Operation Manual

Terug naar eerste pagina
33
Camera Control Pro gebruiken BijlagenOverzicht
Camera Control Pro 2
Foto’s op de harde schijf opnemen 3/7
3
Downloadopties aanpassen:
Folder for images downloaded from the camera (Map voor beelden die worden gedownload van de camera)
Gebruik dit veld om de map te selecteren waarnaar de fotos zullen worden gela-
den als ze zijn gemaakt.
Next fi le name to be used (Volgende te gebruiken bestandsnaam)
Toont hoe beelden opgeslagen op de computer zullen worden genoemd. Klik op
Edit… (Bewerken) als u de manier waarop bestandsnamen worden samengesteld,
wilt wijzigen. Het venster dat u hieronder ziet, wordt weergegeven. Voer een voor-
voegsel en een achtervoegsel toe en kies het beginnummer en het aantal cijfers
voor automatische nummering, waarbij u de voorbeeldbestandsnaam als richtlijn
gebruikt. U kunt ook de opnamedatum en -tijd in de bestandsnaam gebruiken.
Stap 3 gaat verder op de volgende pagina
Stap 3 gaat verder op de volgende pagina
Bestandsnaamconventies
Windows: Bestandsnamen mogen niet meer dan honderd tekens bevatten. Bestandsnamen mogen geen aan-
halingstekens of de volgende tekens bevatten: \ / : * ? < > en |. Punten (.) mogen niet worden gebruikt aan het
begin of het einde van bestandsnamen.
Mac OS: de maximale lengte van de bestandsnaam voor Mac OS-bestanden is 20 tekens. De dubbele punt (“:”)
is niet toegestaan.
Extensies: Extensies worden automatisch toegewezen. De volgende extensies worden gebruikt: .JPG (JPEG-
beelden), .TIF (TIFF-beelden), .NEF (NEF/RAW-beelden) en .NDF (referentiegegevens voor stofverwijdering).
PC+CARD”/CARD (PC+KAART”/KAART)
D3S D7000
Foto’s opgeslagen op camerageheugenkaarten wanneer PC+CARD (PC+KAART) of CARD (KAART) werd
geselecteerd voor
Record to
Record to (Opslaan op), krijgen dezelfde naam als de fotos die op de computer werden
opgeslagen. Er worden automatisch een underscore en een getal met vier cijfers toegevoegd als er reeds een
bestand met dezelfde naam bestaat.