Installation Instructions

17
HMC300 • 6 720 816 443 (2015/06)
Servicemenu 5
Bijverwarming maximale temperatuur
Wanneer de warmtepomp niet met volledig vermogen (maximaal moge-
lijke temperatuur) werkt, hoeft de bijverwarming niet te worden ge-
bruikt. Hier kan worden ingesteld, vanaf welke temperatuur de
bijverwarming wordt uitgeschakeld.
5.2.2 Instellingen voor een elektrische bijverwarming
In dit menu kunnen instellingen voor een elektrische bijverwarming wor-
den uitgevoerd. Dit menu is alleen beschikbaar, wanneer in het menu
voor de algemene instellingen voor de bijverwarming als extra warmte-
bron een elektrische bijverwarming is ingesteld.
5.2.3 Instellingen voor een bijverwarming met menger
In dit menu kunnen instellingen voor een bijverwarming met menger
worden uitgevoerd. Dit menu is alleen beschikbaar, wanneer in het
menu voor de algemene instellingen voor de bijverwarming als extra
warmtebron een bijverwarming met menger is ingesteld.
Bijverwarming uitschakelen Ja Er wordt verregaand alleen met de warmtepomp verwarmd. De bijverwarming is alleen ingeschakeld,
wanneer extra warm-water, thermische desinfectie of alarmbedrijf actief is.
Nee Warmtepomp en bijverwarming staan ter beschikking voor de warmteproductie.
Max. temp. bijverwarming  Hoofdstuk “Bijverwarming maximale temperatuur”
1) Niet beschikbaar, wanneer bij landinformatie Duitsland is ingesteld.
2) Alleen beschikbaar, wanneer bij landinformatie Duitsland is ingesteld.
Menupunt Instelbereik Omschrijving
Tabel 20 Algemene instellingen voor een bijverwarming
Menupunt Instelbereik Omschrijving
Max. begrenzing Uit De bijverwarming wordt altijd ingeschakeld, wanneer het door de warmtepomp opgebrachte vermogen niet voldoende is.
3 ... 15 °C Wanneer de temperatuur van de warmtepomp met de hier ingestelde temperatuur onder de maximale temperatuur van de
warmtepomp ligt, is de bijverwarming uit.
Begrenzingsstart 3 ... 15 °C Wanneer de temperatuur van de warmtepomp met de hier ingestelde temperatuur onder de maximale temperatuur van de
warmtepomp ligt, werkt de bijverwarming met begrensd vermogen.
Tabel 21 Instellingen voor de pompen in de warmtepomp
Menupunt Instelbereik Omschrijving
Vermogen elektr. bijverwar-
ming
9 kW Het maximale vermogen van de elektrische bijverwarming is 9 kW.
Bedrijfsm.elektr. bijverw 3-traps Het vermogen van de elektrische bijverwarming kan door de regeling op 3 niveaus tussen 0 kW en het ver-
mogen van de elektrische bijverwarming worden ingesteld.
4-traps Het vermogen van de elektrische bijverwarming kan door de regeling op 4 niveaus tussen 0 kW en het ver-
mogen van de elektrische bijverwarming worden ingesteld.
Bedrijfsm.elektr. bijverw 1KW Het maximale vermogen van de elektrische bijverwarming wordt op 1,0 kW begrensd.
2KW Het maximale vermogen van de elektrische bijverwarming wordt op 2,0 kW begrensd.
3KW Het maximale vermogen van de elektrische bijverwarming wordt op 3,0 kW begrensd.
4Step Het vermogen van de elektrische bijverwarming wordt niet begrensd.
Verm. compr. begrenzen 0 ... 9 kW Het maximale vermogen van de bijverwarming wordt tijdens het compressorbedrijf op de hier ingestelde
waarde begrensd (1,5 | 2 | 3 | 4 | 4,5 | 6 | 9 kW).
Verm. bijverw.begrenzen 0 ... 9 kW Het maximale vermogen van de bijverwarming wordt over het algemeen op de hier ingestelde waarde be-
grensd, wanneer de compressor niet in bedrijf is (1,5 | 2 | 3 | 4 | 4,5 | 6 | 9 kW).
Verm. WW-bedr. begr. 0 ... 9 kW Het maximale vermogen van de bijverwarming voor de warmwatervoorziening wordt op de hier ingestelde
waarde begrensd (1,5 | 2 | 3 | 4 | 4,5 | 6 | 9 kW). Deze waarde wordt altijd door het maximale vermogen
van de bijverwarming begrensd (instelling onder Verm. bijverw.begrenzen en Verm. WW-bedr. begr.). Het
is daarbij niet van belang, of de compressor in bedrijf is of niet.
Grenswaarde buitentemp.
1)
1) Niet beschikbaar, wanneer bij landinformatie Duitsland is ingesteld.
-20 ... 20 °C Wanneer de buitentemperatuur de hier ingestelde waarde onderschrijdt, kan de elektrische bijverwar-
ming in bedrijf gaan.
Bivalentiepunt
2)
2) Alleen beschikbaar, wanneer bij landinformatie Duitsland is ingesteld.
Tabel 22 Algemene instellingen voor een elektrische bijverwarming
Menupunt Instelbereik Omschrijving
Aansl. bijverw. met meng. Aan/uit De bijverwarming met menger kan alleen in- of uitgeschakeld worden. De aanvoertemperatuur wordt door
de menger geregeld.
0-10V Het vermogen van de bijverwarming met menger wordt geregeld met een 0-10 V-signaal. Over het alge-
meen is geen menger geïnstalleerd.
Vertragingstijd menger 0 ... 120 min Startvertraging voor menger tot de bijverwarming is opgewarmd.
Mengerlooptijd 1 ... 300 ... 6000 s Tijd voor openen of sluiten van de menger.
Logica alarmingang Open contact Open of gesloten contact op de alarmingang schakelt het alarm in.
Gesloten contact Een gesloten contact op de alarmingang schakelt het alarm in.
Tabel 23 Algemene instellingen voor een bijverwarming