Naslaggids (volledige instructies)
Table Of Contents
- Inleiding
- Onderdelen van de camera
- De opname voorbereiden
- Basisbewerkingen voor opname en weergave
- Opnamefuncties
- Autom. scènekeuzekn.-stand
- Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen)
- Stand speciale effecten (effecten toepassen tijdens opname)
- Stand Slim portret (Menselijke gezichten verbeteren bij opname)
- Auto-stand
- Flitsstand
- Zelfontspanner
- Macro-stand (nemen van close-upfoto's)
- Belichtingscompensatie (Helderheid aanpassen)
- Standaardinstellingen (flitser, zelfontspanner enz.)
- Scherpstellen
- Functies die bij opname niet tegelijk kunnen worden gebruikt
- Weergavefuncties
- Zoomweergave
- Miniatuurweergave/Kalenderweergave
- Stand Sorteer op datum
- Beelden bewerken (foto's)
- Voor beelden worden bewerkt
- Sneleffecten: Tint of stemming wijzigen
- Snel retoucheren: Contrast en verzadiging verbeteren
- D-Lighting: Helderheid en contrast verbeteren
- Rode-ogencorrectie: Rode ogen corrigeren bij opname met flitser
- Glamour-retouchering: Menselijke gezichten verbeteren
- Kleine afbeelding: Het beeldformaat verkleinen
- Uitsnede: Een uitgesneden kopie maken
- Films opnemen en weergeven
- Menu's gebruiken
- De camera aansluiten op een televisie, printer of computer
- Technische opmerkingen
62
Menu's gebruiken
B Opmerkingen over beelden afdrukken met een beeldverhouding 1:1
Verander de printerinstelling in “Rand” wanneer u beelden afdrukt met een
beeldverhouding 1:1. Sommige printers kunnen geen beelden afdrukken met een
beeldverhouding van 1:1.
B Opmerkingen over de beeldmodus
Deze functie kan mogelijk niet worden gebruikt in combinatie met andere functies (A44).
C Aantal beelden dat kan worden opgeslagen
• Het aantal beelden dat bij benadering kan worden opgeslagen, kunt u tijdens de
opname op de monitor controleren (A10).
• Merk op dat vanwege de JPEG-compressie het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen, sterk afhankelijk is van de beeldinhoud, zelfs wanneer geheugenkaarten met
dezelfde capaciteit en dezelfde instelling voor de beeldmodus worden gebruikt.
Bovendien kan het aantal beelden dat kan worden opgeslagen, sterk verschillen volgens
het merk van de geheugenkaart.
• Als het aantal resterende opnamen 10.000 of meer bedraagt, wordt het aantal resterende
opnamen weergegeven als “9999”.