Voor de installateur Installatie-instructie Hoog Rendement Gaswandketel 7165 2200 (06/2009) NL Nefit SmartLine Basic HR 24 Nefit SmartLine Basic HRC 24/CW3 Nefit SmartLine Basic HRC 24/CW4
Overzicht Nefit SmartLine Basic HR(C) 16 1 17 18 2 3 19 4 20 21 22 23 24 5 25 26 27 6 7 28 29 30 8 9 (10) 11 12 13 31 32 14 33 34 35 36 15 fig. 1 Overzichtstekening Nefit SmartLine Basic HR(C) Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! 2 Nefit B.V. • http://www.nefit.
Legenda 1: branderkopset 2: ionisatie-elektrode 3: branderthermostaat 4: gloeiplug 5: automatische ontluchter 6: safety sensor 7: klembeugel voordeksel warmtewisselaar 8: LED op de UBA 3 9: UBA 3 (Universele Brander Automaat 3) 10: KIM (Ketel Identificatie Module; niet zichtbaar op afbeelding) 11: sifon 12: platenwisselaar 13: aansluitkast 14: aanvoersensor 15: doorstroombegrenzer 16: meetnippel van de rookgasafvoer 17: meetnippel van de luchttoevoer 18: aansluiting van de
Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 Voorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Normbladen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Opstellingsruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Luchttoevoer en rookgasafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Kwaliteit van het cv-water . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Leidingmaterialen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Voorwoord Geachte klant, Deze Installatie-instructie is van toepassing op de Hoog Rendement Gaswandketels: – – – Nefit SmartLine Basic HR 24; Nefit SmartLine Basic HRC 24/CW3; Nefit SmartLine Basic HRC 24/CW4. Het primaire doel van deze Installatie-instructie is het verschaffen van informatie aan de installateur over het installeren van de Nefit SmartLine Basic en de daarbij geldende voorschriften.
1 Voorschriften 1 Voorschriften 1.1 Normbladen 1.2 Opstellingsruimte U dient er als installateur en/of eigenaar voor te zorgen dat de gehele installatie voldoet aan de geldende (veiligheids-) voorschriften zoals die zijn opgenomen in: Ontvlambare materialen of vloeistoffen mogen niet in de buurt van het cv-toestel worden opgeslagen of gebruikt.
Voorschriften 1.5 1 Leidingmaterialen Indien in de cv-installatie gebruik wordt gemaakt van kunststofleidingen bijvoorbeeld bij vloerverwarming, dan moet de toegepaste kunststof buis zuurstofdiffusiedicht zijn volgens DIN 4726/4729. Indien de toegepaste kunststof buis niet voldoet aan deze normen, dan moet het ketelcircuit van de rest van de cv-installatie gescheiden worden door een (platen-) wisselaar. 1.
2 2 Veiligheid Veiligheid Neem deze aanwijzingen voor uw eigen veiligheid in acht. LEVENSGEVAAR! door de explosie van brandbare gassen. 2.1 Opbouw van de aanwijzingen Werkzaamheden aan gasvoerende delen mogen uitsluitend door gastechnisch erkende installateurs worden uitgevoerd.
Richtlijnen 3 Richtlijnen 3.1 CE-norm 3 Het cv-toestel voldoet aan de Europese norm (CE). Een verklaring van overeenstemming volgens de EG-richtlijn is achterin dit document opgenomen. 3.2 Gaskeurlabels (Æ fig. 2, 3, 4 en tabel 1) De Hoog Rendement Gaswandketels Nefit SmartLine Basic HR(C) dragen een Gaskeurlabel.
Richtlijnen Nefit SmartLine Basic 5: - een CW-tapdebiet van tenminste 7,5 l/min. van 60 °C, - een douchefunctie vanaf 3,6 tot tenminste 7,5 l/min. van 60 °C (dit komt overeen met tot 12,5 l/min. bij 40 °C), - het vullen van een bad met 150 liter water van 40 °C gemiddeld, binnen 10 minuten; 6: - een CW-tapdebiet van tenminste 7,5 l/min. van 60 °C, gelijktijdig met een douchefunctie vanaf 3,6 l/min. tot tenminste 7,5 l/min. van 60 °C (dit komt overeen met 6 tot 12,5 l/min.
