding”.
Zet, nadat u de grondplaat tegen
een wand hebt gemonteerd en aan-
gesloten, de temperatuurinstelknop
op 20° C zodat de knop tijdens het
terugplaatsen van de sierkap in de
as van de instelpotmeter zakt.
Plaatsbepaling
en montage
Kies een plaats voor de kamerther-
mostaat waar voldoende luchtcircu-
latie is van een temperatuur die
gelijk is aan de gemiddelde kamer-
temperatuur.
Vermijd plaatsing op buitenmuren,
dicht bij radiatoren, ramen, televisie,
direct zonlicht en andere warmte-
of koudebronnen.
Vermijd tevens plaatsen met tocht*
en dode hoeken of nissen.
* Uit de doorvoerbuis, van de thermo-
staat-bedrading kan koude lucht uit-
treden; sluit deze buis voldoende af.
Opmerking:
Indien de externe beïnvloeding dus-
danig is dat de werkelijke tempera-
tuur meer dan 1° C afwijkt van de
ingestelde waarde op de kamer-
thermostaat, dan kan dit bijgesteld
worden met
C
/
D
e
.
+ meer warmtevraag
minder warmtevraag
(1 streepje is ca. 1° C)
De kamerthermostaten kunnen op
eenvoudige wijze met behulp van
de bijgeleverde schroeven en plug-
gen tegen een wand gemonteerd
worden
E
.