User manual
21
Opnamefuncties
Tips en opmerkingen
• Terwijl de ontspanknop helemaal ingedrukt wordt gehouden, maakt de camera continu
ongeveer 6 beelden met een snelheid van ongeveer 1,1 bps (als de beeldmodus is
ingesteld op x).
• De beeldsnelheid bij continuopnamen hangt af van de huidige instelling voor de
beeldstand, de gebruikte geheugenkaart of de opnameomstandigheden.
• Scherpstelling, belichting en tint worden ingesteld op de waarden bepaald voor het
eerste beeld in elke reeks.
• Om de effecten van cameratrilling te vermijden, dient u de camera stevig vast te houden.
In donkere omgevingen wordt het gebruik van een statief aanbevolen.
• In het scherm dat verschijnt nadat j Nachtlandschap is geselecteerd, selecteert u
u Uit de hand of w Statief.
- u Uit de hand (standaardinstelling): Selecteer deze optie om opnamen te maken met
minder waasvorming en minder ruis, zelfs wanneer de camera uit de hand wordt
bediend.
- w Statief: Selecteer deze optie wanneer u een statief of een andere methode gebruikt
om de camera tijdens de opname te stabiliseren.
• Macro-stand (A35) is ingeschakeld en de camera zoomt automatisch naar de
dichtstbijzijnde positie waarop kan worden scherpgesteld.
• U kunt het scherpstelveld verplaatsen. Druk op de k-knop, gebruik HIJK van de
multi-selector om het scherpstelveld te verplaatsen en druk op de k-knop om de
instelling toe te passen.
d Sport
f Party/binnen
j Nachtlandschap
k Close-up