Algemeen 4 4 Algemeen Vorstbeveiliging Op Nefit SmartLine Basic HR(C)-toestellen hoeft geen vorstbeveiliging voor het cv-toestel aangebracht te worden. Deze beveiliging is geïntegreerd met de aanvoersensor. De vorstbeveiliging schakelt het cv-toestel in bij een toestelwatertemperatuur van 7 °C en schakelt het cv-toestel uit bij een toestelwatertemperatuur van 17 °C. De cv-installatie wordt niet beveiligd tegen vorst.
5 5 Leveringsomvang Leveringsomvang Zie voor de leveringsomvang van de Nefit SmartLine Basic HR(C)-toestellen fig. 5. 2 5 3 1 4 fig.
Afmetingen Afmetingen 480 >100 Concentrische aansluiting Luchttoevoer/rookgasafvoer (optie) 370 360 240 186 >100 7 6 (Ø80mm) >200 voor brander Parallelle aansluiting Luchttoevoer/rookgasafvoer (standaard) >100 240 186 >100 6/7 (Ø80/125mm) 6/7 ¯ (Ø80/125mm) 850 6/7 (Ø80mm) 850 370 480 >200 voor brander 6 6 1 3 5 4 2 1 8 110 175 240 305 370 8 60 1 - 2 - 5 50 3 - 4 35 440 3 5 4 2 8 110 175 240 305 370 8 60 1 - 2 - 5 50 3 - 4 35 440 Ophangbeugel 376 328 fig. 6 1.
7 Installatie 7 Installatie 7.1 Uitpakken z Haal het cv-toestel uit de verpakking. Verwijder de piepschuimbodem echter pas bij het ophangen, ter bescherming van de aansluitstompen. AANWIJZING Bescherm tijdens installatiewerkzaamheden het cv-toestel en de aansluitingen tegen vervuiling door bouwstof, bijvoorbeeld door het cv-toestel met folie en plakband af te dekken. Bied het verpakkingsmateriaal aan een recyclebedrijf aan. 7.
Installatie 7.3 Aansluiten 7.3.1 Aansluiten waterzijdig Aansluiten cv-leidingen De aansluitingen voor retour- en aanvoerleiding van de cvinstallatie bevinden zich aan de onderzijde van het cv-toestel (Æ pag. 13). De aansluitmaten staan vermeld in hoofdstuk 6. 7 Nefit SmartLine Basic HRC met ModuLine ruimteregeling zonder thermostaatkranen Nefit SmartLine Basic HRC Het is aan te bevelen om onder het cv-toestel in de aanvoeren retourleiding serviceafsluiters te monteren.
7 Installatie Het expansievat moet in de retourleiding worden aangesloten. Indien onder het cv-toestel afsluiters worden toegepast is het noodzakelijk om het expansievat tussen de afsluiter en het cv-toestel aan te sluiten. Hierdoor is expansie van het cv-water ook bij gesloten afsluiters mogelijk. Aansluiten overstort Om te voorkomen dat de druk in de cv-installatie te hoog oploopt, is een drukbeveiliging (overstort) in de installatie noodzakelijk.
Installatie 7 Aansluiten condensafvoer De aansluiting voor de condensafvoer bevindt zich aan de onderzijde van het cv-toestel. De condensafvoer moet uitgevoerd worden in een kunststof pijp van Ø32 mm of groter, en moet onder afschot op het rioolsysteem aangesloten worden. De maximale horizontale lengte is 5 meter. Sluit de flexibele slang aan op het cv-toestel (Æ fig. 13, [1]) en zet deze vast met de bijgeleverde slangklem (Æ fig. 13, [2]). Leid deze slang naar de afvoer van het riool.
7 Installatie 7.3.2 Aansluiten gaszijdig Aansluiten gasleiding Indien géén andere gasverbruikstoestellen op de gasleiding worden aangesloten die vanaf de gasmeter naar het cv-toestel loopt, is de maximaal overbrugbare lengte van de gasleiding weergegeven in tabel 2. Hierbij is uitgegaan van een maximaal drukverlies van 1,7 mbar welke voor nieuwbouwinstallaties geldt. Eventuele appendages die toegepast worden dienen uitgevoerd te worden in de bepaalde leidingdiameter.
Installatie Nefit SmartLine Basic Ø [mm] HR 24 [Pa] HRC 24/CW3 [Pa] 7 HRC 24/CW4 [Pa] Rookgasafvoer parallel 45° bocht 90° bocht 1 m. buis Verloopstuk 60 3,9 80 1,6 100 0,5 60 6,4 80 5,2 100 1,7 60 3,3 verticaal 3,8 horizontaal 80 1,0 100 0,4 80 60 0,7 60 80 nihil Luchttoevoer / rookgasafvoer concentrische 45° bocht 90° bocht 1 m.
