Operation Manual

Het venster Camera Control
136
Persoonlijke instellingen voor D1-Serie- en D100 -camera’s
De Persoonlijke Instellingen voor camera’s uit de
D1-Serie en de D100 zijn verdeeld over drie tabs:
Pagina 1, Pagina 2 en Pagina 3. Raadpleeg voor
meer informatie de handleiding van de camera.
Persoonlijke instellingen voor D70s, D70 en D50-camera’s
De Persoonlijke Instellingen voor de D70s,
D70 en D50 zijn verdeeld over drie tabs: Basis,
Geavanceerd 1 en Geavanceerd 2. Raadpleeg
voor meer informatie de handleiding van de
camera.
Persoonlijke instellingen voor D2-serie en D200
In elke bank zijn de Persoonlijke instellingen verdeeld in zes groepen: Autofocus, Lichtme-
ting / Belichting, Timers / AE & AF-vergrendeling en Autofocus vergrendeling, Opnemen/
Weergeven,Bracketing/Flits en Bediening. Met behulp van de knoppen Vorige en Volgende.
kunt u een groep uit de lijst selecteren.
Bij camera’s uit de D2-serie en D200 kunt u
een omschrijving toevoegen aan de naam
van elke bank met persoonlijke instellingen.
Als u op Bewerken klikt, wordt het dia-
loogvenster rechts weergegeven, waarin u de
opmerking voor elke bank kunt bewerken. Klik op OK om de opmerkingen naar de camera te
kopiëren. Opmerkingen mogen maximaal twintig tekens lang zijn en kunnen letters, cijfers,
aanhalingstekens, apostrofs, spaties en de volgende tekens bevatten: “,” “.” “!” “?” “#” “$”
“%” “&” “(“ “)” “[“ “]” “{“ “}” “*” “+” “-“ “/” “:” “;” “<” “=” “>” “_” en “@.
Lijst met groepen
De knoppen
Vorige/Volgende
D200