Operation Manual

Terug naar eerste pagina
52
Camera Control Pro gebruiken BijlagenOverzicht
Camerabediening 7/12
De tab Mechanical (Mechanisch)
De volgende instellingen kunnen vanuit de tab Mechanisch worden gewijzigd:
Shoot ing Mode
(Opnamestand)
Stelt de opnamestand voor camera’s uit de D1-serie die zijn aangesloten in de PC-
stand in op Single (Enkelvoudig) of Continuous (Continu). Wijzigingen in deze
instelling worden ook toegepast op persoonlijke instelling 30. Tenzij
Enable con-
Enable con-
trols on the camera body
trols on the camera body
(
(
Bedieningsorganen van de camera inschakelen)
Bedieningsorganen van de camera inschakelen)
is geselecteerd, kunt u voor de opnamestand voor de D70S, D70 en D50 kiezen uit
Single (Enkelvoudig) en Continuous (Continu), terwijl u voor een camera uit de
D2-serie en D200 kunt kiezen uit Single (Enkelvoudig), Continuous low speed
(Continu lage snelheid) en Continuous high speed (Continu hoge snelheid). Als
Continuous (Continu) is geselecteerd voor de D70S, D70 of D50 of als Continuous
low speed (Continu lage snelheid) of Continuous high speed (Continu hoge
snelheid) is geselecteerd voor een camera uit de D2-serie of D200, veranderen de
knoppen AF and Shoot (AF en opnemen) en Shoot (Opnemen) in AF and Start
(AF en starten) en Start (Starten). Als
Enable controls on the camera body
Enable controls on the camera body
(
(
Be-
Be-
dieningsorganen van de camera inschakelen)
dieningsorganen van de camera inschakelen) is geselecteerd of als een D100
is aangesloten, wordt de huidige opnamestand weergegeven, maar kunt u deze
uitsluitend wijzigen via de knoppen op de camera. Raadpleeg de handleiding van
de camera voor meer informatie.
Maximum Shots
(Maximum
aantal
opnamen)
D200
D2-serie
D70S
D50
D70
Gebruik de pijlknoppen voor het kiezen van het maximumaantal opnamen dat in
de continustand in één sessie kan worden gemaakt of voer direct een getal in het
tekstvak in. Het maximumaantal dat u kunt kiezen is afhankelijk van de ingestelde
beeldkwaliteit. Houd er rekening mee dat de waarde die u invoert niet hoger mag
zijn dan de beschikbare capaciteit van het buff ergeheugen van de camera (wordt
rechts in de LCD-display weergegeven). Ingevoerde waarden die de geheugenca-
paciteit overschrijden, worden rood weergegeven. Het ingestelde maximum aantal
is alleen van toepassing als de camera is aangesloten en kan afwijken van het aantal
opnamen dat is ingesteld in het Persoonlijke instellingen menu.