7 7.3.4 Installatie Centraal luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem De Nefit SmartLine Basic HR is geschikt voor de meeste Centraal luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem (CLVsystemen) en varianten hierop. Onderdruk Onderdruk CLV-systemen moet voldoen aan de Gastecnormen QA138 en QA163. Overdruk Het Nefit overdruk CLV-systeem is een toestelgebonden afvoersysteem, dat eveneens moet voldoen aan de Gastecnormen QA138 en QA163.
Installatie 7.3.5 7 Aansluiten elektrisch AANWIJZING! Zie voor het maken van de elektrische aansluitingen ook het aansluitschema op pagina 59. Aansluiten netvoeding De aansluiting op de netvoeding gebeurt door de netstekker in een geaarde wandcontactdoos (230 VAC/ 50 Hz) te steken (Æ fig. 16). LET OP! De netstekker moet altijd bereikbaar zijn! LET OP! Indien het netsnoer moet worden vervangen, dan moet deze worden vervangen door een voor dit cv-toestel vervaardigd type.
7 Installatie Aan/uit-regeling 1-2 groen 1-2 Een potentiaalvrije aan/uit-regeling kan worden aangesloten op de groene aansluiting (Æ fig. 18, [1-2]). De maximaal toelaatbare weerstand van dit circuit bedraagt 100 Ω. 5-6 3-4 9-10 7-8 11-12-13 LET OP! Een aan/uit-regeling met warmteversnellingselement (anticipatieweerstand) kan niet worden aangesloten op het cv-toestel. Modulerende Regeling Een ModuLine 100, 200, 300 of 400 (optioneel) kan worden aangesloten op de oranje aansluiting (Æ fig.
Installatie 7 1 0V ac ModuLine RCC oranje Een Nefit modulerende ModuLine IV, 10, 15, 20, 30 kamerthermostaat kan met behulp van een ModuLine RCC-module (optioneel) worden aangesloten (Æ fig. 20, [2]). De aansluiting bevindt zich op de ModuLine RCC-module (Æ fig. 20, [1]) onder de aansluitstrook. 24V ac Aansluiten Nefit ModuLine IV, 10, 15, 20, 30: 2 LET OP! Het aansluiten van een modulerende cascaderegelaar MBC- of een EED-module op dit cvtoestel is niet mogelijk! Extern schakelcontact fig.
7 Installatie 0 Vac 24 Vac Externe driewegklep (uitsluitend te gebruiken bij singletoestellen) 11-12-13 turkoois (lichtblauw) Op deze aansluiting kan de externe driewegklep voor een indirect gestookte Nefit cv-boiler worden aangesloten. Deze aansluiting kan alleen worden gebruikt als het cv-toestel zelf geen driewegklep heeft! Het max. opgenomen elektrisch vermogen is 6 VA bij 24 VAC. Een tweedraads driewegklep kan worden aangesloten op de turkooise aansluiting (Æ fig. 18, [11-13]).
Bediening 8 Bediening 8.1 Algemeen 8 Het cv-toestel is voorzien van een bedieningspaneel, de basiscontroller BC10. Met behulp van de basiscontroller BC10 kunt u het cv-toestel bedienen. z Open de klep van het bedieningspaneel door deze kort in te drukken (Æ fig. 23). fig. 23 Bedieningspaneel openen De basiscontroller BC10 bevindt zich achter de klep aan de linkerkant (Æ fig. 24, [1]). 1 Aan de achterzijde van de klep bevindt zich een vakje met de gebruikersinstructie van het cv-toestel (Æ fig.
8 Bediening In handmatig bedrijf kan de cv-installatie onafhankelijk van een regeling worden bediend. Hierbij geldt de maximale cv-watertemperatuur volgens de instelling op de basiscontroller BC10 (bedieningspaneel) (Æ tabel 9, "Menu Handmatig bedrijf", pag. 30). SCHADE AAN DE INSTALLATIE 11 10 8 9 7 bij vloerverwarming: door oververhitting van de buisleidingen. z Begrens de maximale ketelwatertemperatuur met de draaiknop "maximale cv-aanvoerwatertemperatuur" (Æ fig.
Bediening 8 LED "Warmtevraag cv" De LED "Warmtevraag cv" (Æ fig. 26, [7]) gaat branden zodra er een warmtevraag van de regeling ontstaat. Draaiknop voor maximale cv-watertemperatuur Met de draaiknop voor maximale cv-watertemperatuur (Æ fig. 26, [8]) kan de cv-watertemperatuur worden ingesteld. De eenheid is °C. Zie voor nadere uitleg hoofdstuk 9, "Instellen van de aanvoertemperatuur" op pag. 34. Display Op het display (Æ fig.
8 Bediening Menu schoorsteenvegerbedrijf stap 1 [\/2/4| Displaywaarde: Actuele cv-watertemperatuur in °C (Æ paragraaf 13.1 "Displaywaardes", pagina 51). stap 2 Schoorsteenvegerbedrijf activeren? Ja: Nee: stap 3 Schoorsteenvegerbedrijf activeren: Houd de " stap 4 → stap 3 → stap 1 d"-toets langer dan 2, echter niet langer dan 5 seconden ingedrukt. [\/2/4] Displaywaarde: Actuele cv-watertemperatuur in °C.
Bediening 8 Menu Servicebedrijf stap 1 [\/2/4| Displaywaarde: Actuele cv-watertemperatuur in °C (Æ paragraaf 13.1 "Displaywaardes", pagina 51). stap 2 Servicebedrijf activeren? Ja: Nee: stap 3 → stap 3 → stap 1 Servicebedrijf activeren stap 1: d"-toets langer dan 2, echter niet langer dan 5 seconden ingedrukt. Houd de " stap 4 [\/2/4] Displaywaarde: Actuele cv-watertemperatuur in °C.
8 Bediening Menu Handmatig bedrijf stap 1 [\/2/4| Displaywaarde: Actuele cv-watertemperatuur in °C (Æ paragraaf 13.1 "Displaywaardes", pagina 51). stap 2 Handmatig bedrijf activeren? Ja: Nee: stap 3 Handmatig bedrijf activeren: Houd de " stap 4 → stap 3 → stap 1 d"-toets langer dan 5 seconden ingedrukt. [\/2/4}Displaywaarde: Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zodra er rechts beneden op het display een knipperende punt verschijnt, is het handmatige bedrijf geactiveerd.
Bediening 8 Menu Instellingen stap 1 [\/2/4| stap 2 Menu “Instellingen” openen? Displaywaarde: Actuele cv-watertemperatuur in °C (Æ paragraaf 13.1 "Displaywaardes", pagina 51). Ja: Nee: stap 3 → stap 3 → stap 1 Open het menu instellingen: d"+ "e"-toetsen langer dan 2 seconden ingedrukt. Houd tegelijkertijd de " stap 4 stap 5 [l/?/?| Displayinstelling: gewenst cv-vermogen in % (Æ paragraaf 13.2 "Displayinstellingen", pagina 52).
9 Inbedrijfstelling 9 Inbedrijfstelling 9.1 Inbedrijfstelling algemeen Doorloop alle stappen in dit hoofdstuk, vul het protocol (Æ paragraaf 15.1) in en bevestig de Inbedrijfstelling door middel van een handtekening en een firmastempel. 9.1.1 Vullen en ontluchten van de cv-installatie De Hoog Rendement Gaswandketels Nefit SmartLine Basic HR(C) zijn uitgevoerd met een automatische ontluchter (Æ fig. 29) die dient voor ontluchting van het cv-toestel.
Inbedrijfstelling 9 z Draai hiertoe de waterkraan volledig open en de vulkraan slechts gedeeltelijk open. Op deze manier zal de cv-installatie correct gevuld worden. z Vul de installatie tot de druk circa 1,5 bar bedraagt en sluit dan de vulkraan. z Open en sluit alle ontluchtingskraantjes in de installatie van beneden naar boven, zodat alle lucht in de cv-installatie kan ontsnappen. z Controleer de druk op het display als alle lucht uit de installatie is verwijderd.
9 9.2 Inbedrijfstelling Overige Inbedrijfstellingswerkzaamheden Voordat het cv-toestel in gebruik wordt genomen, moet een aantal instellingen verricht of gecontroleerd worden. 11 10 8 9 7 Tijdens de inbedrijfstelling en bij het onderhoud dienen alle regelapparatuur en veiligheidsvoorzieningen op hun goede functioneren en juiste instelling te worden gecontroleerd. 9.2.1 888 Instellingen uitvoeren Instellen van de aanvoertemperatuur (Æ fig.
Inbedrijfstelling Instellen van de tapwatertemperatuur (fig. 32, 10) Met de draaiknop voor de gewenste tapwatertemperatuur kunt u de warmhoud- en uitstroomtemperatuur van de tapwatervoorziening in stellen (Æ tabel 12). In gebieden met kalkrijk water wordt geadviseerd de instelknop in te stellen op "Eco" om kalkvorming zoveel mogelijk te vermijden. Als het cv-toestel in bedrijf is voor de tapwatervoorziening, dan brandt de LED "Tapwaterbedrijf" (Æ fig.
9 Inbedrijfstelling 9.2.2 Instellen van het cv-vermogen Weergave in het display [%] Stel, indien gewenst, het benodigd cv-vermogen op de BC10 in volgens tabel 10 "Menu Instellingen", pag. 31. Maak hierbij tevens gebruik van tabel 13.
Inbedrijfstelling 9.2.5 Controle van de luchttoevoer/ rookgasafvoer z Controleer of het voorgeschreven verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoersysteem is gebruikt (Æ paragraaf 7.3.3 "Aansluiten luchttoevoer en rookgasafvoer", pagina 18). Geleverde gassoort Vermelding op sticker cv-toestel Aardgas L Bij levering bedrijfsklaar ingesteld op Wobbe-index 11,5 kWh/m3 (gerelateerd aan 15 °C 1013 mbar), inzetbaar voor het Wobbe-indexbereik 10,84 tot 12,4 kWh/m3.
9 9.2.8 Inbedrijfstelling Meten van de gasvoordruk Er zijn twee manieren om de gasvoordruk aan het cv-toestel te meten: – – meten statische gasvoordruk (cv-toestel buiten bedrijf); meten dynamische gasvoordruk (cv-toestel in bedrijf op vollast). AANWIJZING! Het verschil tussen de statische en de dynamische gasvoordruk mag niet meer dan 5 mbar bedragen. Indien het verschil groter is, dan is er mogelijk sprake van een te hoge weerstand in de gasleiding.
Inbedrijfstelling 9.2.9 9 Meten en instellen van de gas/lucht-verhouding LET OP! Schade aan het cv-toestel door onjuiste instelling van de gas/lucht-verhouding. z Stel de gas/lucht-verhouding uitsluitend in bij laaglast! z Stel de gas/lucht-verhouding uitsluitend in op basis van het drukverschil gas-/lucht en nooit op basis van gemeten rookgaswaardes als CO/CO2/NOx! z Neem het cv-toestel uit bedrijf door de netschakelaar (Æ fig. 36, [1]) op stand "0" te zetten. z Verwijder de mantel.
9 Inbedrijfstelling z Breng het cv-toestel in "servicemode" door de schoorsteenvegerknop tussen 2-5 seconden ingedrukt te houden tot er een niet-knipperende punt rechtsonder in het display verschijnt. z Controleer meetnippels op gasdichtheid. z Neem het cv-toestel uit bedrijf door de netschakelaar (Æ fig. 36, [1]) op stand "0" te zetten. z Stel het cv-toestel in bedrijf door de netschakelaar (Æ fig. 36, [1]) op stand "1" te zetten.
Inbedrijfstelling 9 z Neem het meetinstrument weg en steek de stekkerverbinding weer ineen. z Monteer de ventilatiekast. z Breng de mantel aan en draai de borgschroef vast (Æ fig. 41, [1]). z Neem het cv-toestel in bedrijf. 9.2.12 Waarschuwingssticker plaatsen Indien het cv-toestel is aangesloten op een overdruk CLVsysteem, dan kan bij verwijdering of tijdens onderhoud van dit toestel rookgas van op andere verdiepingen geplaatste toestellen in de woonruimte binnendringen.
10 10 Buiten bedrijf stellen Buiten bedrijf stellen LET OP! Wanneer de spanning van het cv-toestel word gehaald, is de automatische vorstbeveiliging van het cv-toestel uitgeschakeld. Er bestaat kans op bevriezing van het cv-toestel. z Zet de netschakelaar op het bedieningspaneel op "0" (uit). z Haal de stekker uit het stopcontact. z Sluit de gaskraan onder het cv-toestel. Wanneer het cv-toestel voor langere tijd uit bedrijf wordt genomen, bestaat kans op bevriezing van het cv-toestel of de cv-installatie.
Inspectie 11 11 Inspectie Doorloop alle stappen in dit hoofdstuk, vul het protocol in (Æ paragraaf 15.2) en bevestig de Inspectie door middel van een handtekening en een firmastempel. 11.1 Algemeen Bied uw klanten een inspectie en onderhoudscontract aan, wat afgestemd is op de behoefte van de gebruiker. De omvang van een inspectie word in dit hoofdstuk beschreven. De onderhoudswerkzaamheden zijn beschreven in hoofdstuk 12.
11 Inspectie LEVENSGEVAAR! Bij cv-toestellen geplaatst in een Nefit overdruk CLV-systeem zouden bij de werkzaamheden stroomafwaarts aan de ventilator - rookgassen in de ruimte kunnen stromen. Ter voorkoming, voer volgende handelingen uit: z Neem het rookgasafvoerkanaal van het cv-toestel los. z Plaats een vochtige doek in het rookgasafvoerkanaal ter voorkoming dat rookgassen de ruimte instromen. z Voer uw werkzaamheden aan het cv-toestel uit.
Inspectie 11 11.12 Juiste instelling van de regeling controleren 11.13 Eindcontrole van de inspectiewerkzaamheden z Herstel het cv-toestel in werkende toestand. z Neem het cv-toestel in bedrijf. z Controleer de juiste werking van het cv-toestel. z Vul de meet- en testresultaten in op het inspectieprotocol op pagina 62. 11.14 Vakkundige inspectie bevestigen z Onderteken het inspectieprotocol op pagina 62. z Noteer de waarden en bevindingen in het inspectieprotocol, (Æ paragraaf 15.
12 12 Onderhoud Onderhoud Doorloop alle stappen in dit hoofdstuk, vul het protocol in (Æ paragraaf 15.3) en bevestig de inspectie door middel van een handtekening en een firmastempel. AANWIJZING! De hier beschreven reiniging van brander en warmtewisselaar moet uitgevoerd worden, als het cv-toestel sterk vervuild is. Bij regelmatig onderhoud is het toereikend om de brander en warmtewisselaar in ingebouwde toestand met een zachte borstel (of perslucht) reinigen.
Onderhoud z Neem de stekkers (Æ fig. 45, [1], [2] en [3]) van de gasluchtunit los. 6 z Demonteer de luchtaanzuigbuis van de gasluchtunit (Æ fig. 45, [4]). 5 12 1 z Neem de stekkers van de ionisatiepen (Æ fig. 45, [6]) en gloeiplug (Æ fig. 45, [5]) los. 2 3 4 fig. 45 Stekkers loshalen z Demonteer de gloeipug (Æ fig. 45, [1]) en ionisatiepen (Æ fig. 45, [2]). z Monteer de nieuwe gloeiplug met montageplaat en moer. z Monteer de oude ionisatiepen met de nieuwe montageplaat, pakking en moer.
12 Onderhoud z Verwijder de rookgasverdringer uit de warmtewisselaar (Æ fig. 48, [1]). z Inspecteer de warmtewisselaar. Als deze vervuild is kan deze gereinigd worden met bijvoorbeeld een borstel of perslucht. 1 AANWIJZING Alleen bij zeer sterk vervuilde wisselaar is de mogelijkheid aanwezig om het cv-toestel af te tappen en dan de wisselaar te demonteren om deze beter te kunnen reinigen. z Controleer de pakking van de warmtewisselaar op gebreken.
Onderhoud 12 z Plaats een nieuwe rubberen vlakke dichtring (Æ fig. 51, [1]) tussen de gasleiding en gasluchtunit. z Monteer alles in omgekeerde volgorde. 12.2 Metingen en controles Voer de volgende metingen en controles uit: – – – – Controle op gasdichtheid van de gasleiding (Æ paragraaf 9.2.3, pag. 36); Gasvoordruk meten (Æ paragraaf 9.2.8, pag. 38); Verhouding gas/lucht controleren en instellen (Æ paragraaf 9.2.9, pag. 39); Dichtheidscontrole in de bedrijfstoestand (Æ paragraaf 9.2.10, pag. 40).
12 Onderhoud 12.4 Warm water hoeveelheid controleren z Controleer de warm water doorstroomhoeveelheid, (Æ paragraaf 9.2.7, pag. 37) en, indien nodig, stel deze af. Indien er onvoldoende warm water is, dan de platenwisselaar uitwisselen, (Æ paragraaf 12.4.1). 12.4.1 Platenwisselaar uitwisselen, alleen bij combitoestellen z Neem het cv-toestel uit bedrijf door de netschakelaar op stand "0" te zetten. z Tap de cv-installatie af. z Sluit de koudwatertoevoer. z Laat het water uit het verwarmingstoestel lopen.
Diagnose 13 13 Diagnose Wanneer het cv-toestel in bedrijf is, kan een code op het display van de BC10 worden uitgelezen, door 1 of 2 maal op de serviceknop (Æ fig. 36, [2]) te drukken. Deze code, die displaycode wordt genoemd, kan bestaan uit een combinatie van een teken of een cijfer en een letter. Er is sprake van een normale bedrijfscode of er sprake is van een permanent brandende displaycode, dan is het cv-toestel geblokkeerd.
13 Diagnose 13.2 Displayinstellingen Displayinstelling Betekenis Eenheid Fabrieksinstelling Bereik [l/9/9| Displayinstelling: gewenst cv-vermogen in % % [l/2/5| – [l/9/9| / [l/?/?| 100% [l/?/?| [f/\/0| Displayinstelling: gewenste nadraaitijd van de pomp na afloop van het cv-bedrijf in minuten. min. [f/0/0| – [f/6/0| / [f/1/d| 24 uur [f/\/0| [c/\/1| Displayinstelling: gewenste stand (aan/uit) van de warmwatervoorziening.
Diagnose 13 Symptomen Displaycode z Hoofd Displaycode z Sub Displaycode z e [\/\/\| e [\/\/\| e e [0/h/\| e [2/0/3| Betekenis van de displaycodes 1) e [0/h/\| e Overige symptomen Reset nodig? LED op UBA 3 uit Geen weergave op het display van de BC10 of zekering in UBA 3 is defect (5 AT). uit Geen of onvoldoende warm water, eventueel worden de radiatoren, convectoren etc. ongevraagd warm.
13 Diagnose Symptomen Displaycode z Hoofd Displaycode z Sub Displaycode e [=/h/\| e [2/0/1| z Overige symptomen Betekenis van de displaycodes Reset nodig? uit Geen cv-bedrijf en geen warm tapwater, eventueel branden beide warmtevraag-LEDs op de BC10. Actuele cv-watertemperatuur is laag. Bedrijfsfase: Het antipendelprogramma is geactiveerd.
Diagnose 13 Symptomen Displaycode z Hoofd Displaycode e [1/c/\| e [2/e/\| z Sub Displaycode z Betekenis van de displaycodes e [2/1/0| e e [2/0/7| e Overige symptomen Reset nodig? LED op UBA 3 Vergrendelende storing: De rookgasthermostaat (fig. 1 27) of de branderthermostaat (fig. 1 2) heeft een te hoge temperatuur gemeten en is daardoor geopend. Ja knippert 1 Hz Geen cv-bedrijf en geen warm tapwater.
13 Diagnose Symptomen Displaycode z Hoofd Displaycode z Sub Displaycode z Betekenis van de displaycodes e [4/p/\| e [2/2/1| e e [4/u/\| e [2/2/2| e [4/y/\| e e [5/h/\| e Overige symptomen Reset nodig? LED op UBA 3 Vergrendelende storing: De contacten van de safetysensor (fig. 1, 6) zijn onderbroken. Ja knippert 1 Hz Geen cv-bedrijf en geen warm tapwater. e Vergrendelende storing: De contacten van de aanvoersensor (fig.
Diagnose 13 Symptomen Displaycode z Hoofd Displaycode z Sub Displaycode z Betekenis van de displaycodes e [9/l/\| e [2/3/8| e e [9/p/\| e [2/3/9| e [9/u/\| e e [a/0/1| e Overige symptomen Reset nodig? LED op UBA 3 Vergrendelende storing: De UBA 3 (fig. 1, 9) of de KIM (fig. 1, 10) is defect. Ja knippert 1 Hz e Vergrendelende storing: De UBA 3 (fig. 1, 9) of de KIM (fig. 1, 10) is defect. Ja knippert 1 Hz Geen cv-bedrijf en geen warm tapwater.
14 14 Specificaties Specificaties 14.1 Technische gegevens Nefit SmartLine Basic Eenheid HR 24 HRC 24/CW3 HRC 24/CW4 Algemeen Vermogen tap (combi en HR 24 + boiler) * kW 5,7 - 28,5 5,7 - 23,0 5,7 - 28,5 Nominale belasting (o.w.) cv * kW 5,7 - 23,0 5,7 - 23,0 5,7 - 23,0 Nominale belasting (b.w.) cv * kW 7,6 - 25,5 7,6 - 25,5 7,6 - 25,5 Maximaal gasverbruik (tapwater / boiler) * m3/h 3,36 3.36 - 2.76 nom. 3,36 Maximaal gasverbruik (cv) * m3/h 2,76 Rendement (40/30 °C) (o.w.
Specificaties 14 14.
14 Specificaties 14.3 Resterende opvoerhoogte voor cv-installatie Restopvoerhoogte met By-pass 300 mbar 600 550 500 450 Druk (mbar) 400 350 300 250 200 150 100 50 0 0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 500 550 600 650 700 750 800 850 900 950 1000 1050 1100 1150 1200 Flow (l/h) 14.4 Weerstandscurve NTC-sensoren (˚C) (˚C) Boilersensor 90 25 80 20 70 15 60 10 50 5 40 0 30 -5 20 -10 10 -15 0 R( ) 0 5000 10000 Nefit B.V. • http://www.nefit.
Protocollen 15 Protocollen 15.1 Inbedrijfnameprotocol Inbedrijfnamewerkzaamheden 15 Datum: 1. Controle op gasdichtheid van de gasleiding (Æ paragraaf 9.2.3, pagina 36) 2. Gasaanvoerleiding ontluchten (Æ paragraaf 9.2.4, pagina 36) 3. Controle van de luchttoevoer/ rookgasafvoer (Æ paragraaf 9.2.5, pagina 37) 4. Controle van de toesteluitrusting (Æ paragraaf 9.2.6, pagina 37) 5. Instellingen uitvoeren (Æ paragraaf 9.2.7, pagina 37) 6. Meten van de gasvoordruk (Æ paragraaf 9.2.
15 Protocollen 15.2 Inspectieprotocol Opmerkingen (handtekening) Inspectiewerkzaamheden 1. Algemene toestand van de installatie controleren (Æ paragraaf 9.1, pagina 32) 2. Functiecontrole van de installatie (Æ paragraaf 9.2, pagina 34) 3. Uitvoeren inwendige dichtheidsproef (Æ paragraaf 11.5, pagina 44) 4. Verbrandingskamer en warmtewisselaar controleren op vervuiling 5. Brander controleren 6. Rookgasafvoer controleren op functionaliteit en veiligheid 7.
Protocollen Opmerkingen (handtekening) Opmerkingen (handtekening) Opmerkingen (handtekening) Opmerkingen (handtekening) Opmerkingen (handtekening) Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Installatie-instructie Nefit SmartLine Basic HR 24‚ HRC 24/CW3 en HRC 24/CW4 • uitgave 06/2009 15 Opmerkingen (handtekening) Nefit B.V. • http://www.nefit.
15 Protocollen 15.3 Onderhoudsprotocol Onderhoudswerkzaamheden Datum: Datum: Datum: 1. Warmtewisselaar en brander reinigen (Æ paragraaf 12.1, pagina 46) 2. Controle op gasdichtheid van de gasleiding (Æ paragraaf 9.2.3, pagina 36) 3. Gasvoordruk meten (Æ paragraaf 9.2.8, pagina 38) ________________ ________________ ________________ Verhouding gas/lucht controleren en instellen (Æ paragraaf 9.2.9, pagina 39) ________________ ________________ ________________ 4. 5.
Protocollen Datum: Datum: 15 Datum: Datum: ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ ________________ _____________
16 16 Trefwoordenregister Trefwoordenregister A P Aansluiten cv-toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Aansluiten waterzijdig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Aanvoertemperatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34, Afmetingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Automatische ontluchter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 15 58 13 32 Platenwisselaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Certificaten 17 Certificaten 17.1 Conformiteitsverklaring Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Installatie-instructie Nefit SmartLine Basic HR 24‚ HRC 24/CW3 en HRC 24/CW4 • uitgave 06/2009 17 Nefit B.V. • http://www.nefit.
17 Certificaten 17.2 Gastec-Certificaten 17.2.1 Nefit SmartLine Basic HR 24, HR 24 met 80 liter boiler en HR 24 met 120 liter boiler Nefit B.V. • http://www.nefit.
Certificaten 17 17.2.2 Nefit SmartLine Basic HRC 24/CW3 en HRC 24/CW4 Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Installatie-instructie Nefit SmartLine Basic HR 24‚ HRC 24/CW3 en HRC 24/CW4 • uitgave 06/2009 Nefit B.V. • http://www.nefit.
Notities Nefit B.V. • http://www.nefit.
Notities Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Installatie-instructie Nefit SmartLine Basic HR 24‚ HRC 24/CW3 en HRC 24/CW4 • uitgave 06/2009 Nefit B.V. • http://www.nefit.
716.522A 0007 Nefit B.V., Postbus 3, 7400 AA Deventer DealerLine: 0570 - 67 85 66 Consumenten Infolijn: 0570 - 67 85 00 Fax: 0570 - 67 85 86 Internet: www.nefit.